Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De heilige historie (1921)

Informatie terzijde

Titelpagina van De heilige historie
Afbeelding van De heilige historieToon afbeelding van titelpagina van De heilige historie

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.81 MB)

Scans (8.71 MB)

XML (0.59 MB)

tekstbestand






Illustrator

J.H. Isings jr.



Genre

jeugdliteratuur

Subgenre

bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De heilige historie

(1921)–Jacobus Cornelis de Koning–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

22.
In het huis van Simon, den Farizeër.

De Heiland is uitgenoodigd ten eten in het huis van een voornaam Farizeër: Simon geheeten.

Vele gasten komen binnen. De gastheer wacht hen op, omhelst en kust hen, naar Oostersch gebruik. Dienstknechten verkoelen hun warme, bestoven voeten met frisch, helder water, en drogen die weer met doeken af. Ze zalven hun hoofden met welriekende oliën. Daarna nemen de genooden plaats op de lage rustbanken, die om de tafel staan; ze liggen aan, terwijl hun linkerarm op de tafel steunt en hun voeten achterwaarts zijn gekeerd.

Eén gast komt de zaal in: op Hèm wordt geen acht geslagen. Simon groet Hem niet, laat Zijn voeten niet wasschen, zalft Hem niet. En toch, die ééne is de voornaamste van allen: het is Jezus.

Maar Simon vindt het niet de moeite waard, zich om Hèm druk te maken. Hij meent, dat hij den Heere al gunst genoeg bewijst, met Hem in zijn huis toe te laten.

De maaltijd is aan den gang.

Wie komt daar binnen? Wat draagt ze in haar hand? Wat gaat ze doen?

't Is een vrouw; een zondares, bekend in de gansche stad. Een albasten flesch met zalf heeft ze bij zich. Op Jezus treedt ze toe. En, het hoofd gebogen, de oogen vol tranen, beschaamd en verlegen, begint ze Jezus' voeten met haar tranen nat te maken; ze droogt ze met haar haren, ze kust de voeten

[pagina 240]
[p. 240]

des Heeren, en giet haar gansche albastron er op uit, al de zalf, waarvan de heerlijke geur het gansche huis vervult.

Een zondares was ze. Zeker; maar ze heeft Jezus' woord vernomen: Vermoeiden en belasten, komt tot Mij! Zij is een belaste.

Ze voelt het gewicht van haar groote zonden. En nu neemt ze tot Jezus de toevlucht. Hèm heeft ze lief; Hij kent haar hart; Hij ziet haar oprecht berouw. Hij stoot haar niet terug.

Maar Simon, in zijn eigen oog zoo heilig, ergert zich. En in zich zelf spreekt hij: ‘Die Jezus is stellig geen profeet; zou Hij anders zich laten aanraken door die zondares?’

Zijn gedachten verstaat de Heiland. ‘Simon! Ik heb u wat te zeggen.’ ‘Meester, zeg het!’

Jezus zeide: ‘Een zeker schuldheer had twee schuldenaars; de een moest betalen vijfhonderd penningen; de andere vijftig. Ze hadden niets om te betalen. Hij schold het hun beiden kwijt. Simon, zeg Me, wie van die twee zal hem meer liefhebben?’

Simon antwoordt: ‘Dien hij het meest heeft kwijtgescholden!’

Hij begrijpt niet, wat dit alles te beduiden heeft.

Hij zàl het begrijpen.

Ineens keert Jezus zich naar de vrouw. ‘Simon, ziet gij deze vrouw? Ik ben in uw huis gekomen; Mijn voeten hebt gij niet doen wasschen; deze vrouw heeft Mijn voeten met tranen nat gemaakt; en met het haar van haar hoofd afgedroogd. Gij hebt Mij geen kus gegeven; deze heeft vele malen Mijn voeten gekust. Gezalfd hebt gij Mij niet met olie; deze heeft Mijn voeten met zalf gezalfd.’

Ziet Simon het nu? Ziet hij nu die vrouw? Ziet hij nu haar oprechte liefde voor Jezus? Haar zonden zijn haar vergeven; want ziet, hoe lief zij Jezus heeft! Maar Simon! Heeft hij Jezus lief? Hoe zoù hij. Hij is immers geen zondaar!

Gelukkige vrouw!

‘Uw zonden zijn u vergeven!’ spreekt de Heiland.

In vrede gaat ze heen. Haar geloof heeft haar behouden.

Arme Simon! Uw zonden zijn niet vergeven; want gij kent ze niet, en gij gelooft ook niet! En daarom hebt gij ook niet lief.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken