Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Verspreide opstellen (1916-1917)

Informatie terzijde

Titelpagina van Verspreide opstellen
Afbeelding van Verspreide opstellenToon afbeelding van titelpagina van Verspreide opstellen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.76 MB)

XML (0.66 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/essays-opstellen
non-fictie/pedagogiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Verspreide opstellen

(1916-1917)–Jan Ligthart–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 35]
[p. 35]

IV. Over straffen.

Ik geloof niet in de opvoedende kracht van door menschen opgelegde straffen. Tegen de Natuur, tegen het Lot, tegen God, kunnen we niet zeggen: ‘Blijf van mijn lijf af, bemoei je met je eigen zaken,’ want we zijn hun zaken. We zijn ‘producten der Natuur’, ‘speelballen van 't Lot’, ‘kinderen Gods’, al naar we 't opvatten, en zeker niemand meent in ernst, dat hij de baas is over de in- en omstandigheden, die zijn leven beheerschen. We onderwerpen ons aan de Oppermacht van den eenig Machtige, en willen zelfs aannemen, dat Zijn handelen rechtvaardig is, ook al kunnen we deze rechtvaardigheid niet altijd zien.

Maar tegen de ons straffende menschen verzetten we ons altijd, 't zij feitelijk, 't zij, waar moed en kracht falen, alleen innerlijk. Met onwil en wrevel en toorn worden we jegens hen vervuld en een ‘fiat voluntas’ kan ons nooit met volkomen overgave jegens de straffenden mensch over de lippen, misschien wel mede omdat we gevoelen, hoe hij, niet bekend met al de motieven onzer daden, onmogelijk rechtvaardig kan zijn. Raadpleeg ik mijn eigen leven - en daarin hebben we meestal ons beste paedagogiekboek - dan hebben de straffen mij nooit gebracht tot afkeer van

[pagina 36]
[p. 36]

het kwaad, maar wel tot kortstondigen en soms zelfs langdurigen afkeer van den straffer.

Toch kunnen we de straffen niet missen, maar dan dienen ze een anderen naam te dragen, in overeenstemming met hun dienst. In elke kleinere of grootere samenleving heb je de ongebonden naturen, die zich niet naar de eischen van het geheel of de rechten van hun gelijken willen schikken, en tegenover hun aanmatiging moeten we ons zelf en de maatschappij beschermen door dwangmaatregelen. Wil je niet, dan zal ik je dwingen.

Deze dwangmaatregelen hebben echter geen opvoedend, wel een regelend, een formeerend, een fatsoeneerend, een dresseerend karakter. Het individu wordt er door gekneed tot een bepaalden vorm, gedresseerd tot een bepaald handelen, en daardoor wordt hij wel bruikbaarder en dus practisch beter, maar niet moreel beter. Zoo min als we de moraliteit kunnen prijzen van een machinerad, dat precies in de tanden van een ander rad grijpt en zoo medewerkt tot een onberispelijk loopen van de heele machine, zoo min kunnen we zedelijkheid eeren in de onder pressie van dwangmaatregelen geproduceerde braafheid.

Er is geen zedelijkheid zonder vrijheid.

Wie dus zijn kinderen - of menschen! - wil opvoeden, d.i. wil doen ontwikkelen tot zedelijke karakters, gunne hun een zoo groot mogelijke vrijheid en onthoude zich zoo veel mogelijk van straffen. De kracht, waarmee hij hen leidt, ga uit van zijn eigen reine en rijpe persoonlijkheid, en van de ook in den

[pagina 37]
[p. 37]

kinderleeftijd reeds tot wijsheid voerende Ervaring.

Het klinkt mij als een idiootheid, wanneer ik hoor: ‘Je hebt de bessen van het boompje geplukt, nu mag je voor je straf een week niet in den tuin.’ Het had zin, wanneer men zei: ‘Je kunt dus blijkbaar nog niet zonder toezicht in den tuin.’ In zoo heel veel gevallen kan men aan kinderen (en volwassenen!) zelf de keuze laten, of ze zekere vrijheid voor hun verantwoording durven nemen, ja of neen. En in plaats van hun allerlei vrijheden te ontzeggen, moedige men hen juist aan, vrijheden, en daarmede verplichtingen, voor hun rekening te nemen.

Een onbevoegde.
 
‘Ik kan 't niet vinden met dat kind,’
 
Zegt hij, ‘en 'k laat het dus maar staan.’
 
Wat zoudt ge zeggen, waarde vrind,
 
Als zoo met u eens werd gedaan?
 
Zoo streng straft gij der kindren schuld,
 
En ge eischt nog zelf zooveel geduld.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken