Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Werken 1965-2000 (2001)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.24 MB)

XML (0.50 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

verzameld werk


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Werken 1965-2000

(2001)–George Kool–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 109]
[p. 109]

6. Een programma voor de jaren zeventig

Nu de georganiseerde schrijvers te duidelijk hebben aangetoond dat zij onvoldoende sociale of literaire persoonlijkheid bezitten om voor zichzelf een literair vakmanschap dan wel voor hun teksten een sociale of culturele functie op te eisen en nu zij zich daarom niet vergelijkbaar op de klassieke burgerlijke schrijvers kunnen beroepen, zijn zij ertoe overgegaan om hun belangen te plaatsen in het kader van de sociale rechtvaardigheid. Zij hebben, zowel naar het jargon dat zij bezigen als naar de syndicalistische denkbeelden die zij daarin uitdrukken, klaarblijkelijk de autoriteit van andere dan burgerlijke schrijvers aangewend om hun bestaansmogelijkheden te verdedigen. Maar laat men zich niet vergissen. Ook nu zijn de argumenten die de georganiseerde schrijvers aanvoeren alleen formeel juist. Schijnbaar hebben zij zich aan de zijde van de werkende massa geschaard. Maar zowel naar de vorm van hun organisatie als naar de inkleding van hun acties beogen deze schrijvers niets anders dan om met steun van de bestaande syndicaten hun exclusieve en voor de massa onherkenbare teksten te kunnen blijven produceren. Evenals alle andere kleine zelfstandigen die hun bedreigde particuliere belang verdedigen vanuit een syndicalistische of pseudo-revolutionaire idee moeten zij beschouwd worden als reactionaire opportunisten. Zij zijn de kruimeldieven van de mode.

Het zijn de nieuwe schrijvers die het meest te lijden hebben van de katterige onzin die vandaag de dag aan iedereen die lezen kan en wil en zelfs aan iedereen die nauwelijks lezen kan of het al niet meer wil wordt opgedrongen door de zogenaamde belangenbehartigers van alle Nederlandse schrijvers. Niet de gehele Nederlandse literatuur ondervindt op het ogenblik ernstige gevolgen van de concentraties. De enige werkelijk bedreigde literatuur in ons land is die welke geproduceerd wordt door de aankomende en de beginnende schrijvers, degenen die nog geen enkel of slechts één enkele boek hebben kunnen publiceren. Op verschillende fronten wordt door de Nederlandse schrijversorganisatie strijd geleverd voor een verbetering van de economische positie van de literaire schrijvers. Maar het zijn de schrijvers die namens deze organisatie spreken die de economische positie van de nieuwe schrijvers nog onmogelijker maken dan hij nu al is.

Wij, de schrijvers die de toekomst willen hebben, moeten klaarblijkelijk allereerst een einde maken aan de corruptie van de schrijvers die het verleden hadden. Maar wij moeten bovenal alles in het werk stellen om een rechtvaardiger en effectiever verdeling van de overheidssubsidies tot stand te brengen. Zo er sprake is van een cultureel belang van onze hedendaagse literatuur in het algemeen kan het niet anders of het is een belang der lezers om er kennis van te kunnen nemen. En zo er al sprake kan zijn van een sociaal belang van deze literatuur is het een maatschappelijk belang dat zij er kennis van willen nemen. Het is werkelijk een enorme kapitaalverspilling om met behulp van het overheidsgeld een eigen schrijversuitgeverij te beginnen. Niet het gedrag van de uitgevers moet gecorrigeerd worden. De marktpositie van de literaire teksten moet gecorrigeerd worden.

Het werkelijke onderwerp van de subsidies is niet de a priori vastgestelde cultureel belangwekkende inhoud van de literaire teksten, maar de verspreiding ervan. Het is

[pagina 110]
[p. 110]

niet het literaire manuscript, maar het literaire boek. Zowel de stipendia als de aanvullende honoraria hebben geen werkelijke marktinvloed en dienen geen enkele ander belang dan het sociale belang van de schrijvers. Nu al is het daarom niets dan paternalistisch gelul om de subsidies volgens andere dan sociale criteria te verdelen. Maar het is eigenlijk onzin om vanuit een cultureel standpunt de schrijvers überhaupt direct te steunen.

Zolang bij de verdeling van de beschikbare gelden niet alle zakelijk belanghebbenden bij de Nederlandse literaire boekenmarkt betrokken worden creëren de subsidies een overschot aan literaire manuscripten. De volgende wijzigingen moeten daarom op korte termijn in de subsidieregeling noodzakelijk worden aangebracht:

1.Afschaffing van alle directe uitkeringen aan de schrijvers. Uitsluitend subsidiëring van het literaire boek.
2.Het instellen van een subsidieraad, waarin naast schrijvers enkele adviserende zakelijke specialisten zitting hebben. Deze raad moet als derde partij in de onderhandelingen tussen schrijvers en uitgevers over de uitgave van individuele manuscripten optreden.
3.De beslissing om de materiële productie van een literair boek al of niet te subsidiëren moet in elk geval beïnvloed worden door de overweging dat het manuscript een kans moet maken gewone lezers te vinden, dat wil zeggen dat de tekst leesbaar moet zijn. De beslissingen over de grootte van de subsidiëringen per uitgave moeten in elk geval evenredig afhankelijk zijn van de kosten per uitgave en omgekeerd evenredig afhankelijk van de commerciële waarde van de schrijver en van de laatst bekende netto jaarwinst van de betrokken uitgever. Elk jaar moet er afhankelijk van het totale subsidiebedrag een maximum subsidie per uitgave worden vastgesteld. Per schrijver mag eveneens afhankelijk van het beschikbare totaalbedrag binnen een nader vast te stellen periode niet meer dan één tekst gesubsidieerd worden. De raad kan aan de subsidies voorwaarden verbinden over de vraagbeïnvloeding per uitgave.
4.Alle royalty's van gesubsidieerde uitgaven per eerste druk alsmede een telkens kleiner gedeelte der royalty's per volgende drukken worden geïnd door de subsidieraad. Alle winsten per uitgave per druk worden gedeeltelijk en in de verhouding van de gesubsidieerde kosten tot de uitgeverskosten van de eerste druk door de uitgevers terugbetaald tot het nominale subsidiebedrag per uitgave is voldaan. De totale inkomsten worden daarna jaarlijks aan de betrokken schrijvers uitgekeerd volgens bestaande sociale criteria en naar het aantal gepubliceerde woorden. Schrijvers die niet binnen een vast te stellen tijd een nieuwe subsidie voor een nieuwe tekst hebben aangevraagd komen daarna niet meer in aanmerking voor deze uitkeringen. De verdere inkomstenpositie van deze
[pagina 111]
[p. 111]
onproductieve schrijvers moet daarna geregeld worden bij sociale wetgeving in termen van arbeidsongeschiktheid of werkeloosheid of in andere termen en volgens een vooraf bekende definitie van het schrijversambt.
5.Een klein gedeelte van het beschikbare overheidsgeld moet worden gereserveerd voor bijzondere literaire en voorlopig ook voor bijzondere sociale gevallen.
6.De leden van de subsidieraad moeten regelmatig vervangen worden. In elk geval de beslissingsbevoegde leden moeten worden gekozen door de algemene vergadering van de Vereniging van Letterkundigen.
7.De administratieve werkzaamheden en de werkzaamheden van de leden van de subsidieraad moeten vergoed worden door het ministerie van C.R.M. en buiten de subsidies om.
8.Jaarlijks of anders wanneer wenselijk moeten er onderhandelingen gevoerd worden met de gezamenlijke uitgevers over het royaltypercentage van de gesubsidieerde boeken. Jaarlijks moeten onderhandelingen gevoerd worden over de grootte van het totale subsidiebedrag. Het subsidiebedrag moet tenslotte, maar zo snel als mogelijk groot genoeg zijn om de betrokken schrijvers een gemiddeld jaarinkomen te verschaffen dat vergelijkbaar is met het minimuminkomen van loonarbeiders. Ingeval deze en alle andere onderhandelingen waarbij de gezamenlijke schrijvers partij zijn mislukken kan er in een bijzondere algemene vergadering van de Vereniging van Letterkundigen besloten worden dat de subsidie van de materiële productie van boeken voor onbepaalde tijd wordt gestaakt en dat het totale subsidiebedrag direct en naar dezelfde maatstaven als onder punt 4 wordt uitgekeerd aan de betrokken schrijvers.
9.Het initiatief tot een subsidieaanvraag moet genomen worden door een schrijver of een uitgever, of door beiden. Jaarlijks moet een lijst van alle al of niet afgewezen titels en schrijvers worden gepubliceerd.
10.Overigens moeten de vrije onderhandelingen tussen schrijvers en uitgevers uiteraard blijven bestaan.

Dit zijn de belangrijkste wijzigingen die in de volgende jaren in de subsidieregeling moeten worden aangebracht. Zonder dit moeten wij alles wat in de naam van alle

[pagina 112]
[p. 112]

schrijvers gezegd of gedaan wordt saboteren. Zonder dit kunnen wij niet beginnen met behalve van de overheid ook van de bedrijven een subsidiebereidheid af te dwingen. En zonder dit kunnen wij niet beginnen de uitgevers aan te vallen, niet omdat zij te commercieel zouden handelen, maar omdat zij niet commercieel genoeg handelen, dat wil zeggen omdat zij geen vraag oproepen voor literaire boeken. Wij zullen moeten blijven wachten tot de opgewonden schrijvers zichzelf belachelijker hebben gemaakt dan ze het hun boeken doen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken