Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put (1957)

Informatie terzijde

Titelpagina van Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put
Afbeelding van Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de PutToon afbeelding van titelpagina van Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.18 MB)

Scans (9.35 MB)

ebook (3.04 MB)

XML (0.50 MB)

tekstbestand






Editeur

N.C.H. Wijngaards



Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Liederen van Mechtildis van Lom en andere annuntiaten, voorafgegaan door de Transcedron-kroniek van Barbara de Put

(1957)–Mechteldis van Lom, Barbara de Put–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Ga naar margenoot+27. Een ander vose:

t'Was een rijck fraij borgers kint.

 
Maria soet, mijn voorsprackers,
 
wilt mij u jongste toone,
 
weest toch nu mijn advocaters
 
aen Jesus uwen soone!
 
Och, wilt hem mijn allende
5[regelnummer]
geheellijck eens voorwinde,
 
op dat hij mij door u maeck vrij
 
van al mijn slavernij.
 
 
 
Ick presenter u gansch geheel
 
al mijn allendigheijden:
10[regelnummer]
mijn hert, mijn ligham ende siel
 
met haer behoufticheijden.
 
Nemt mij in u regere
 
en moederlijck bestiere!
 
Ontsluijt u hert vol min t'ons wert
15[regelnummer]
en geneest onse smert.
 
 
 
Door u bestier en regiment
 
wilt al mijn saecken driven;
 
bij uwen soone hoogh present
20[regelnummer]
soo wilt mijn voorsprack bliven.
 
Wilt mij de rechte bane
 
van Godts wil in doen gaene;
 
door u pracktick maeckt mij gelijck
 
aen Godt, eer ick beswick.
 
 
25[regelnummer]
Ga naar margenoot+O gheluckigh die hun prosses
 
van u heel laeten driven!
 
Ghij sultse krighen goet sucses
[pagina 209]
[p. 209]
 
om niet beschamt te bliven,
 
maer sult haer wierpartije,Ga naar voetnoot106.
30[regelnummer]
met al die haer benije,
 
maecken beschamt en heel ontsamt,Ga naar voetnoot107.
 
onder de voet gepramt.Ga naar voetnoot108.
 
 
 
Mijn hoep, mijn troost en toeverlaet
 
wil ick heel op u steellen.
35[regelnummer]
Met u solas en goeden raet
 
wilt heel mijn siel vervullen.
 
O trouw advocatersse,
 
o goede voorsprackersse,
 
wilt bijstant doen bij uwen soon
40[regelnummer]
door u genaede schoon.
 
 
 
Ghij hebt niemant verlaeten niet,
 
die haer op u betrouwen;
 
ghij sult mij oock verworpen niet
 
in alle mijn benauwen.
45[regelnummer]
Ick waght u soete grati
 
in dese desolati;
 
met hoep en moet, o moeder goet,
 
betrouw ick u in noot.
 
 
 
Ga naar margenoot+Mijnen Enghel bewaerder soet,
50[regelnummer]
wilt ons een goet woort leenen,
 
aen Maria, Godts moeder soet,
 
dat sij ons niet en speene
 
van haere soete borste!Ga naar voetnoot108.*
 
Och, klaght haer onsen dorste;
55[regelnummer]
t'is u bekint, getrouwen vrint,
 
helpt mij toch nu ten eijndt.
 
 
 
Mijn Patroonnen alle gelijck,
[pagina 210]
[p. 210]
 
bidt voor mij u Princesse.
 
Seght haer, sij is seer autentickGa naar voetnoot109.
60[regelnummer]
geweest onse hulpersse.
 
Wie heeft tot haer geroepen,
 
die sij niet dede open?
 
Haer herte milt gaf ongeteeltGa naar voetnoot110.
 
grati seer mennighfult.
 
 
65[regelnummer]
Mijn siele die verlanckt soo seer
 
naer u, o Moeder schoone!
 
Nochtans soo laet ick mij geheel
 
aen u en uwen soone.
 
U wil is mijn behaghe,
70[regelnummer]
den mijnen ick veriaeghe,
 
en seght met vlijt in lief en leet:
 
Mijn herte is bereijdt!
 
fin.
margenoot+
hs. p. 132
margenoot+
p. 132
voetnoot106.
Tegenpartij.
voetnoot107.
Ontsaet? (ontsteld, in verwarring).
voetnoot108.
Gedwongen.
margenoot+
p. 133
voetnoot108.*
Een bekende voorstelling in de beeldende kunst der 17e eeuw: Maria die haar geestelijke kinderen voedt.
voetnoot109.
Waarlijk, beslist.
voetnoot110.
Ontelbaar veel.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken