Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Dialogus Creaturarum dat is Twispraec der creaturen (2015)

Informatie terzijde

Titelpagina van Dialogus Creaturarum dat is Twispraec der creaturen
Afbeelding van Dialogus Creaturarum dat is Twispraec der creaturenToon afbeelding van titelpagina van Dialogus Creaturarum dat is Twispraec der creaturen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (12.88 MB)

ebook (16.85 MB)

XML (0.69 MB)

tekstbestand






Editeur

Hans Rijns



Genre

proza

Subgenre

fabel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Dialogus Creaturarum dat is Twispraec der creaturen

(2015)–Gheraert Leeu–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Van enen iongen bock die een groet goekelaer was Dyalogus Ciiij |



illustratie

[Folio o1r]
[fol. o1r]

HEt Ga naar voetnoot349 was een ionghe bock: die alten groten gokelaer | was ende ouerwel konde singhen ende springhen ende seer | meesterliken konde spreken ende alre hande boertelic spul | konde maken Die nochtans ongherekent was ende niet wel ghe | [5] sien want hi in alle sinen konsten alle dinc te veel maecten ende geen | maet en hielt dat hi daer om in armoeden leefden Dese ghinc | op een tijt tot den coninc ende seyde Heer coninc als gi wel weet | so ben ic die meester van allen gokelaers ende speelluyden Ende | ic en ben niet garen gesien of gehoort in uwen rijc wantter veel | [10] speelluyden sijn die hoechliken gheloent warden die nochtant so | wel niet konnen als ic Hoe coemt dit aldus Die coninc antwoor | den Alstu segghes bistu meester inden speelen bouen al Mer dit | mistaet di ser ende is onghenoechlic in di dattu alle dinck te veel | doeste ende segste also dattet volck daer verdriet in heuet wilstu | [15] daer om garen wesen ghesien ende ghehoert siet dattu mateliken | sprekes ende dijn spul sateliken doeste. Doe dit dat bodxkijn Ga naar voetnoot350 | hadde ghehoort leerden hi in alle sinen dinghen matich te we | sen ende wart alsoe rijck ende seyde. Alle Ga naar voetnoot351 dinc datmen | duet. ist mit bescheyden soe isset guet. ¶ Alsoe sellen wij oeck | [20] onse wercken ende dat gheen dat wij konnen myt maticheyt | ende onderscheydenheyt doen dat wi niemant daer of verdrie | telick en sijn Want ysidorus seyt Alle dat gheen datte veel ende | onmatich is dat wort in verdriet ghekeert. Daer of seyt een | meester. Si en sijn niet goet noeh wel ghesaet. die veel spreken | [25] bouen maet: Dicwijl wort die voghel gheuanghen. met fleu | ten ende mit soeten sanghen. Een ionck broeder vraghede enen | ouden vader ende seyde. Segghe mi vader oft berter Ga naar voetnoot352 is spre- | ken of swighen. Die oude antwoorde Ist dattet onnutte woor | den sijn soe swijghse. Mer sijnse goet en wilse niet langhe ver- | [30] trecken: O ionghelinck du selste nauwe spreken in dijnre sa- | kenAlstu twewerf gheuraghet biste laet dyn ouerste dan heb | ben dat antwoort Daer ouder luyden sijn dan du selstu niet | spreken ende onder dijn ouerste ende den heren en seltu di niet | vermeten te spreken Men leest in dat vader leuen dat een broe |

[Folio o1v]
[fol. o1v]

der enen ouden vader vraghede ende seyde hoe langhe sal men | silencium houden Die oude antwoorden Ter tijt toe datmen | di vraghet In allen plaetsen daer du swighende biste seltu rus | te hebben Houdet daer om silencium tot dattet tijt is te spreken | [5] Die philosooph temistides sprack tot een slecht man daer si te | samen in een warschap waren ende seyde Du biste wel geleert ende | dat alleen daer in dattu wel swigheste Daer om seyt ysidorus | Allet tijt is seltu spreken ende alst tijt is seltu oec swighen en | de en selste niet spreken ten si dattu gheuraghet wordeste. En | [10] spreke niet eer dattu hoorste Die vraghe sal dijn mont op doen |

voetnoot349
H initiaal, 3 regels hoog, geen zichtbare representant.
voetnoot350
bodxkijn lees: bocxkijn.
voetnoot351
A initiaal, 1 regel hoog, met zichtbare representant.
voetnoot352
berter lees: beter.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken