Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Geestelyke brieven (1714)

Informatie terzijde

Titelpagina van Geestelyke brieven
Afbeelding van Geestelyke brievenToon afbeelding van titelpagina van Geestelyke brieven

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.22 MB)

XML (0.46 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

non-fictie/brieven
traktaat
non-fictie/theologie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Geestelyke brieven

(1714)–Jan Luyken–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

XXIX. Brief.
Van de nuttigheid der verdrukking.

Troost en versterking van den Heere.

Beminde Vriend en Broeder,

 

Weest vriendelyk gegroet, de genade des Heeren ondersteune U L. op den kruis-weg, onder de moeijelykheden, zyt gedachtig dat alles ten einde loopt; en het is my aangenaam, dat U L. deze weg van verdrukking, ook opmerkt, en aanneemt, als een bestier van de Hoogste, de liefhebber der menschen, niet zo zeer een beminnaar van haar uitwendige deel, zynde de schors, als wel van haar inwendige deel, zynde de kern, gelyk wy ook meer beminnaars van de pit zyn, als van de buitenste dop, ja wy werpen de zelve weg, en de vruchten werden gekneust, en geperst om den olie daar uit te krygen, welke anders niet te voorschyn komen zouw. Alzo hoopen wy van de knelling uwes herten den vloed der Godzuchtige olie, op dat

[pagina 79]
[p. 79]

dezelve diene tot een voedsel van het licht des gemoeds, ja van de lampe der eeuwige gelukzaligheid, om in den dood niet uitgeblust te worden, maar eeuwig te lichten voor het heilige aanschyn Gods. En dat gebeurende, hoe veelmaal beter is dat, dan of het herte in onbeknepene eeuwigheid leggende, geen van dezen olie quam voort te brengen.

Heeft U L. in den eersten overkomst, aldaar ter wel eer gemelde plaats, een lieffelyken aanblik der genade bevonden, voor welke de wolke geschooven zyn. Wy weeten dat de aangenaame Zon, niet weg is van zyn gewoonelyke plaats, of schoon door betrekking der lucht voor onze oogen verschoolen, het zy U L. dan, tot een vertroostelyk aangedenken, op de hoop van eens de volheid, van het ontdekte aanschyn des Heeren te genieten, als alle nevelen en dampen zullen verdweenen zyn, tot welke geschiktheid der zalige hoop, de Allerhoogste in de heilige naame Jezus, door zynen Heiligen Geest, U L. en my, op dat ik zegge ons, helpe, sterke en bevestigen wil, op dat wy arme Pelgrims, en zwervende vreemdelingen, door de woestyne dezes tegenwoordigen levens, eindeling en ten laatsten mogen afgelegt hebben, alle de moeijelykheden des wegs, aangekomen zynde, in dat zo gewenste en zeer gelukzalige Vaderland des vredens, om aldaar met malkanderen te woonen, en ons te vermeiden, en hoogelyk te verblyden, in de wonderen des Allerhoogsten, groot en

[pagina 80]
[p. 80]

overgroot is deze verwachting; gelyk als zo veele jaaren onzer kennisse afgeloopen zyn, als voorby gedreeven water, en maar eene droomachtige nagedachten laat, alzo zal het gantse leven eerlange verdweenen zyn. En wat zouw het weezen, zo wy ondertussen alle die waardigen tyd, door den geest dezer wereld gevoerd zynde, in't welgevallen van 't vlees gezeten hadde, wat zouw 't achter laaten als een naare schaduw, een halm zonder koorn, een akker waar van niet te maaijen, noch in te oogsten was.

Maar ploegende en zaaijende, op den akker van de Geest, hebben wy hoope tot zyner tyd, de edele vruchten te genieten, tot een eeuwig genoeg zyn. De Heere geeve U L. dan goede moed, om uitgestrekt en verheven te zyn, tot de dingen die men niet en ziet, de onvergankelyke, onbeweegelyke, eeuwige dingen. Hier mede zyt nochmaals vriendelyk gegroet, en bewenst, met de ondersteuninge des hemelsen Vaders, die de Allerhoogste aanhangt is ryk, alschoon ontbloot van tydelyk goed, die zelve rykdom vermeerderende in de kas uwes gemoeds, en vaart wel in de genade Gods, en komt eens als gy kend.

 

U L. Goedgunstige Vriend en Broeder.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken