Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Onze voorouders in verschillende taferelen geschetst. Deel 4. De gestoorde bruiloft. Ulrich de zanger. De Friesche bouwmeester. De bedevaartganger (1842)

Informatie terzijde

Titelpagina van Onze voorouders in verschillende taferelen geschetst. Deel 4. De gestoorde bruiloft. Ulrich de zanger. De Friesche bouwmeester. De bedevaartganger
Afbeelding van Onze voorouders in verschillende taferelen geschetst. Deel 4. De gestoorde bruiloft. Ulrich de zanger. De Friesche bouwmeester. De bedevaartgangerToon afbeelding van titelpagina van Onze voorouders in verschillende taferelen geschetst. Deel 4. De gestoorde bruiloft. Ulrich de zanger. De Friesche bouwmeester. De bedevaartganger

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.76 MB)

ebook (3.03 MB)

XML (0.67 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

historische roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Onze voorouders in verschillende taferelen geschetst. Deel 4. De gestoorde bruiloft. Ulrich de zanger. De Friesche bouwmeester. De bedevaartganger

(1842)–Jacob van Lennep–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 44]
[p. 44]

Aanteekeningen.

Bladz. 4. Reg. 3 van onderen. Zeer verschillend zijn by onze schrijvers de gevoelens over den naamsoorsprong van Egmond: nannius, boxhorn, alting, en anderen meer raadplegende, zullen wy wellicht nog even onzeker blijven, welke hunner gissingen te omhelzen, en of wy aan een aula haec munda, aan een mond der Hegge, aan een Engen mond, of, gelijk my't eenvoudigst voorkomt, aan een eec- (water) mond moeten denken. De schrandere van rijn was in zijn aanteekeningen op de Oudheden van Kennemerland goed op weg; maar ongelukkig was de geleerde-waereld juist toen op het doolpad geholpen door de uitgave van den Pseudo-Klaas Kolijn, wien hy meer raadpleegde dan zijn eigen scherpzinnigheid.

Bladz. 7 van onderen. De beschrijving der pracht en weelde, aan de schepen der Noormannen verkwist, is niet overdreven, maar stemt met de getuigenissen der geschiedschrijvers overeen. Neiging tot opschik en overdaad was by hen, even als by alle min beschaafde en eensklaps rijk geworden menschen, een karaktertrek. Men leze omtrent dit punt de getuigenissen, aangehaald by van bolhuis, de Noormannen in Nederland, bl. 265, 266.

[pagina 45]
[p. 45]

Bladz. 11. Reg. 4 van onderen. Sint Olof had kort te voren de bewoners van Noorwegen tot het Christendom bekeerd; doch het was een bekeering met het zwaard, die de bekeerden niet vredelievender maakte.

Bladz. 13. Reg. 2 van onderen. Ofschoon Dirk V de eerste was, die den tijtel van Graaf van Holland voerde, is zeker de landstreek vroeger onder dien naam bekend geweest, en heb ik gemeend, dien duidelijks halve te mogen bezigen.

Bladz. 19. Reg. 22. Luitgaard, de vrouw van Aernout, was de dochter van Theophano, echtgenoote van den Griekschen Keizer Romanus den Jonge en zuster van Theophano, gemalin van Keizer Otto II, by wien Egbert, Aernouts broeder, Aartsbisschop van Trier en rijks-kancelier, in blakende gunst stond.

Bladz. 32. Reg. 11. Eerst op den jare 1083 vinden wy van een kastelein van Leyden, onder den naam van Halewijn gewach gemaakt. Uit dezen zijn, de geslachten van Wassenaar, Polanen, Duivenvoorde en vele andere voortgesproten. De stad Leyden bestond toen nog niet. Zelfs in den giftbrief van Graaf Dirk V aan de Abdy van Egmond vinden wy slechts van een dorp Leyden gewach gemaakt.

Aldaar. Reg. 12. De Lier was een klein riviertjen, by Vlaardingen in de Merwe uitloopende, en waarvan de nog tegenwoordig bestaande ambachts-heerlijkheid haar naam schijnt ontleend te hebben. Wy vinden dit water in den giftbrief van Keizer Otto III vermeld.

Bladz 34. Reg. 5. Wy vinden Noort vermeld onder de plaatsen, waarmede Keizer Arnulf de bezittingen van Graaf Gerolf vermeerderde.

Bladz. 36. Reg. 3. De abt Regino spreekt van

[pagina 46]
[p. 46]

Durfos, als een slot aan de Maas gelegen, daar waar het zeegetijde reeds begint te loopen, in welk slot zich Hertog Reginer, door Koning Zwentibolch vervolgd, zoo stevig had verschanst, dat de Koning herhaalde reizen vergeefs poogde het te overmeesteren. Het wordt door sommigen, met geen genoegzamen grond echter, voor dezelfde plaals als Dordrecht gehouden. Anderen daarentegen plaatsen Durfos aan de Moezel, welke rivier in vele oude geschriften met de Maas verward wordt.

Bladz. 43. Onderste regel. Breede roeden: Brederode. Deze woordafleiding (of' liever woordspeling) vinden wy by onze kronijkschrijvers. Wy twijfelen er echter aan, of zy de juiste zij. Rode is grond, en wel: ontgonnen land: en dus is Breede Rode niet anders dan een zoodanig land van meerdere uitgestrektheid. Men vindt de samenstelling met rode in vele namen van plaatsen bewaard: als St. Oeden-rode, Nyen- (nieuwe) rode, Berken-rode, Ipen-rode, enz.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

titels

  • Onze voorouders in verschillende taferelen geschetst (5 delen)