Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De zonde in het deftige dorp (1912)

Informatie terzijde

Titelpagina van De zonde in het deftige dorp
Afbeelding van De zonde in het deftige dorpToon afbeelding van titelpagina van De zonde in het deftige dorp

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.26 MB)

Scans (3.21 MB)

ebook (2.98 MB)

XML (0.49 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De zonde in het deftige dorp

(1912)–Johan de Meester–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 210]
[p. 210]

Twee en twintigste hoofdstuk.

TOEN Jan, de huisknecht der freules Van Lakervelde, dienst doende als palfrenier, dien namiddag aan de pastorie had gebeld, verzette hij, die toch wist wat deftig geduld is, vijf malen het, in een glanzig geribde schaftlaars gevatte, rechterbeen van het trottoir op de stoeptree en van de stoeptree op het trottoir; en twee malen lichtte hij de, op den rug in de linker rustende, rechter glacé-hand tot op een derde van de hoogte der huisbel, voordat hij, bij den derden aandrang, werkelijk voor den tweeden keer belde. Telkens zag hij de' kop van de freule loeren door de natte portierruit.

Na den tweeden bel werd er wel opengedaan, maar zoodra die korte prop van een keukenmeid hem onder de groote paraplu zag en het rijtuig achter hem, draaide ze zonder hooren of spreken zich op ‘er sloffende 'toffels om, de huisdeur wagenwijd open latend.

Ongeveer twee minuten later hadden Hendrik en Jan op den bok der langzaam wegrijdende equipage gelegenheid, de onaangenaamheid van den kouden regen te vergeten onder een kritisch-fantastische voorstelling der waarschijnlijke keukentoestanden in de pastorie, nu mooie Dien nie' meer voor de' dag kwam.

Neeltje had de freule in de selon moeten laten, doch

[pagina 211]
[p. 211]

nauwelijks was de gangdeur achter de freule dicht, of de porte brisée ging open en Aleida Wedelaar maakte zich tot den verpersoonlijkten deemoed, toen zij aan hare lieve vriendin verzocht, de huiskamer voor lief te nemen.... - Als u weet, Freule, hoe het hier is....

- Lieve, daarvoor kom ik juist.

Dus wisten ook de Freules reeds! Hoe kon het anders, nu iederéén wist. Voor haar lieve oudere vriendin behoefde Aleid zich niet te beheerschen. Den zakdoek, dien ze in de hand hield, toen zij de Freule tegemoetging in de voorkamer, bracht zij, naast haar neerzittend, aan het gelaat.

- Het is zóó vreeselijk voor ons....

Nu schrikte ook Freule Clara. Wat maakte dat vrouwtje zich overstuur. Natuurlijk was het heel droevig, zoo'n meisje; en voor Aleid zelve was het lastig, zij moest opeens naar een ander zoeken; maar zij had toch ook vrouw Rietgors, die immers tweemaal in de week kwam. Ach, neen, een huishoudster was zij nog niet....

- Vertel me eens, heb je al het oog op een noodhulp?

- Och, Freule, dáár heb ik nog niet aan gedacht. U begrijpt, we zijn zóó terneergeslagen....

- Lieve, overdrijf je niet wat? Ik begrijp heel goed, het is een van je bojen, en alleen al uit christelijke naastenliefde heb je medelij' met de verdoolde, maer....

- O, Freule, ik zie wel, u weet niet het ergste!

De freule bleek dat inderdaad niet te weten. Op Aleid's mededeeling, onder tranen in het Fransch gefluisterd, volgde, na een verschrikt: - Oh, fi donc! der freule, een gedrukt zwijgen.

- Is het wel zeker? vroeg toen de freule.

En Aleida vertelde. Wedelaar had terstond aan Herman geschreven en den vorigen middag was het antwoord gekomen: een bekentenis, kort en droef,

[pagina 212]
[p. 212]

wel vol berouw - maar Dina had dus géén onwaarheid gesproken.

- Wedelaar hield nog hoop, tot het laatst....

En weder begon Aleida te schreien.

- Het is een zware beproeving voor jullie. Och, wat zal Constance bedroefd zijn. Zij vond Herman altijd zoo sympâthique. Je weet, zij had hem op Zondags-school.... Lieve, nee, heusch, je mòet wat bedaard zijn. Meer dan ooit heeft je man je nu noodig. De vrouw zij haren man tot een hulpe. Als jij je nu zóó nerveus maakt.... Is het meisje naar haar ouders?

De freule vond het wel bezwaarlijk, dat Aleid het meisje nog wilde houden. Kon zij het onmogelijk af met Neeltje, ook als vrouw Rietgors iederen dag kwam?

Toen beleed Aleid haar het zoete geheim, dat tot nu alleen Wedelaar kende.

- O, kindje....

In het jonkvrouwelijk gemoed der bejaarde freule schokte een schrik, die ook een verzet was. Zij dacht aan den vader, al zóó bejaard.... Door haar geest warden schuchterend weerzin, berisping.... welke zich uitten in een zucht. Doch tevens besefte zij, dat het nu háár plicht was te helpen. Háár christenplicht was, hier door te tasten. Hierom verzocht zij, dat Neeltje naar het rijtuig zou uitkijken en Hendrik uit haar naam gelasten even van den bok te komen. Jan kon zoolang den teugel houden. Aleid vond wel goed, dat de man even hier kwam? In de gang was het licht gehoorig. De freule zou haar koetsier verzoeken, zijn oudste meisje af te staan. Die hielp haar sukkelende moeder in de huishouding, maar kon voor een paar weken best gemist. Aleid kreeg dan tijd om een noodhulp te zoeken en Dina moest hier vandaag nog weg.

[pagina 213]
[p. 213]

- Lijkt deze regeling je niet beter?

- O, nâtuurlijk!

Aleid stond al op om Neeltje te bellen. De freule hield met een wenk haar bij zich. Hare hand vattende, zei ze, opziend naar de vóór haar staande:

- Nog iets.... Zij had hare stem gedempt, doch uit voorzichtigheid ging zij voort: .. Il faudra secourir la fille, comme elle rentre chez ses parents dans cette position. Vous lui payerez ses gages. Tout le trimestre, il vaut mieux. Mais quant au secours pour les parents, laissez-moi m'en charger, n'est-ce pas?....

- Lieve Freule, wat bent u toch goed!

De freule glimlachte bemin'lijk.

- Leeft de vader van Dina ook nog? O. Nu, laat hij dan, of béter de moeder, zich Woensdag tusschen tien en elf op Beuk-en-Beek aanmelden. Je weet, aan de deur van de oranjerie. Zeg dat aan Dina en stuur haar dan wat vroeg naar huis. Wil je nu Neeltje vragen van het rijtuig?

- Ja!

Er klonk verluchtiging door den klank van dit ja. Zoo dik als ze was, en zoo nauw de doorgang tusschen kanapee en stoel, keerde Aleid zich om met de veerkracht van een jong-meisje, wier bezorgdheid een tante heeft weggenomen. En toen zij twee passen had gedaan, kwam zij naar freule Clara terug en boog zich om een kus op de voile te drukken, welke de freule in de ontsteltenis vergeten had omhoog te schuiven. Neeltje, in de gang, bij de op een kier gehouden kamerdeur, moest tweemaal de boodschap hooren, voordat zij begreep, wat ze had te zeggen. En toen liet ze den koetsier nog staan op de mat, totdat mevrouw belde en vroeg of het rijtuig nu nog niet vóór was. Hendrik ging binnen, de kamerdeur sloot zich.... In de achtergang treuzelde Neeltje om, vol hoop, dat zij,

[pagina 214]
[p. 214]

door toe te schieten, zoodra de koetsier de kamer uitkwam, vernemen zou, wat dàt wel beduid had. En op de bovengang bij de trap, draalde Dina, angstig, verwezen - zòu het soms iets zijn over haar....


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken