Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Spiegel aan de wand (1969)

Informatie terzijde

Titelpagina van Spiegel aan de wand
Afbeelding van Spiegel aan de wandToon afbeelding van titelpagina van Spiegel aan de wand

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.91 MB)

Scans (9.68 MB)

ebook (2.99 MB)

XML (0.35 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Spiegel aan de wand

(1969)–Olaf J. de Landell–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

32

Midzomer; witgloeiende dagen en smeulende nachten, vacantie.

Vele bekende cliënten zijn de stad uit. Anderen bezoeken het ‘Bella Monica’, éénmaal, tweemaal. Sommigen zijn hier vorige jaren reeds geweest.

Mrs. Helen Carfew komt een enkele keer, in 'n hurrie, op doorreis van Wenen naar Londen, ‘I'll come again in October, you see. Bye!’

Op een heel erg drukkende middag, als het leven een droom lijkt en elke beweging een klamme uitputting is, huppelt een jong slank vrouwtje de marmeren traptreden op; ze draagt een prachtige japon van dunne lila stof met grote zijden violen langs de hals, en ze neuriet 'n lied: een jubelend operette aria-tje. Herken je haar niet? Kom, vast wel: het blondje met de vele aanbidders. Mevrouw Mimi Ter Haarden-Daland.

Pas terug van de huwelijksreis.

Ach, nu zul je wel denken: het water stroomt altijd naar de zee; waarom krijgt die nou zoveel geluk?

Maar gelukkig zijn is een wetenschap. En mevrouwtje Ter Haarden kan niet helpen, dat ze in die richting een grote geleerde is.

Het ging zo: Papa Daland had gespeculeerd. Natuurlijk niet gunstig. Het maakte zijn portefeuille ongekend snel dun. Dat greep hem een beetje bij de strot: hij was het niet gewend.

[pagina 163]
[p. 163]

Daarom leek hem toen die jonge Rafen zo'n geweldig geschikte echtgenoot voor zijn dochter. Ja, hij hoorde wel es wat grinniken over een mannequin, maar per slot was hij zelf ook jong geweest, en hij was een man met moderne begrippen, al hield hij die voor zich. En eigenlijk wist hij officieel nergens van.

Het leek eerst prachtig. Maar daarna kwam die breuk tussen Bob en Mimi. Het kind bleek wat ontdekt te hebben en was ontroostbaar; ze wilde naar Caïro voor afleiding.

Nonsens. Als daar rijke Amerikanen aan de palmen hadden gegroeid, was alles anders geweest, maar aangezien Papa Daland absoluut overtuigd was, dat dit niet het geval zou blijken, en hij geen tientje extra te missen had, bleef dochterlief binnen de grenzen van het eigen land en stopte de averij van haar hart met fuifjes. Dat kostte niet zoveel, want als dame word je geïnviteerd.

Onderwijl slonk het familiegeld nog steeds. Papa greep links en rechts naar een bruigom met 'n gouden achtergrond, doch miste aldoor.

Zo kwam de dag, dat de schatkist leeg was.

Mimi ontdekte Pa met een revolver en nam er de kogels uit, zodat Papa zich voor niets opwond en 'n gratis laatste ogenblik beleefde. Z'n dochter vond dat hij dat wel verdiende en gooide de patronen in het putje.

's Avonds was er een groot bal champêtre bij vrienden.

Mimi was bloeiender dan ooit, maar juist die avond nam geen man bijzonder veel notitie van haar. Zelfs haar drie speciale satellieten hadden al hun aandacht nodig, om aan andere meisjes moeilijke danspassen te leren en ijs te voeren.

Het is grappig, dat de aureool van het goud zo snel vervaagt.

Om half twee 's nachts was Mimi Daland een verflenste bloem die er spijt van had, de revolverkogels weggegooid te hebben.

Om drie uur werd ze door een schuchtere jongeman uit de verste rangen harer aanbidders, die nooit door de drom

[pagina 164]
[p. 164]

had kunnen of durven dringen, in zijn wagen thuisgebracht.

Hij zag niet, dat haar neus glom en haar ogen traanden uit dikke randen, dat haar lippen bibberden en haar handen een kostbaar klein zakdoekje verfrommelden: hij had gedronken om moed te krijgen en vertelde haar binnen twee minuten, dat hij van haar hield, dat iedereen alles wist én dat ze hem moest trouwen, want dat hij acht ton van zijn vader geërfd had. Verder stelde hij zich voor als Jan ter Haarden en liet haar uitsnikken tegen zijn gewatteerde schouder.

Mimi was opgelucht. Zijn hand op haar rug voelde net als alle andere handen tot nu toe en zijn Eerste Kus leek haar een combinatie van een draaikolk en een autobotsing. Het was de beste medicijn voor haar ziekte.

Hemel ja, die Eerste Kus was van een edel merk en oudbelegen. De jongen huilde er haast van, want van zijn kant was 't menens.

De rest ging vlug. Papa Daland gaf z'n zegen nog vóór hij het rechte snapte. Dat was precies twaalf uur nadat die verdomde revolver niet afging en hij zichzelf in de spiegel zag staan met een raar vertrokken gezicht voor niets.

Daarna: verloving; aantekenen; trouwen.

‘De mensen zullen denken, dat ik het om 't geld doe,’ klaagde Mimi.

‘De mensen -’ smaalde haar man en liet zich zinken in het geluk.

Geen van beiden voelde zich bekocht. Zij trof een aardige echtgenoot, wellicht een beetje verlegen, maar dat vond ze wel leuk, want dan was je zekerder van hem. En hij kreeg een vrouwtje dat hij aanbad en dat niettegenstaande een geweldige reputatie 'n onverwachte mate van deugdzaamheid bleek te bezitten, met het bijbehorende charmante gebrek aan ervaring.

En aangezien mevrouw Mimi zoveel kleren kan kopen als ze wenst, en ze alle vroegere vrienden op het ogenblik vergeten heeft voor de enkelvoudige Man, en Papa de

[pagina 165]
[p. 165]

revolver in de onderste lade van zijn bureau weggemoffeld heeft onder alle heerlijke rekeningen met ‘voldaan’ erop, is er geen vuiltje aan de lucht.

In cabine 10 wordt mevrouw Ter Haarden ontvangen door miss Anita, en dadelijk kwettert haar stemmetje los over de prachtige huwelijksreis: de tocht door Schotland, het logeren bij kennissen van ‘mijn man’ op een oud kasteel, de doedelzakmuziek, de autotocht naar Londen, die dagenlang duurde, Londen zelf, Piccadilly en de Strand en het bezoek aan een beautyparlour daar, en: ‘o, já, miss Anita! nu moet u toch es horen! De wereld is zo belàchelijk klein....!’

Mevrouwtje's schouders schokken en haar gezichtje ontsnapt in een schater aan de reinigende invloed van twee vingers met cleansingcream. ‘Wie denkt u, dat we daar op een avond in een café ontmoetten?! U zult 't niet gelóven, hahahaha!!’

Miss Anita vergeet genietend haar werk en vraagt gespannen: ‘Now? Wie then?’

‘Meneer Rafen met zijn vrouw....’ kraait Mimi.

‘Meneer Raf'n met sain vrau....’ Ja, dat is grappig, maar er is toch ook iets tragisch in, voelt Anita.

‘Juffrouw Lindes,’ verduidelijkt de cliënte.

‘Miss Lind's? - Sain sai getrouwd?!’

‘Oók op de huwelijksreis!!’ giert mevrouwtje.

Miss Anita gaat opgewonden lachend op de toilettafel zitten. ‘Heus?’ vraagt ze gretig, terwijl ze van agitatie de cleansingcream aan een weerbarstige haarlok afveegt, ‘heus?!’ Ze schatert ook, jubelend van meeleven met de andere patiënte: ‘What fine! What 'n mop! And how sag sai eruit?’ Ze vergeet nooit die ene maal, dat ze Ina behandeld heeft.

‘Mooi,’ zegt Mimi, sans rancune.

Miss Anita verkneukelt zich in een tweezijdig plezier; begrijpt dan wat deze cliënte toekomt: ‘Sag sai uw?’

‘Já!’ giert Mimi opnieuw. ‘Allebei!’

De assistente kreunt van nieuwsgierige spanning. ‘What toen?’

[pagina 166]
[p. 166]

‘Ik knikte ze gewoon toe.’ Mevrouw Ter Haarden bedaart een beetje. ‘Hij werd bloedrood en zij spierwit.’

‘And groetten sei t'rug?’

‘Ja, hij boog en gooide een glas om. Zij neeg heel even het hoofd en richtte het toen wel tweemaal zo hoog op.’

‘Oh, my....!’

‘Ze is natuurlijk nog woest op me. Groen zag ze. En een paar ogen als Garbo. Je reinste stervende zwaan!’

Miss Anita is opeens ernstig. Ze begint weer cream op te leggen, en het duurt een ogenblik voor ze antwoordt: ‘Ik can har begraip'n.’

‘Och ja, ik ook wel,’ stemt de cliënte jolig toe.

‘Sai heeft er so onder geled'n,’ verklaart de assistente.

‘Waaronder?’ wil Mimi precies weten.

‘Daaronder,’ repliceert Anita brutaal. ‘Ik weet niet, if ik had thatzelfde cunnen drag'n....’

Mevrouwtje glimlacht en vertelt verder over Ostende en Antwerpen, waar ze op de Keizerlei voor haar man overhemden gekocht heeft, zùlke prachtige! en ze hebben met 'n kennis in een artistenkroegje gegeten, een allerleukst Duits gelegenheidje, ‘bei der Steffie’, waar iedereen elkander kende. En bij de haven is haar hoed afgewaaid, en toen haalde zo'n leuke Belgische soldaat hem voor haar uit 't water, net of dat wat hielp, hahahaha!!!

En op de Groenplaats heeft ze 'n heleboel dingen met echte kant gekocht: hemden en zakdoekjes en een sjaaltje en o, 'n massa....

Maar Miss Anita denkt al glimlachend en knikkend aan die andere vrouw, die ook op haar huwelijksreis is. Onderwijl masseert ze het voorhoofd van de patiënte met twee zachte borstels en houdt het oog op een bakje met smeltende complexion wax in heet water.

Ina Rafen. -

Is ze nu gelukkig?

De liefde is zo'n wonderlijk iets.... en de mens is het vreemdste schepsel der aarde, omdat hij de liefde zondig kan noemen en haar consequenties niet durft te aanvaarden.

[pagina 167]
[p. 167]

Ina Rafen, ben je ooit slecht geweest? En zul je nu, in je huwelijk, kinderen krijgen, en erom geëerbiedigd worden? -

Gekke, krankzinnige wereld, die samenleeft zonder lief te hebben en liefheeft zonder samen te leven. En welke de mensen, die beide doen, in sommige omstandigheden onachtbaar vindt.

Over een poosje zal Ina Rafen ook weer in een van deze cabines zitten, en zich laten behandelen. Alle moeite die vroeger voor het vak was, is nu ter ere van één man....

Of was het dat toen ook al, Ina Rafen? -

Misschien is het hele ‘Bella Monica’ wel een grote maskerade....

‘Miss Patterson!!’

‘- Yes - mevrau? -’

‘U heeft helemaal niet geluisterd!’ pruilt Mimi. Op het schuldige zwijgen van de assistente herhaalt ze: ‘Komt meneer Borger hier nog wel eens....?’

‘Ja, ik geloof so, mevrau.’

‘Met freule Mervelinck?’

‘That weet ik niet....’

Mevrouwtje snuift.

Meteen is haar aandacht echter alweer bij iets anders: ‘Ik moet een doosje rouge hebben, “Papillon enchanté”, en ook zo'n lippenstift.’

Hoewel zelf niet erg diep van gedachten, moet miss Anita even glimlachen als ze bedenkt, hoezeer de naam van het preparaat toepasselijk is op de koopster: papilion enchanté.

Mevrouw Mimi ter Haarden-Daland timmert niet hoog.

Doch met typisch vrouwelijk instinct heeft ze een grote wijsheid doorgrond: schoonheid is macht.

De Mora-preparaten gaan geweldig; iedereen wil ten slotte graag een beetje macht hebben.

Spiegeltje, spiegeltje aan de wand....

- Nou, spiegeltje? - Schaam je niet: we zijn onder ons.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken