Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Den schat der christelicker leeringhe tot verklaringhe van den catechismus (1610)

Informatie terzijde

Titelpagina van Den schat der christelicker leeringhe tot verklaringhe van den catechismus
Afbeelding van Den schat der christelicker leeringhe tot verklaringhe van den catechismusToon afbeelding van titelpagina van Den schat der christelicker leeringhe tot verklaringhe van den catechismus

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.66 MB)

Scans (343.57 MB)

ebook (3.30 MB)

XML (0.71 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

studie
bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Den schat der christelicker leeringhe tot verklaringhe van den catechismus

(1610)–Lodewijk Makeblijde–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 120]
[p. 120]

Het derde hoofdtstvck der Christelicker leeringhe. Van de Liefde.

De X X I I I. lesse.
Van de Liefde, de gheboden der Liefde, ende de gheboden der nature.

Welck is het derde deel van de Christelicke leeringhe?

Dat handelt van de Liefde, ende van verscheyden gheboden die een-ieghelick Christen mensch uyt Liefde moet onderhouden.

Wat is de Liefde?

De Liefde is eene bouen-naturelicke gaue Godts, die hy Ga naar margenoota instort in onse sielen; door de welcke wy Godt bouen al ende om sy-seluen beminnen, ende onsen naesten als ons-seluen om de liefde Godts.

Wat is Godt beminnen bouen al?

Dat is, Godt ende sijne liefde meer achten, dan alle andere dinghen deser wereldt: ende lieuer al verliesen, iae oock ons leuen, dan Godt met eene doodtsonde vertornen.

[pagina 121]
[p. 121]
Waer toe is ons de Liefde noodelick?

1. Om ons Gode aenghenaem te maken, ende Ga naar margenoota sijne vrienden, iae oock sijne Ga naar margenootb kinderen, ende Ga naar margenootc een met hem.

2. Om onse wercken te doen verdienen Ga naar margenootd het eeuwich leuen.

3. Om het Ga naar margenoote leuen te gheuen aen de Godlicke gaue des gheloofs, ende die Ga naar margenootf vruchtbaer in ons te maken tot salicheydt: want sonder de Liefde en behagen Gode gheene wercken, hoe excellent dat sy zijn: sonder haer en kan niemandt iet verdienen, noch Ga naar margenootg salich worden.

Wat is Godt beminnen om sy-seluen?

Dat is, om sijne goedtheydt, bermhertich-heydt, mildtheydt, wijsheydt, schoonheydt, moghenheydt, ende andere volmaecktheden van sijn oneyndelick Godlick wesen; om de welcke hy weerdich is aller liefde.

Hoe veel gheboden der Liefde zijn-der?

De heylighe Schrifture bewijst-der ons twee: te weten

1. Ga naar margenooth Ghy sult den Heere uwen Godt beminnen uyt al v herte, uyt alle uwe siele, uyt alle uwe ghedachten, ende uyt alle uwe krachten.

2. Ga naar margenooti Ghy sult uwen naesten lief hebben als v-seluen.

Wat verstaet ghy door het herte, siele, ghedachten, ende krachten?

1. Door het herte, verstaen wy onse meyninghe.

[pagina 122]
[p. 122]

2. Door de siele, verstaen wy onsen wille, beweghelickheden, ende begheerten.

3. Door de ghedachten, verstaen wy ons verstandt.

4. Door de krachten, verstaen wy alle onse inwendighe ende uytwendighe wercken, onse vijf sinnen, leden, ende krachten daer wy mede wercken.

Hoe vertoont haer de Liefde tot Godt?

1. De Liefde tot Godt vertoont haer, als men Ga naar margenoota onderhoudt Godts gheboden.

2. Als men geerne Ga naar margenootb hoort het woordt Godts, ende dat volbrenght.

3. Als men Ga naar margenootc eenen afkeer heeft van tijdelicke dinghen.

4. Als wy onsen naesten Ga naar margenootd met der herten ende dienst liefde bewijsen.

Wien verstaet men door onsen naesten?

1. Den Ga naar margenoote H. Augustinus verstaet door onsen naesten alle menschen: niet alleen goede, maer oock quade; niet alleen Christenen, maer oock Heydenen; niet alleen onse vrienden, maer oock vijanden.

2. De sielen der gheloouige die in't vaeghvier lijden.

3. Alle Godts lieue Heylighen die in den hemel met hem triomferen: dat is, onder onse naeste worden verstaen alle creaturen die deel hebben oft konnen hebben in de eeuwige salicheyt. Waer uyt volght dat de boose gheesten onse naeste niet en zijn, ende van ons niet en moeten bemint wesen.

Hoe vertoont haer de Liefde tot onsen naesten?
[pagina 123]
[p. 123]

1. Ga naar margenoota Als men blijde is in den voorspoedt van onsen naesten, ende droef in sijnen teghenspoedt.

2. Ga naar margenootb Als men gheerne vergheeft al dat teghen ons misdaen is.

3. Ga naar margenootc Als men ghevoelt dat men gereedt is oock de ghene die ons quaedt willen, ende aendoen, in hunnen noodt te helpen.

Hoe veel gheboden der nature zijn-der?

De heylighe Schrifture bewijst-der ons twee: te weten,

1. Ga naar margenootd En doet niemanden, dat ghy niet en wilt dat v gheschiede.

2. Ga naar margenoote Al wat ghy van de menschen begheert, dat doet hen-lieden.

Van hoedanighen wille ende begheerte spreken dese twee gheboden?

Van den wille ende begheerte die nae Godts wet ende de rechte redene gheschickt is

margenoota
Rom. 5. 5.
margenoota
Ioan. 15. 14.
margenootb
Ioan. 1. 12.
margenootc
1. Ioan. 4. 12. 16.
margenootd
Act. 15. 11.
Matth. 25. 34.
margenoote
1. Cor. 13. 1.
margenootf
Rom. 8. 28.
Rom. 13. 10.
margenootg
1. Ioan. 3. 14.
Ibid. 4. 9.
margenooth
Deut. 6. 5.
Matth. 22. 37.
Luc. 10. 27.
margenooti
Leuit. 19. 18.
Matth. 22. 39.
Luc. 10. 27.
margenoota
1. Ioan. 5. 3.
margenootb
Ioan. 8. 47.
margenootc
Ioan. 5. 4.
Philip. 3. 7.
Psal. 36. 1. & 41. 2.
margenootd
1. Ioan. 4. 12. 20.
margenoote
August. in Psal. 118. concione 8.
margenoota
1. Cor. 13. 6.
Rom. 12. 15.
margenootb
Rom. 12. 17.
margenootc
Rom. 12. 20.
margenootd
Tob. 4. 16.
margenoote
Matth. 7. 12.
Luc. 6. 31.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken