Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Frank van Borselen en Jacoba van Beijeren (1790)

Informatie terzijde

Titelpagina van Frank van Borselen en Jacoba van Beijeren
Afbeelding van Frank van Borselen en Jacoba van BeijerenToon afbeelding van titelpagina van Frank van Borselen en Jacoba van Beijeren

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.24 MB)

ebook (3.35 MB)

XML (0.33 MB)

tekstbestand






Genre

drama

Subgenre

toneeltekst (modern)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Frank van Borselen en Jacoba van Beijeren

(1790)–Adriaan Loosjes–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 273]
[p. 273]

[46]

De dag der begraavenis was een dag der bitterste treurigheid, - Van Borselen gevoelde niets dan zijn verlies - toen haare kist uit zijn oog verdween, zeeg hij in den arm van zijnen bedienden neder. -

Naadat zijne hartstogt die kalmte bekomen hadt, dat hij meer bedaard, schoon met de gevoeligste tederheid, haar verlies herdenken kon, maakte hij den volgenden Treurzang, dien hij tot aan het einde van zijnen hoogen leeftijd toe, bijkans dagelijksch, herhaalde:

 
Mijn dierbre! deedt de dood u sneeven,
 
Op 't lichaam woedde zij alleen;
 
In deezen boezem blijft gij leeven,
 
Uw' ziel en mijne ziel zijn één!
 
Zoet denkbeeld! blijf mijn hart verkwikken,
 
Gedachte, die mijn leeven zijt.
 
Jacoba! all' mijne oogenblikken
 
Zijn God, de Deugd en U gewijd.
 
 
 
Dat zich de Lente tooij' met roozen,
 
De Zomer volle schooven grijp',
 
De Hersst moog' bij zijn drinkschaal bloozen,
 
Den Winter ciere een' kroon van rijp.
[pagina 274]
[p. 274]
 
De Morgenzon doe 't boschchoor zingen,
 
De Middag spijz' de noeste vlijt,
 
De min prijz' de Avondschemeringen,
 
De Nacht zij aan den slaap gewijd.
 
 
 
Voor niets dan 't Hemelsche gevoelig,
 
Sleep ik mijn' leeftijd kwijnend voort,
 
Daar geen tooneel, 't zij stil, 't zij woelig,
 
Mijn dofgetreurden geest bekoort.
 
Haar mis ik, die mij Lenteweelde
 
Bij guure Winterstormen schonk,
 
Wier helder Oog mijn' zinnen streelde.
 
Schoon Maan noch Star aan 't luchtruim blonk,
 
 
 
Maar dierbre! deedt de dood u sneeven,
 
Op 't lichaam woedde zij alleen;
 
In deezen boezem blijft gij leeven,
 
Uw' ziel en mijne ziel zijn één!
 
Zoet denkbeeld! blijf mijn hart verkwikken,
 
Gedachte, die mijn leeven zijt.
 
Jacoba all' mijne oogenblikken
 
Zijn God, de Deugd en U gewijd.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken