Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Des menschen begin, midden en einde (1977)

Informatie terzijde

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.74 MB)

XML (0.15 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie
jeugdliteratuur

Subgenre

emblematiek
gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Des menschen begin, midden en einde

(1977)–Jan Luyken–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 24]
[p. 24]

Psalm LXXIII: 21, 22, 23, 24, 25, 26, 27, 28.

Als myn herte opgezwollen was, en ik in myne nieren geprikkelt wierde:

Doe was ik onvernuftig, ende en wist niets: ik was een groot beest by u.

Ik zal dan geduuriglyk by u zyn: gy hebt myne rechterhand gevat.

Gy zult my leiden door uwen raad: en daar na zult gy my [in] heerlykheid opneemen.

Wien heb ik [neffens u] in den Hemel? neffens u en lust my ook niets op der Aarden.

Bezwykt myn vlees en myn herte, zo is God de rotssteen myns herten, en myn deel in eeuwigheid.

Want ziet, die verre van u zyn, zullen vergaan: gy roeid uit allen die van u af hoereerd.

Maar my aangaande; het is my goed, na by God te weezen: ik zette myn betrouwen op den Heere HEERE; om alle uwe werken te vertellen.

Jezaias LIX: 1, 2.

Ziet de hand des HEEREN en is niet verkort, dat zy niet en zoude konnen verlossen: en zyne oore en is niet zwaar geworden, dat zy niet en zoude konnen hooren.

Maar uwe ongerechtigheden maaken een scheidinge tussen u-lieden, en tussen uwen God, en uwe zonden verbergen het aangezichte van u-lieden, dat hy niet en hoord.

En Kapittel LXV: 2.

Ik hebbe myne handen uitgebreid den gantsen dag tot een wederstrevig volk: die wandelen op eenen weg die niet goed en is, na zyne [eigene] gedachten.

2 Korinthen I: 10.

Die ons uit zo grooten dood verlost heeft, en [noch] verlost: op welken wy hoopen, dat hy [ons] ook noch verlossen zal.

[pagina 25]
[p. 25]

Het Kindje Gevallen.

 
Daar is een uitgestrekte hand,
 
Tot onze Kinderlyke stand.


illustratie

 
Als 't Kindje nu, al loopt alleen,
 
Zo rold het menigmaal daar heen,
 
Doch werd terstond weêr opgeheven:
 
ô God, wat hebt gy onze Ziel,
 
Die in haar loop zo dikmaals viel,
 
Ook menigmaal de hand gegeeven.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken