Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Mijn leven (1877)

Informatie terzijde

Titelpagina van Mijn leven
Afbeelding van Mijn levenToon afbeelding van titelpagina van Mijn leven

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.91 MB)

ebook (4.25 MB)

XML (2.48 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/autobiografie-memoires
non-fictie/muziek-ballet-toneel-film-tv


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Mijn leven

(1877)–Mina Kruseman–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Mej. C.H. Valkenburg.
Rome, 24 Maart 1874.

.........................

.... IK lijd kou! En hierheen zendt men teringmenschen voor hun gezondheid! Dio mio, ze lijden gebrek! Naar Rusland moest men ze zenden, om vertroeteld te worden, niet naar Italië, waar ze op straat een dak boven hun hoofd, en in huis steenen vloeren onder hun voeten hebben!

.........................

Gisteren heb ik een curieusen dag gehad. Om tien uur 's morgens ben ik naar Cardinaal Antonelli gegaan, die mij, tot verbazing van onzen ambassadeur, op mijn kaartje af ontvangen heeft. Toch liet hij mij onfatsoenlijk lang antichambreeren, zóó lang, dat ik uit verveling mijn notitie-boekje uit mijn zak kreeg en begon te noteeren:

 

‘Vatikaan,

‘20 trappen. Een wacht, soldaten, bedienden, heeren. 70 trappen. Een wacht, enz. enz.’

Toen ik 303 had neergeschreven en, even lakoniek als 't getal trappen, aan 't ameublement der drie antichambres bezig was, keek ik op om eenige porceleinen schilderijtjes te tellen, en ontmoette op eens, in een half geopende deur, twee zwarte oogen, van een klein, grijs mannetje (in een lange paarsche japon met vuurroode knoopjes) dat mij heel opmerkzaam gade

[pagina 123]
[p. 123]

sloeg en met een wenk uitnoodigde nader te komen; dat was Monseigneur Antonelli! - Ik volgde hem in een klein, koud kamertje met dubbele deuren en kreeg een plaatsje naast hem, op een blauw canapétje, heel fideel! - Toen hij den brief van *** gelezen had, beloofde hij mij, zoo mogelijk, een audientie bij den Paus, en daarna spraken wij zoo wat over Holland en den oorlog met Atjin, enz. enz. tot 't tijd van vertrekken was en hij mij met vier handjes uitliet.

Daarna ging ik naar onzen Hollandschen ambassadeur, die ziek was en niet ontving. Ik gaf mijn kaartje af en den brief van onzen ambassadeur, en wachtte op antwoord. Dadelijk werd hij beter! En werd ik binnengelaten in een kamer met boeken en papieren, waar ik hem wachten zou. Heel net gekleed verscheen hij eenige oogenblikken later, en, ziek of niet, de kennis was zoo gauw gemaakt, dat hij mij nog denzelfden dag mijn visite kwam terugbrengen; het regende sukkelachtig en ik was uit, maar in den regen kwam hij mij tegen, na een botje gevangen te hebben, en toen hebben wij verder ruim twee uur door den regen gewandeld, ik in waterproof met een groene lakensche modderjurk en hij poes mooi, lachende, groetjes krijgende van alle élégante dames in eigen rijtuigen! - Toch wou hij niet heen gaan, ofschoon ik het hem meer dan ééns geproposeerd had, en heeft hij nog een half uurtje met mij aan de deur van mijn huis staan praten, tot gemak van een koetsier, die in hetzelfde huis iemand spreken moest en, niet wetende aan wie zijn paard toe te vertrouwen, eenvoudig hem verzocht er op te passen. ‘Dàt is me nog nooit gebeurd!’ riep hij lachend, en heel goedig heeft hij op 't paard gepast!

.........................

 

26 Maart.

 

Ziehier 't antwoord van G. Kolff, Leiden. Even als ik met jufv. Baart gedaan heb zoo doe ik met u, le voici, handel verder naar goedvinden. Zoo als gij ziet, kunt ge bij hem over fl. 15 beschikken, en wat hij u verder bezorgen kan, zal hij ook wel maken dat gij krijgt. Stel u nu zelve met hem in correspondentie en vertrouw hem gerust, ook wat uw naam betreft; indien gij er op gesteld zijt anoniem te blijven (à tort, geloof ik) zal hij u niet verraden.

.........................

 

Mina.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • over B.P. Korteweg

  • over D.A. Thieme

  • over Jacob Haspels

  • over P. Haverkorn van Rijsewijk

  • over August Josef Cosijn

  • over Jan Versluys

  • over Jan ten Brink

  • over W.J.A. de Witt Huberts

  • over J.N. van Hall

  • over Catharine F. van Rees

  • over Julius Vuylsteke

  • over J.M.E. Dercksen

  • over Willem Doorenbos

  • over Gualtherus Kolff

  • over Jérome Alexandre Sillem

  • over J. P. Revers

  • over Martinus Nijhoff

  • over Carel Vosmaer

  • over W.I.C. Rammelman Elsevier, jonkheer

  • over Multatuli

  • over Mimi Douwes Dekker

  • over Betsy Perk

  • over Lucie Baart

  • over Elize Baart

  • over Antoine le Gras


Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 24 maart 1874

  • 26 maart 1874