Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De bloeiende tuin (1930?)

Informatie terzijde

Titelpagina van De bloeiende tuin
Afbeelding van De bloeiende tuinToon afbeelding van titelpagina van De bloeiende tuin

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.57 MB)

Scans (4.59 MB)

ebook (2.88 MB)

XML (0.24 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie
jeugdliteratuur

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De bloeiende tuin

(1930?)–Jef Mennekens–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Gedichten voor klein en groot


Vorige Volgende

Meeuwen.

 
Boven de bevroren vaart,
 
in de ijskoude doodsche morgenklaart,
 
schreeuwen
 
de meeuwen.
 
 
 
In stijve, stalen vlucht,
 
met zwaren slag van zware vlerken,
 
wegen ze op de winterlucht.
[pagina 133]
[p. 133]
 
Hoe is het haar vergaan;
 
hoe voeren zij hier aan?
 
Zouden zij niet merken,
 
dat ver de zee is en haar eindloosheid?
 
 
 
De zee! Daar was een tijd,
 
toen 't bruisend lied der baren
 
kwam door hun zonnigen droom gevaren;
 
toen 't weidsche water onder grootsche luchten,
 
het wisslend spel zag van hun blanke vluchten,
 
toen zij met strakke wieken, wit, bewegingloos,
 
wellustig rusten op den wind een lange poos.
 
 
 
En thans! Begrensd hun hemel; eng
 
het bar gebied dat zij als vreemden overschouwen,
 
het troosteloos complex van loods, fabriek en schouwen,
 
dat zonder leven, voor het streng
 
gelaat des Winters, donker ligt te rouwen.
 
 
 
Gaat weg, gij wilde vogels, log
 
en ongewoon gebroed voor deze streken;
 
keert weder naar de zee; zoekt op het zog
 
der schepen die, van ver gekomen,
 
vol majesteit, naar nieuwe verten stoomen;
 
gaat weg, gaat weg, gij teeken
 
van guurheid en van vorst, die klemt en stremt,
 
gaat weg, gij plomp en ongetemd
 
gevogelt, zwervers, hier verzeild
 
langs waterwegen, die verlokken.
 
Het kwelt ons, dat gij langer wijlt,
 
gaat weg!
 
 
 
De meeuwen schreeuwen
 
onder den loomen hemel, zwaar betrokken,
 
en zwermen,
 
roeien vooruit, maar de eerste wendt den steven;
 
en de andre volgen, als gedreven,
 
keeren naar hun loom gehucht,
 
doelloos, door de ijskoude morgenlucht,
 
die zich niet wil ontfermen.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken