Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Werken 1965-2000 (2001)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.24 MB)

XML (0.50 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Werken 1965-2000

(2001)–George Kool–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 67]
[p. 67]

19

Vanmiddag ben ik, zoals ik wel vaker doe, tussen twee werkperioden in naar mijn hut gegaan. Bij de hut aangekomen zag ik dat de deur niet op slot was, de deur stond op een kier. Toen ik de hut binnenging was het grote licht al aan.

Ik trof in de hut niemand aan. Er was niemand in de hut. De kooien waren niet beslapen en er hingen geen kleren over de stoelen.

Ik dacht dat een van de Spanjaarden voor mij de hut in was gekomen en om een of andere reden weer naar buiten was gegaan. Misschien om even naar het toilet te gaan.

Omdat ik mijn hutmaat terugverwachtte liet ik ook zelf de deur aanstaan. Ik liep naar mijn kooi, want ik moest mijn bed nog opmaken. Nadat ik dat gedaan had ging ik aan het huttafeltje zitten lezen.

Tien minuten later was er nog altijd niemand komen opdagen. Ik begon me knap onbehaaglijk te voelen. Als het geen hutmaat van me was geweest, wie was er dan voor mij in de hut gekomen? Een indringer? Ik kon me niet voorstellen dat een van de Spanjaarden de hut zo lang onbeheerd open zou laten staan.

Het lukte me niet goed meer om me op mijn leesstof te concentreren en ik legde mijn boekje terzijde.

Ik stond op en liet mijn ogen door de hut gaan. Ik zag bij mijn eigen hutkast een schoen van Pablo op de grond liggen. Meteen daarop zag ik dat er aan deze kant van de hutdeur een sleutel in het slot stak. De ontdekking van de sleutel bezorgde me een woedeaanval. Ik moest nu wel toegeven dat mijn hutmaten minder zorgvuldig met onze bezittingen omsprongen dan ik had gedacht. Kwaad gaf ik een trap tegen de deur en deze viel in het slot.

Toen ik weer tot rust gekomen was besloot ik mijn onvoorzichtige hutmaten een lesje te leren. Ik vermoedde dat Pablo de boosdoener was. Ik draaide de deur op slot. Vervolgens deed ik het grote hutlicht uit en ging in het donker in mijn kooi liggen.

Na ruim een kwartier hoorde ik gemorrel aan de deur. Het was Pablo. Pablo begreep natuurlijk niet hoe de deur op slot geraakt was. Hij begon erop te bonzen. Toen daar geen reactie op kwam begon hij de namen van de andere Spanjaarden te roepen.

Nadat ik hem zo een tijdje had laten staan besloot ik mijn kooi uit te komen om hem open te doen. Maar juist op dat ogenblik drong het tot me door hoe uitzonderlijk de situatie eigenlijk was. Pablo zou als ik hem nu niet opendeed na nog wat vergeefs geroep tot de logische gevolgtrekking komen dat er niemand in de hut aanwezig was. Hij zou het feit dat de deur afgesloten was weliswaar nog altijd raadselachtig vinden maar er dan, vanuit zijn perspectief, absoluut zeker van zijn dat de hut leeg was. En ik op mijn beurt zou van die leegte als het ware de belichaming zijn. Ik zou dan, als ik erin kon slagen me in Pablo's gedachten te verplaatsen, in de unieke gelegenheid zijn om een verlaten ruimte van binnenuit waar te nemen en getuige van mijn eigen afwezigheid kunnen zijn. Wat een fantastische absurde gedachte! Ik zou mijn eigen Wakefield kunnen zijn! Deze gedachte bracht me in een staat van grote opwinding. Ik bleef roerloos in mijn kooi liggen en besloot Pablo pas open te doen als ik hem in de gang onverrichter zake van de hut zou horen weglopen.

[pagina 68]
[p. 68]

Waarschijnlijk heeft Pablo toen veel langer voor de deur staan dralen dan ik had voorzien. Want ik ben op zeker ogenblik in slaap gevallen. Ik schrok wakker van een veel heviger gebons dan daarvoor. En ditmaal stonden er niet één maar twee mannen voor de deur. De mannen riepen ook niet meer om de andere Spanjaarden maar om mij.

‘Hé, jij daar, Lazonder!’ hoorde ik van die kant van de deur. ‘Maak die deur toch open! Doe niet zo kinderachtig, man!’ Ik meende de tweede stem te herkennen. Maar ik kon me er zo gauw geen gezicht bij voorstellen.

[pagina 69]
[p. 69]

‘Hé, Lazonder! Ben je er nu of niet?’ vroeg Pablo's metgezel. Er klonk nu twijfel in zijn stem. Even later hoorde ik de twee mannen met elkaar overleggen. Pablo's metgezel probeerde Pablo er in zeer gebrekkig Spaans van te overtuigen dat hij zich voor het ogenblik maar het best bij de situatie kon neerleggen. Niet lang daarna vertrokken beide mannen. Ik hoorde hun voetstappen in de gang langzaam wegebben.

Ik moest wel toegeven dat mijn stille tere;chtwijzing volkomen uit de hand was gelopen. Beschaamd bleef ik nog zo'n tien minuten in mijn kooi liggen. Toen klom ik eruit en deed het grote hutlicht weer aan en ging weer zitten lezen.

Het boekje waarin ik las is een bundel brieven van Seneca. Ik heb het voor mijn vertrek van de onderwijzer gestolen. Seneca schrijft mooie brieven, die ik graag lees. De oude filosoof is soms wat lang van stof, maar zijn vaderlijke vermaningen aan Lucilius bemoedigen me.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken