Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Volledige werken. Deel 13 (1873)

Informatie terzijde

Titelpagina van Volledige werken. Deel 13
Afbeelding van Volledige werken. Deel 13Toon afbeelding van titelpagina van Volledige werken. Deel 13

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.85 MB)

ebook (2.88 MB)

XML (0.39 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

ballade(n)
gedichten / dichtbundel
liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Volledige werken. Deel 13

(1873)–Pieter Frans van Kerckhoven–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

De kunst.

 
Wat is de kunst, o broêrs, wat is dit alvermogen
 
Dat, in ons warme ziel gestort,
 
Ons 't schoone tastbaar maakt, dat ons als hoogste gave
 
Door hooger macht gegeven wordt?
[pagina 29]
[p. 29]
 
Wat is dit warme vuur, dat ons de borst doet kloppen
 
En op doet wellen 't jeugdig bloed,
 
Ons zielen veerkracht geeft, van de aard ons kan ontheffen,
 
In schooner oord ons leven doet?
 
 
 
Wat is de kunst, mijn broêrs? - O, wie, wie zal 't ons zeggen?
 
Is zij een straal van Godes gloor,
 
Dien hij der duistere aard heeft vaderlijk geschonken,
 
Om ons te wijzen 't echte spoor,
 
 
 
Dat tot den hemel leidt, het rijk van 't eeuwig schoone,
 
Waar slechts volmaaktheid heerscht en troont,
 
Waar men geen stof meer kent, waar onze ziel, ontsluierd,
 
In Godes geest versmelt en woont?
 
 
 
Of is die zielenkracht een deel der Godheid zelve,
 
Dat zij den mensch geschonken heeft,
 
Dat ons aan haar verbindt, dat ons aan haar doet denken,
 
Waardoor zij in ons woont en leeft? -
 
 
 
O, laat het een geheim, door Godes wil omsluierd;
 
Eerbiedgen wij zijn heilig doel;
 
Wij voelen in ons ziel, wat onze tong in woorden
 
Niet stamelt: kunst is slechts gevoel!
 
 
 
Gelukkig die, wier brein door 't hemelsch licht verhelderd,
 
Zich sterker voelen door Gods kracht,
 
Die soms, van 't stof ontlast, in hoogre wereld zweven
 
En klaar zien in den aardschen nacht.
 
 
 
Hun is de vreugde zacht en zoeter dan voor andren,
 
Hun weegt geen smart als looden wicht
 
Op 't weeke hart. Zij zingen bij de vreugd - en smarten
 
Zijn door hun zangen ook verlicht.
 
 
 
Het doel der kunst is één, doch duizend zijn haar stemmen:
 
Aan die 't penseel, dat ons in kleur
 
Der vaadren grootheid maalt, natura's schoon herspiegelt
 
En 't balsemt met der kunsten geur;
 
 
 
Aan die de bijtel, om het marmer te doen spreken;
 
Aan die de zachte melodij,
 
De gulden harp om onze zielen te vervoeren,
 
Te baden doen in harmonij.
 
 
 
Aan die het brandend woord, dat doordringt tot de harten,
 
De zuivre driften hooger voert,
 
Het vuige geeselt met de roede der kastijding
 
En bloemen om de deugden snoert.
 
 
 
Aan allen reuzenmacht! Aan allen de overheersching!
 
Aan allen grootsche zielenkracht,
 
Die van den hemel tuigt, waarvan zij nederdaalde:
 
Aan allen iets van Godes macht!
[pagina 30]
[p. 30]
 
De schepter van de kunst is groot en schoon, mijn broedren,
 
Is groot en schoon alleen op aard!
 
Geen stoffelijk genot kan zoo de ziel bekoren,
 
Geen rijkdom is der kunsten waard.
 
 
 
O, heilig is de kunst - en heilig moeten wezen
 
Die zij haar lievelingen noemt
 
En met haar vuur bedeelt, die men in geestverrukking
 
Als haar gewijde tolken roemt.
 
 
 
En groot ook, broedren, groot en heilig zijn de plichten,
 
Die ons het hooge kunstgevoel
 
Als wetten voorschrijft: 't heil van onze landgenooten,
 
Het heil des menschen is zijn doel.
 
 
 
Gij die de hooge gaaf des geestes hebt verkregen.
 
En op ons heerscht, u is de taak,
 
De grootsche taak bestemd, de zielen te vereedlen:
 
De kunst is der beschaving baak!
 
 
 
Aan u, de dwinglandij met ijzren roê te geeslen
 
En te doen bukken voor het recht;
 
Aan u, de vrijheid van den lande te verdeedgen,
 
Aan u, het doemen van het slecht;
 
 
 
Aan u, het bijgeloof uit zijne duistre holen
 
Te schoppen en, bij klaren dag,
 
Zijn masker voor het oog uws broeders te doen vallen
 
En het te scheuren als een rag!
 
 
 
Aan u, de bastaardij van onzen grond te wenden;
 
Aan u, den roem van 't voorgeslacht,
 
De reuzendaden van het statig, grootsch verleden
 
Te onttrekken aan der eeuwen nacht,
 
 
 
En in hun rijken glans voor de oogen weêr te voeren,
 
De zonen op der vaadren gloor
 
Te wijzen en hun geest, door valschen schijn bedrogen,
 
t' Herbrengen op het echte spoor!
 
 
 
Aan u, te werken om den roem nog te vergrooten,
 
Den roem der vaadren en hun deugd;
 
Aan u, de zielen van uw broedren te beschaven,
 
Te koestren in de reine vreugd!
 
 
 
Aan u, beschavingstaai op aarde te verspreiden;
 
Aan u 't verzachten van de smart
 
Die op de menschheid kleeft, des levens zon verduistert,
 
Aan u 't vereedlen van het hart!
 
 
 
Aan u, het waar geluk, het heil op aard te strooien,
 
Aan u 't verzaalgen van ons lot;
 
Aan u te tuigen van uw oorsprong en bestemming:
 
Gij, tolken van den goeden God!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken