Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vermomde Nederlandsche en Vlaamsche schrijvers (1928)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vermomde Nederlandsche en Vlaamsche schrijvers
Afbeelding van Vermomde Nederlandsche en Vlaamsche schrijversToon afbeelding van titelpagina van Vermomde Nederlandsche en Vlaamsche schrijvers

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.44 MB)

XML (2.43 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

non-fictie/naslagwerken (alg.)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vermomde Nederlandsche en Vlaamsche schrijvers

(1928)–A. de Kempenaer–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vervolg op Mr. J.I. Doorninck's vermomde en naamlooze schrijvers


Vorige Volgende
[pagina V]
[p. V]

Voorwoord

Weinig was het te verwachten, toen in de jaren 1883 en 1885 het bekende werk van Mr. J.I. van Doorninck: ‘Vermomde en naamlooze schrijvers, opgespoord op het gebied der Nederlandsche en Vlaamsche letteren’ verscheen, dat het tot op dit oogenblik duren zou, voordat de bij een dergelijk werk zoo noodige voortzetting het licht zou zien.

Welke omstandigheden het langdurig uitstel, dat deze reeds jaren geleden begonnen uitgave geleden heeft, veroorzaakt hebben, behoeft hier niet nader te worden uiteengezet. Het feit, dat de bewerking eenige malen in andere handen is overgegaan, is, naast den zeer tijdroovenden arbeid, dien het verzamelen en verwerken der gegevens uiteraard vergen, ongetwijfeld als een der voornaamste oorzaken te beschouwen.

Ten einde een nog langduriger voorbereiding te ontgaan heb ik, toen ik deze bewerking op mij nam, besloten de nasporingen uitsluitend tot de schuilnamen te beperken, zoodat dit werk als een aanvulling en vervolg van het eerste, in 1883 verschenen deel van Mr. van Doorninck's boek bedoeld is.

Aanvullingen en verbeteringen van plaatsen in laatstgenoemd werk zijn met de woorden ‘Aanvulling’ en ‘Verbetering’ aangeduid, terwijl het schrijversregister de namen bevat van alle in beide boeken voorkomende schrijvers.

Verschillende vragen van methodischen aard deden zich bij mijn arbeid voor. Zoo ben ik eerst na lange aarzeling er toe overgegaan ook niet-opgeloste schuilnamen op te nemen. Den doorslag gaf hierbij de overweging - en ik volgde daarin het voorbeeld van V.A. de la Montagne in zijn ‘Vlaamsche pseudoniemen’ - dat een zoo volledig mogelijke lijst van pseudoniemen wellicht voor velen de gelegenheid zou scheppen, een vraagteeken door een naam te vervangen en, door mij daarvan mededeeling te doen, aan de verbetering van dit handboek mede te werken.

Dat deze lijst intusschen op volledigheid geen aanspraak maken kan, zal voor ieder, die zich de bezwaren van de samenstelling eener dergelijke lijst indenkt, duidelijk zijn.

Initialen zijn, voor zoover ik, zoekende naar schuilnamen, ze bij het doorlezen van catalogi e.d. tegenkwam, ook opgenomen. Hierbij is natuurlijk naar eenige volledigheid - die trouwens bij al hetgeen in dagblad en tijdschrift geschreven wordt, vrijwel onbereikbaar is - in het geheel niet gestreefd.

Schuilnamen van Zuid-Afrikaansche schrijvers, in dit werk voorkomende, waren te gering in aantal, dan dat ze afzonderlijke vermelding in den titel noodig maakten.

[pagina VI]
[p. VI]

Mij rest ten slotte een woord van dank uit te spreken aan de zeer velen, die mij met hun inlichtingen hebben geholpen bij het samenstellen van dit boek. Van zóóvele zijden heb ik medewerking ondervonden, dat ik van het noemen van namen moet afzien.

Twee uitzonderingen zou ik hier echter willen maken.

Allereerst voor den heer D.J. van Doorninck, zoon van Mr. J.I. van Doorninck, die gedurende vele jaren ter beschikking stelde twee exemplaren van het werk van zijn vader, van handschriftelijke aanteekeningen voorzien, die steeds weer een bron van kostbare gegevens bleken te zijn.

In de tweede plaats dient de naam genoemd te worden van den heer L.C. Kloos, oud-conservator aan de Koninklijke Bibliotheek, die een begin maakte met het verzamelen der gegevens, in dit boek verwerkt, en daarvan jarenlang de wording met zijn groote belangstelling heeft begeleid.

Moge dit werk, ondanks de talrijke gebreken en onvolkomenheden, die het ongetwijfeld vertoonen zal, velen van nut kunnen zijn. Ik zal mijn moeite dan ruimschoots beloond achten, terwijl de steun, tot nu toe ondervonden, mij het vertrouwen geeft, dat ook in den vervolge velen bereid zullen zijn, mij op tekortkomingen te wijzen.

 

Mei 1928.

A. DE KEMPENAER.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • Vermomde en naamlooze schrijvers opgespoord op het gebied der Nederlandsche en Vlaamsche letteren (3 delen)