Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Om de oude wereldzee. Deel 2 (1908)

Informatie terzijde

Titelpagina van Om de oude wereldzee. Deel 2
Afbeelding van Om de oude wereldzee. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Om de oude wereldzee. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (4.75 MB)

ebook (5.81 MB)

XML (1.23 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/culturele antropologie-volkenkunde


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Om de oude wereldzee. Deel 2

(1908)–Abraham Kuyper–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina t.o. III]
[p. t.o. III]


illustratie
de oproeping tot het gebed.


[pagina V]
[p. V]

Voorrede.

Ten deele juist blijft nog altijd de diagnose van het auteurslijden in het bekende wraakliedeken uitgezongen:

 
Stell' ich mein Werk der Welt zur Schan,
 
So weiss ich vorher es ganz genau,
 
Dass, wenn mich der Eine met Lorbeer kront,
 
Der Zweite gähnt, und der Dritte höhnt,
 
Der Vierte als kritischer Henker mich tödtet,
 
Ein erheucheltes Lob mir der Fünfte flötel.
 
Mann muss es ertragen. Wer baut an der Gassen,
 
Der muss die Leute wohl reden lassen....
 
Doch wer die perfidesten Nackenschläge
 
Uns gibt, das ist sicher - ein ‘lieber College’.

Toch kan ik voor de ontvangst, die aan het eerste deel van dit werk, al ontbrak ook hier ‘ein lieber College’ niet op het appèl, te beurt viel, moeilijk anders dan dankbaar zijn. Voor een werk van zulk een omvang en tot zulk een prijs aangeboden, is een eerste druk van 5000 exemplaren, binnen twee maanden door twee nieuwe drukken gevolgd, op onze beperkte Nederlandsche boekenmarkt niet teleurstellend. Maar wat mij vooral verheugde is, dat liefde voor de blinden een jonge dame het geduld deed oefenen om dit omvangrijke eerste deel in het Braille-schrift over te brengen. In de Blindenbibliotheek, Celebesstraat 14 te 's-Gravenhage, is het reusachtig pakket sinds enkele dagen ter lezing gelegd. Aanvankelijk kon ik mij van deze beschamende belangstelling in het eerste deel geen gereede verklaring geven. Het verscheen, zooals ik in de voorrede opmerkte, zonder de minste wetenschappelijke pretentie; een letterkundig product beoogde het evenmin te zijn; en van een boeiend reisverhaal had het niets. Navrage heeft mij later doen inzien, dat wat aantrok de hoeveelheid gecondenseerde kennis was, die dit eerste deel bood omtrent een wereldstreek, die nog steeds veler belangstelling gaande houdt en waaromtrent toch het breeder publiek zoo weinig op de hoogte was. Wel begon Bernard reeds in 1891 zijn Autour de la Méditeranée, doch dit werk liep nu reeds uit in negen zware deelen en is daarom voor het grooter publiek te uitgebreid. Graf Wilczek's, Das Mittelmeer, seine Stellung in der Weltgeschichte und seine Rolle im Seewesen, in 1895 verschenen, was te

[pagina VI]
[p. VI]

zeer beschouwend en gaf te weinig een beeld van wat zich om de Middellandsche zee aaneenschakelt. Een werk dat compact de noodige gegevens omtrent het volkerenleven om dat zeebekken bijeenvoegde, kon daardoor in een bestaande behoefte voorzien. Door deze ontvangst van het eerste deel aangemoedigd, heb ik dan ook gevolg gegeven aan mijn eerst nog niet vaststaand voornemen, om, op even gecondenseerde wijze, ook de nog niet behandelde deelen van het gebied der Middellandsche Zee in beeld te brengen. Frankrijk, Italië en het Adriatisch kustgebied liet ik daarbij, als aan ons reizend publiek te over bekend, geheel uit. Spanje en Portugal nam ik daarentegen op, daar de reizigers uit Nederland in deze landen nog schaarsch zijn, en ook omdat de nawerking van het Moorsch verleden, dat uit het Oosten kwam, zich in deze landen nog zoo in 't oog loopend gelden doet.

Ook thans heb ik onder elk hoofdstuk den dag aangeteekend waarop ik het voltooide. Dit was noodig omdat de historie niet stilstaat en in meer dan éen land, sinds ik het bezocht, reeds gewichtige veranderingen intraden. Voorzoover deze veranderingen plaats grepen, eer ik aan het hoofdstuk toekwam, waarop ze betrekking hadden, nam ik er nota van; maar een werk waar men twee jaren over schrijft, kan in zijn eerste hoofdstukken nooit up to date zijn. Deze moeilijkheid gold niet voor Marokko, want de Conferentie van Algeçiras was juist uiteengegaan toen ik er aankwam, en ook niet voor den Koningsmoord te Lissabon, want Portugal kwam het laatst aan de orde. Maar wel geldt dit met name van de omwenteling die in Turkije tot stand kwam en die het Balkan-vraagstuk zoo geheel van gedaante deed veranderen. Zij het mij daarom geoorloofd, deze omwenteling hier met een kort woord ter sprake te brengen. Al bleef Abdul-Hamid Sultan, toch is wat plaats greep niets minder dan een algeheele omwenteling in het Turksche bewind. De Jong-Turken hadden heel het land in stilte met een net van comité's overspannen, die op de Parijsche Comités du salut public wonderwel geleken. Het zijn deze Comité s, die feitelijk thans in Turkije het bewind voeren, niet alleen te Constantinopel, maar evenzoo in de Vilayets. Ministers en Valis zijn van deze Comité's geheel afhankelijk, en zelfs in Yildiz-Kiosk blijft den Sultan niet anders over, dan stipt uit te voeren wat deze Comité's gelasten. Zij zetten Ministers en Valis af naar welgevallen, en zelfs de rechtsspraak volgt hun inspiratie. Dit alles is door het hoofd-comité te Parijs van voorlang voorbereid, en Abdul-Hamid heeft door zijn zorgeloosheid en geldverspilling hen in staat gesteld, om zonder bloedvergieten, hun ondernemen, alsof het een tooneelbedrijf met nieuwe coulissen gold, plotseling te doen slagen. Ze bedienden zich daarbij van hetzelfde instrument dat Abdul-Hamid steeds ten dienste had gestaan: het leger. Dit leger was verwaarloosd, niet in zijn wapening en oefening, maar in zijn soldij en in de promotie der

[pagina VII]
[p. VII]

officieren. Zelfs onder de troepen die de Sultan voor drie jaren naar Yemen zond om den opstand daar te bedwingen, was herhaaldelijk reeds muiterij uitgebroken. Al het beschikbare geld slorpte Yildez-Kiosk en de bedorven ambtenaarswereld op; zoo was er niet om de troepen te betalen, en de promotie der officieren werd met opzet tegengehouden, omdat een hooger rang meer aan traktement vordert. De misnoegdheid hierover nam steeds breeder afmetingen aan, en het is van deze ontevredenheid dat de Jong-Turken partij trokken om de officierswereld op hun hand te krijgen; en met de officieren volgden de ontevreden soldaten. De verwarde staat van zaken in Macedonië, dat dicht genoeg bij Constantinopel lag om èn enkele weken de vrije hand te hebben èn toch onmiddellijk een aanslag op Constantinopel te kunnen wagen, bood als vanzelf het terrein om de omwenteling te beginnen. Daarbij hieven ze de leuze op, die reeds vroeger door Abdul-Hamid zelf gebezigd was, om de Mogendheden schaakmat te zetten, ze vroegen om herstel van de Constitutie. Op zichzelf druischt dit niet tegen den Muzelmanschen geest in, zoodat ook de Scheick-ul-Islam het pleit voor de Constitutie opnam. De Islam is democratisch van aard, een Doear heeft ook de Dey van Algiers erkend, en een republiek is eertijds in Cordova uitgeroepen. Het nieuwe was alleen dat hier de poging gewaagd werd om een Turksche natie te scheppen en alle ingezetenen, van wat herkomst of religie ook, met gelijke rechten in dit nationaal volksgeheel op te nemen. De Christenen juichten dit toe, of aan hun eeuwenlange onderdrukking een einde mocht komen; een andere nationaliteit, met name de Grieksche, jubelde meê, omdat aldus haar invloed op het bestuur verzekerd scheen; en zelfs de Bulgaarsche Comitadjis trokken zich over de grenzen terug, nu immers, zonder bloed, hun nationaal doel langs politieken weg te bereiken zou zijn. En wat de beweging ook bij het volk, en ten deele zelfs aan het Hof, gaande maakte, was de overtuiging, dat het nu eens voor goed met den zwaren druk der Mogendheden uit zou zijn. Voortaan toch zou de Sultan zich tegenover den eisch der Mogendheden op den onwil van zijn Parlement kunnen beroepen. Toen dan ook de Mogendheden zich haastten, om hun politieke Commissarissen uit Macedonië terug te trekken, waande men reeds gewonnen spel te hebben. Het Fara da sé zou voortaan ook op Turkije van toepassing zijn. Al spoedig echter volgde de ontnuchtering. Bulgarije begreep dat het nu nog kon en dus onverwijld moest toetasten, want dat, zat eenmaal het Parlement, alle kans op het herwinnen van zijn onafhankelijkheid verkeken zou zijn. Oostenrijk maakte eveneens spoed met het definitief annexeeren van Bosnië en Herzogewina. En ook Creta maakte gebruik van de afwachtingsperiode, om zijn aanhechting aan Griekenland door te zetten. Zoo verloor Turkije, insteê van te winnen, nog eer het Parlement kon dagen, het grooter

[pagina VIII]
[p. VIII]

deel van zijn nominaal bezit in Europa en hield alleen Macedonië, Albanie en het Sandjac van Novi Bazar, met den naasten omtrek van Constantinopel over, en wat het meest teleurstelde, voor het Fara da sé trad toen op eenmaal weer de bemoeienis der Mogendheden in de plaats; een bemoeienis die Turkije nu zelf moest inroepen. Turkije zou nu eerst recht groot, vrij en onafhankelijk worden, en zie, het werd danig verkleind, en het zwaard trekken dorst men niet. Een oorlog zou toch opeens aan het bewind der Jong-Turken een eind hebben gemaakt.

Hoezeer men dus ook op zichzelf de invoering der Constitutie moge toejuichen, nu reeds stuitte men op bittere teleurstelling, en die teleurstelling zal nog heel andere proportiën aannemen, zoodra het Parlement geregeld werken gaat. Al lukt het toch de eerste maal een Parlement saam te stellen dat gedwee meêgaat; en bij de pressie die de Jong-Turken op dit oogenblik op heel het leven in Turkije uitoefenen, is dit ver van onmogelijk; lang zal het niet duren of juist dat Parlement zal de bron van verdeeldheid worden. De Jong-Turken toch zijn echte Occidentalisten, die een constitutioneel leven willen, niet gestoeld op een Oosterschen wortel, maar geheel naar Fransch radicaal model, juist zooals het in de eerste en tweede Doema te Petersburg optrad. Is nu zelfs in Oostenrijk, dat dan nog door eenheid van religie saam wordt gehouden, de mogelijkheid om verschillende nationaliteiten constitutioneel saam te doen leven, zichtbaar aan het dalen, wat zal 't dan niet in Turkije worden, waar bij de gedeeldheid der nationaliteiten, nog de gedeeldheid in drie religiën zich voegt? Wat men thans in Hongarije ondervindt, dat bij zulk een staat van zaken ééne nationaliteit haar stempel niet duurzaam op geheel het volksleven kan drukken, zal nog veel erger hier uitkomen. Zooals daar de Magayaren, zoo willen hier toch de Turken hun taal en hun religie tot de taal en de religie van den Staat verklaard zien; en ieder voelt nu reeds vooruit, waarop dit moet uitloopen. Anatolië en Syrië zijn met Macedonië en Albanië niet in éen constitutioneel bewind te vereenigen, en Arabië met zijn gestadige neigingen tot Sonderbündlerei zal zich nimmer in dezen, uit Parijs geïmporteerden, toestand schikken. Hoe de tegenwoordige crisis zich ontspinnen zal, blijft nog een open vraag; maar zeer zeker zal deze eerste crisis straks slechts het voorspel blijken van nog veel ernstiger worsteling. Wie het zich gedroomd heeft, alsof de Jong-Turken nu eens voorgoed het Oostersche vraagstuk hadden opgelost, kent het leven om de Middellandsche Zee niet. Het Turksche volk is geen natie en wordt het nooit.

Ter voldoening aan het verlangen van lezers, die zelf geen Atlas bezitten, is bij dit tweede deel een kaart van de Middellandsche Zee gevoegd.

's-Gravenhage, 28 Oct. 1908.

KUYPER.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken