Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De taal van Stijn Streuvels. Deel 1. Het woord bij Streuvels (1970)

Informatie terzijde

Titelpagina van De taal van Stijn Streuvels. Deel 1. Het woord bij Streuvels
Afbeelding van De taal van Stijn Streuvels. Deel 1. Het woord bij StreuvelsToon afbeelding van titelpagina van De taal van Stijn Streuvels. Deel 1. Het woord bij Streuvels

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.44 MB)

Scans (16.28 MB)

XML (1.02 MB)

tekstbestand






Genre

sec - taalkunde

Subgenre

proefschrift


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De taal van Stijn Streuvels. Deel 1. Het woord bij Streuvels

(1970)–Hubert Lemeire–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 139]
[p. 139]

4. Het Lidwoord.

A. Vormen.

1. Bepaald lidwoord: (zoals in het ‘ouderwets’ Nederlands)

a) mannelijk : nominatief : de
  (sporadisch: den)
  accusatief : den
  genitief : des, 's
 
b) vrouwelijk : nominatief } : de
  accusatief } : de
  genitief : der
 
c) onzijdig : nominatief } : het, 't
  accusatief } : het, 't
  genitief : des; 's

2. Onbepaald lidwoord:

a) mannelijk : nominatief : gewoon: een
  dialectisch: ne, 'ne, e, 'e
  accusatief : (sporadisch als nominatief)
  gewoon: enen
  dialectisch: nen, 'nen
 
  genitief : eens
b) vrouwelijk : nominatief } : een, ene
  accusatief } : een, ene
  genitief : ener
 
c) onzijdig : nominatief } : een, e
  accusatief } : een, e
  genitief : eens

[pagina 140]
[p. 140]

B. Voorbeelden:

1. Genitiefsvormen komen geregeld voor. Vooral in het vrouwelijk en in het meervoud. Zie ook p. 102.

 

‘In den loop der week zette Sleper uit om mannen aan te werven’ (Waterhoek, 134)
‘Die schroom had Elvire nog veel erger gedrukt bij 't eerste ontmoeten der broers van haar vriendinnen’ (Beroering, 418)
‘De dronkenheid der herinnering aan het gelukzalige’ (Alma, 42)
‘Elk een der huizen rond de plaats droeg zijn bekend gelaat’ (Alma, 45)
‘Van moeder-overste heeft Lieveke veel goeden raad meegekren, vermaan, over het naleven der plichten van dankbaarheid tegenover haar weldoeners’ (Levensbloesem, 302)
‘Het levend zonnevuur dingelde uit de kappe des hemels’ (Vlaschaard, 213)
‘Het dorp scheen in een oud, vervallen begijnhof herschapen, waar dolende zielkens, lijk op de laatste dag des werelds’ (Dorpsgeheimen, 41)
‘Alles naar den eis en den echten stempel ener Vlaamse kortwoonst’ (Herinneringen, 224)

 

2. Genitiefsvormen en datiefsvormen vinden we in de vele geijkte en bijwoordelijke uitdrukkingen op p. 111-128.

[pagina 141]
[p. 141]

3. Buigings -n.

Op p. 134 reeds werd er op gewezen dat Streuvels de buigings-n overal bewaart.

 

Op elke bladzijde vindt men voorbeelden.

 

‘Met den geur der vochtige eerde en rotte bladeren, snuift Lieveke de herinneringen aan de zomergenoegens weer op’ (Levensbloesem, 304)

 

4. Geregeld ook dringt de buigings-n tot in de nominatief door.

 

Enkele voorbeelden:

 

‘Terzelfder tijd overviel hem den weemoed en de verveling omdat het hier onveranderlijk en eeuwig dezelfde weerkeer was’ (Dagen, 286)
‘Ze stapten op mate en waar 't den voois vereiste, sloegen ze gezamelijk de benen hoog op’ (Vlaschaard, 197)
‘Over de wereld hangt den vredewasem van den nazomernacht’ (Maanden, 376)
‘Hoe heeft den Duits zich laten om den tuin leiden’ (Herinneringen, 190)
‘Op den monumentalen grafkelder der familie stond den naam van Auguste Lagae gebeiteld in gulden letters’ (Levensbloesem, 268)

 

5. Enkele voorbeelden van de andere vormen; (eigen aan de streektaal)

 

‘Na nen halven dag vastens, met ene duchtige rammeling, voelde ik meer lust tot lachen dan tot wenen’ (Lenteleven, 9)
[pagina 142]
[p. 142]
‘Toont e keer dat ge durft’ (Lenteleven, 19)
‘Kom e-keer mee, Louis; 'k moest u iets vragen’ (Vlaschaard, 165)
‘Kom e keer’ (Lenteleven, 109)
‘'t Is zo al met 'nen keer gekomen, zegde hij heel beteuterd’ (Lenteleven, 59)
‘Vader kwam ne keer thuis van de markt’
(Werkmensen, 365)
‘Jongens, zei hij, als we 't 'ne keer kunnen doen, kopen we 'ne zetel’
(Werkmensen, 365)
‘Voor 'nen armen mens, 'nen boterham believe 't u! schooide zij’ (Lenteleven, 58)
‘Aan elk stuk muur is ene herinnering uit de oudheid verbonden’ (Herinneringen 213)
‘Zij voeren er opzicht uit en ene nieuwsgierige bewaking’ (Herinneringen, 214)
‘Kom 'e keer nader!’ (Najaar, 386)

 

Met verkeerde spelling:

 

‘'k Zou n'en slok water willen voor d'honden, vroeg hij’ (Lenteleven, 109)


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken