Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Mnemosyne (ca. 1840-1850)

Informatie terzijde

Titelpagina van Mnemosyne
Afbeelding van MnemosyneToon afbeelding van titelpagina van Mnemosyne

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.21 MB)

Scans (17.92 MB)

ebook (3.61 MB)

XML (0.19 MB)

tekstbestand






Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

verhalen


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Mnemosyne

(ca. 1840-1850)–Abraham Johannes Lastdrager–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Overdrevene gehechtheid aan de letter der wet.

De heer cambo, een Malthezer, was als regter zeer geacht, eerlijk, en in al zijne handelingen naauwgezet, tot het schroomvallige toe. Hij had de gewoonte van zeer vroeg op te staan, en reeds van het aanbreken des dags bestudeerde hij de letter der wet, waarvoor hij eenen bijgeloovigen eerbied koesterde. Als hij zoo vroeg op was, bezocht hij ook dikwerf zijn balkon; want de aanzienlijke huizen van la Valetta hebben allen balkons, van buiten met zonneschermen of draperiën beschut, welke den bewoners toelaten alles op straat te zien, zonder zelven bemerkt te worden. Daar nu op zekeren morgen zeer vroeg zijnde, hoorde cambo gedruisch op de straat, en zag twee mannen, van welke de een door den anderen vervolgd werd; de laatste, met eenen dolk gewapend, stiet den vlugtende in den hals, juist onder het balkon des regters. De ongelukkige viel op de plaats; en de moordenaar, dien cambo terstond herkend had, raapte zijne muts, die gevallen was, op, wierp de scherde van

[pagina 25]
[p. 25]

zijn dolk eenige schreden van zich, sloeg eene zijstraat in, en verdween. Een paar minuten later kwam daar een bakker, met zijne broodmand op het hoofd. Hij stiet met den voet tegen de dolkscheede, nam haar op, en stak haar, na ze vlugtig bekeken te hebben in zijnen zak, waarna hij zijnen weg voortzette, totdat hij bij het lijk kwam. Doch op het zelfde oogenblik snelde ook eene patrouille toe, die door het gegil, 't welk de stervende aangeheven had, in beweging gebragt was. De bakker, daardoor verschrikt, trachtte zich te verschuilen, maar werd ontdekt en medegevoerd. Men doorzocht zijne zakken, en vond er de dolkscheede, die juist op het lemmer, dat nog in de wonde stak, paste.

De Regter, altijd op zijn balkon gebleven, had dit alles gade geslagen, en geen der omstandigheden was van zijne aandacht ontsnapt. En toch zweeg hij en liet aan niemand zijne tegenwoordigheid blijken, want hij wilde dat het regt zijnen loop zoude hebben, zoo zonderling was zijne gehechtheid aan de vormen der wet. Het proces-verhaal werd opgemaakt, maar het geheim, aan cambo alleen bekend, en waarvan de bekendmaking eenen onschuldige aan den dood zou hebben onttrokken, bleef in den boezem des regters begraven. Zijn bekrompen en verward brein hield zich naauwkeurig aan de letter der wet. Het oude Malthezer regt bepaalde, dat geen persoonlijke getuigenissen door den regter ingewonnen, of feiten, buiten de regtbank, ter zijner bijzondere kennis gekomen, invloed mogten hebben op zijne uitspraak, en van die bepaling meende cambo niet te mogen afwijken. Het regtsgeding nam derhalve eenen aanvang, en de regter ondervroeg den schuldeloos verdachte. De omstandigheden waren dezen ongunstig, en de uitkomst der debatten leverde, wat het Malthezer wetboek halve bewijzen van schuld noemde, in welk geval de wet voorschreef om tot

[pagina 26]
[p. 26]

de pijnbank over te gaan. De arme bakker onderging de folteringen onder het oog van den dwazen regter, wiens geweten er zich mede scheen te vergenoegen, dat de bakker, wanneer hij, op de pijnbank geschroefd, standvastig zijne onschuld volhield, gered zoude zijn, want de halve bewijzen waren niet voldoende om hem ter dood te doen veroordeelen. Maar de bekwaamheid van den beul, die zijne leden uitéénrukte, zegevierde over de waarheid, en de ongelukkige, onder zijne smarten bezwijkende, verklaarde zich schuldig.

Nu mogt men denken, dat cambo opgestaan zou zijn, om hetgeen hij gehoord en gezien had, te verhalen. Doch neen! Hij koesterde eenen onbepaalden eerbied voor de letter der wet; het afschuwelijke vonnis werd door hem zelven uitgesproken en door den beul voltrokken; ja, het is verschrikkelijk om te vermelden, cambo vertrok daarbij geen spier van zijn gelaat. Hij was een koud getuige van deze schreeuwende onregtvaardigheid. De ware moordenaar, zes maanden later wegens eenen anderen moord ter dood veroordeeld, bekende voor zijn sterven de, misdaad, voor welke de bakker gestraft was. Hij zeide zelfs aan den regter cambo, dat hij dezen op zijn balkon bemerkt had. ‘Ik heb duidelijk uwe zonneschermen zien bewegen,’ sprak hij, ‘en gij boogt u voorover, toen ik mijne muts opraapte,’ en cambo, wel verre van dit te ontkennen en zich te verontschuldigen, hield staande, dat hij zich als een naauwgezet regter gedragen had, en dat elke andere handelwijze van zijnen kant onwettig en strafbaar zou geweest zijn.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken