Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vallende vogels (1934)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vallende vogels
Afbeelding van Vallende vogelsToon afbeelding van titelpagina van Vallende vogels

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.81 MB)

ebook (2.94 MB)

XML (0.25 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vallende vogels

(1934)–Mathias Kemp–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 223]
[p. 223]

XXXI Heimwee

- Armlastig! Het stuit me, grolde Oberhoff. Ik wil wat ondernemen, dat de aandacht trekt. Het kan me niet schelen wat, als 't maar geld opbrengt om weg te trekken.

- Verzin hier eens iets excentrieks waarvan nog nooit iemand hoorde! geeuwde Pacqlart moedeloos.

- Het Amerikaansch parachuterecord, opperde een kantoorbediende die zich, in de Grot van Calypso bij de twee acrobaten der lucht gevoegd had.

- Staat op 8300 meter. De kerel die het haalde kwam met bevroren handen beneden terecht op een spoorwegemplacement: 4 kilometer afgedreven, herinnerde de aviateur weinig bemoedigend. Geen object meer om te filmen; of je van 8000 of 8300 meter springt kun je op de rolprent toch niet zien.

- Een idee... een huwelijksreis per valscherm... tien procent auteursrecht als 't lukt, declameerde de employé.

- Ook al gebeurd. Heel de bruiloftsstoet daalde uit een bestuurbare ballon per valscherm neer... opponeerde Pacqlart onwillig. Kozen

[pagina 224]
[p. 224]

hun landingsterrein slecht. Een verdronk, een ander verongelukte in een betonmolen.

- Ik bedoel echt met z'n tweeën in een parachute naar beneden komen, dàt filmen van nabij... ongehoorde sensatie!

Inderdaad, dàt was nog niet vertoond. Met schrik dacht Willy aan Sanneke's zenuwtoestand. Dat durfde ze nooit, zooiets mocht hij ook niet vragen. Bijzonder groot gevaar zag hij er niet in. Een flinke parachute kon zonder bezwaar honderdtwintig tot honderdvijftig kilo dragen - het gewicht van een corpulent mensch, die toch ook wel eens een noodlanding had te ondernemen - samen wogen ze weinig meer dan honderdvijfentwintig kilo.

Angstig wenkte Willy, met nerveuze hand, de idee van den filmklerk weg.

Ze bleef hem echter obsedeeren. Ondanks zichzelf ontwikkelde hij ze, werkte hij ze uit tot een dramatische episode. Werkelijk, voor zóó iets zou men hier nog geld over hebben, veel geld zelfs. Niet eraan denken... het arme kind had nauwelijks het avontuur onder den trein doorstaan.

's Avonds trof hij Sanneke Demerrel in verontrustenden gemoedstoestand. De aanvallen

[pagina 225]
[p. 225]

van angst hadden zich weliswaar niet meer herhaald, maar ze raakte opnieuw in een heimwee-crisis. Snikkend klampte ze zich aan Willy vast. Hij moest haar niet meer alleen laten. Ergens samen gaan wonen. Dat was toch geen kwaad en veel goedkooper bovendien.

Een zinneloos verlangen naar het verre Limburgsche land maakte zich van het overspannen meisje meester. Ze wilde de witte huizekens van haar dorpje weerzien, het stoomtrammetje, de holle wegen, de holen en groeven; met grievend zelfverwijt overdacht ze dat ze haar vader alleen gelaten had, de arme jongens van haar dorp hooghartig behandeld en afgestooten, dat ze waande meer, beter, voornamer te zijn, dan de dochter van den slager, den champignonskweeker en den postbode.

Het werd een totaal ineenzinken van alle hoop, energie en trots. Eenmaal had ze zich wijs gemaakt: wanneer ik maar eens de kans krijg naar boven te komen, weet ik den weg wel te vinden. Het toeval, of wat ook, had haar op dien weg geslingerd: fortuin, roem en eer lagen haast voor het grijpen en nu smachtte ze zwakkelijk terug naar het kleine verleden.

Heimwee sloeg over in haat tegen alles wat

[pagina 226]
[p. 226]

hier anders was dan ginder. Ze kon geen Engelsch meer hooren; het azuur der lucht irriteerde haar; palmen, cactussen en andere planten van tropischen aard, ze kon ze niet meer zien. Zoo onzinnig groeide haar antipathie, dat ze op een gegeven moment zelf om die overdrijving lachen moest.

- Ik schaam me over mezelf, Willy, en omdat ik je zooveel overlast aandoe. Ik heb mijn kracht overschat. Een straf van Onzen Lieven Heer, omdat ik verkeerde dingen wou, snikte ze tenslotte klein en nederig. Je vergeeft me toch wel? Als het niet om jou was geweest, hadden ze me nooit hier gezien.

Willy kuste haar als een klein kind. Hij voelde een folterend medelijden met Sanneke, verweet zich zelf haar uit haar omgeving te hebben weggelokt. Dat het zóó jammerlijk verloopen moest. Niet genoeg, dat hij zelf als desperado, als een van de duizenden en duizenden overbodige intellectueelen op de aarde rondliep, ook dat arme schepsel maakte hij ongelukkig. Zeker, dat plotseling ineenzinken van alle energie, dat klagelijk verlangen naar huis vond hij niet flink en waardig. Maar wat te doen tegen zenuwen? Tegen heimwee! Verlangde hij zelf niet naar Europa, naar

[pagina 227]
[p. 227]

zijn romantisch Rijnland, naar zijn kleinburgerlijk moedertje en het onbeteekenende hotelletje in Heisterbach. Dreigde het bestaan als desperado ook bij hem niet alle hooger gevoels- en gedachtenleven te vermoorden?

- Willy, kunnen we niets doen dat ons veel geld opbrengt, stelde Sanne, ineens rustig en resoluut voor. Alles hunkert hier naar sensatie en records. Weet je niets? Voor een keer hou ik het nog wel uit... als ik maar weet, dat ik daarna weg kan... met jou!

Haar oogen keken Willy bijna opslurpend aan. Hij schrok even ervan. Dat had hij bij haar nog niet gemerkt. Ze moest wel erg in de war zijn.

Iets weten? de idee van den filmklerk drong zich weer op. Samen een sprong doen; een operateur in een vliegmachine om die verbijsterende huwelijksreis op te nemen, een beetje comedie spelen onderweg...

- Durf je echt nog wel eens een waagstuk aan? ontviel hem, bijna tegen wil en dank.

- Je weet iets! Vertellen! juichte het meisje en klapte in de handen bij het vooruitzicht een keerpunt in het Amerikaansch avontuur te zien.

- Wanneer je nu opeens zooveel durft, kun je toch ook naar de Everwhere terug gaan! Ze

[pagina 228]
[p. 228]

snappen natuurlijk wel wat je ziekte beteekende. Dat zal wel meer voorkomen.

- Daar niet meer terug. Samen blijven! Niet meer weg! jammerde Ketteke opnieuw in wanhoop. Je wist iets en wil het niet vertellen. Iets dat we samen konden doen. Stel het aan de Everwhere voor.

Een wanhoopsidee, net als het zijne trouwens. Bijna grimmig biechtte Oberhoff het plannetje dat hem obseerde.

Ketteke werd stil en bleek. Ze sloot de oogen, maar er steeg een resolute trek om haar mond.

- Jij hebt ook verschrikkelijk opgezien tegen den eersten sprong? vroeg ze, gedwongen kalm.

Willy gaf het toe.

- Arme jongen... en je moest het alleen doen! Straks ondernemen wij het samen. Het kàn toch zoo gevaarlijk niet zijn?

Neen, bijzonder risico zag hij er niet in. Weinig meer dan anders.

- Ga met Placqart morgen naar de Everwhere, stel het ze voor. Met jou, met jullie twee durf ik het aan. Ik spring met jou samen. Dat kome wat wil: het einde of de bevrijding... want ik hou het hier niet uit. Het maakt me gek!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken