Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De heilige historie (1921)

Informatie terzijde

Titelpagina van De heilige historie
Afbeelding van De heilige historieToon afbeelding van titelpagina van De heilige historie

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.81 MB)

Scans (8.71 MB)

XML (0.59 MB)

tekstbestand






Illustrator

J.H. Isings jr.



Genre

jeugdliteratuur

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De heilige historie

(1921)–Jacobus Cornelis de Koning–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 76]
[p. 76]

45.
Door ongeloof niet ingegaan!

Tegen de helling van de bergen in een heerlijk, vruchtbaar dal, groeien kostelijke druiven. Reusachtige trossen hangen aan de ranken. Zie, daar komt een gezelschap van twaalf mannen. Ze snijden een der grootste trossen af en, omdat hij zoo zwaar is en zij hem niet willen beschadigen, schuiven ze hem aan een draagstok, en dragen dien met hun tweeën. Zie, anderen hebben sappige vijgen; weer anderen granaatappelen.

Die twaalf mannen zijn Israëlieten. Ze hebben Kanaän verspied. Want nu, twee jaar na den uittocht uit Egypte, ligt het leger aan de grenzen van het Beloofde Land. Uit elken stam is er één man uitgezonden.

Voor Juda's stam Kaleb; en voor Efraïm Jozua, de zoon van Nun. In groepjes verdeeld, hebben zij stad en land bezocht. Van alles zijn ze nu op de hoogte. Thans keeren ze terug.

Met welk een ongeduld worden ze verwacht. Eindelijk, eindelijk, na veertig dagen, gaat de mare: Ze komen, ze komen!

Ieder loopt toe. Ja, daar zijn ze. Veilig terug. Alle twaalf. En?.....

Ze vertellen, en duizenden ooren luisteren scherp toe. Daar heffen de twee den reusachtigen tros omhoog. En anderen toonen de vijgen en granaatappelen. Hoe begeerig blikt elk naar deze sappige vruchten.

‘Het is een land, vloeiende van melk en honing, en dit is zijn vrucht!’

Zoo vertellen de verspieders. ‘Maar ach! nooit zal dat land het onze worden. Reuzen wonen er. En onneembaar sterke steden zijn er. Groote legers hebben ze. Onoverwinnelijk. Wat zouden wij daar tegen beginnen?’ Zóó spreken tien. Maar Jozua en Kaleb spreken anders. ‘God de Heere is mèt ons. Wij zullen overwinnen. Laat ons vrijmoedig optrekken!’

Naar wie luistert het volk? Naar Jozua en Kaleb? Ach neen, maar naar de tien! Want ze gelooven niet, dat God machtiger is dan de sterkste vijanden. En terwijl ze moesten juichen, omdat de Heere hen zoo dicht bij het doel had gebracht en hun zùlk een heerlijk land wou schenken, hieven ze hun stem op en weenden!

En ze morren en klagen. En ze durven God beschuldigen, dat Die hen hier heeft gebracht om hen door het zwaard der vijanden te doen sterven! Ja, ze willen een aanvoerder kiezen en teruggaan naar Egypte. En of Jozua en Kaleb al zeggen: ‘Vreest niet, de Heere is mèt ons!’ ze luisteren niet. Nog toorniger worden ze. En woedend rapen ze groote steenen op, om die twee te steenigen!

[pagina 77]
[p. 77]

Maar dan komt de Heere tusschenbeide. Zijn heerlijkheid verschijnt. En de tegensprekers verstommen. De tien, die zoo ongeloovig en verkeerd hebben gesproken, neemt de Heere door een plaag plotseling weg. En het gansche volk wordt gestraft. Geen dier mannen, van twintig jaar en daarboven, zal Kanaan binnengaan, behalve Kaleb en Jozua. Sterven zullen ze in de woestijn. En eerst over acht-en-dertig jaar zal Israël opnieuw aan de grenzen staan van het schoone land. Nu moeten ze terug. De woestijn in.

Nu komt het berouw. Maar te laat! Den anderen dag willen ze nog wel, tegen Mozes' waarschuwing in, probeeren het land binnen te dringen, maar een smadelijke nederlaag lijden ze.

Ze hebben gekozen: de dorre woestijn boven het vruchtbare land!


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken