Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De knuppel in het doksenhok (1987)

Informatie terzijde

Titelpagina van De knuppel in het doksenhok
Afbeelding van De knuppel in het doksenhokToon afbeelding van titelpagina van De knuppel in het doksenhok

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.32 MB)

XML (0.10 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

studie
100 artikelen/suriname


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De knuppel in het doksenhok

(1987)–Michiel van Kempen–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Etters en afzichtelijke neuzen

Maar we dwalen af, we hadden het over beargumenteerde stukken. Nu wil ik bekennen dat ik zelf ook wel eens uitgegleden ben. In De Ware Tijd zou een serie verschijnen over de kandidaten voor de Literatuurprijs 1983 - 1985. Effendi Ketwaru nam op zich een stuk te schrijven over de roman Proefkonijn van Paul Marlee, maar hij liet het afweten en ik moest het hals over kop zelf doen. In het stuk reageerde ik geïrriteerd en noemde Ketwaru een luiwammes. Dat had ik niet moeten doen, waar het om een speelse prik gaat, denkt het lezerspubliek meteen aan rancune. Sneu voor hem was wel dat de inleiding tot een verslag van de vereniging Nauyuga waarin hij mij van repliek diende, door de krantenredakties werd weggelaten. Ik hoop dat deze kopbal van mij in eigen doel de stand alsnog gelijk heeft gebracht.

Waar de literaire kritiek zich moeizaam een plaats verovert in een kleine gemeenschap, zal de criticus lang met het vooroordeel te worstelen hebben dat een ‘negatieve’ recensie ingegeven is door persoonlijke motieven: hij vindt de schrijver een zelfingenomen kwast of een etter, hij houdt niet van de vorm van des schrijvers neus of de kleur van zijn guyabera, hij vindt dat de dichter uit zijn mond stinkt. Nu ken ik inderdaad zelfingenomen kwasten en et-

[pagina 15]
[p. 15]

ters, schrijvers met afzichtelijke neuzen en guyabera's of auteurs die op geen meter te benaderen zijn vanwege hun mondgeur (meestal alcohol). Maar nooit heeft dit soort zaken mij één negatief woord in een recensie ingegeven (behalve misschien het luiwammes-incident, maar Effendi Ketwaru heeft een normale neus, draagt t-shirts boven jeans, stinkt niet uit zijn mond voorzover ik weet en is geen kwast of etter). Julian With is wèl een evidente etter, maar dat is niet een van de motieven om zijn werk te kritiseren - die motieven zijn er toch al te over. Het omgekeerde geldt natuurlijk ook: Soecy is een lieftallig wezen, Soecy is een snoesie, maar als haar poëzie beneden peil is, dan vind ik dat dat gezegd moet worden.

Na een lezing van Roy Westzaan op het Literatuursymposium van de Academie voor Hoger Kunst- en Cultuuronderwijs in mei '87, waarin hij ondermeer twee verhalen van Mani Sapotille besprak, stonden we nog wat na te praten. John Defares merkte op: ‘Waar Roy nu nog niet achter is, is wie die Mani Sapotille is en dat weet zelfs Michiel van Kempen niet.’ We lachten, ik lachte mee. Maar natuurlijk weet ik dat wel, want ik heb immers geregeld contact met die schrijver gehad, bijvoorbeeld toen hij het verhaal ‘Het huis van Herman, Hermans huis’ inleverde voor de bundel Nieuwe Surinaamse Verhalen die ik samenstelde. Maar ik vind dat het er niets toe doet, wat zijn echte naam is. Iemand sprak eens over die drang om achter iemands werkelijke naam te komen van ‘een ongezond soort nieuwsgierigheid’ en daar ben ik het helemaal mee eens. Ik heb ook nooit begrepen waarom zoveel schrijvers een pseudoniem kiezen, dat te zelfder tijd ontraadseld wordt, zoal niet vlak naast het pseudoniem op de titelpagina van het boek, dan toch wel op de achterflap.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken