Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De stille tuin (1933)

Informatie terzijde

Titelpagina van De stille tuin
Afbeelding van De stille tuinToon afbeelding van titelpagina van De stille tuin

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.32 MB)

Scans (4.00 MB)

ebook (2.89 MB)

XML (0.08 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De stille tuin

(1933)–Willem de Mérode–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 33]
[p. 33]

De donderbui.

 
De lucht betrekt, het zand stuift op,
 
Hoog torent zich de donderkop,
 
Die blauw als lei, en koperrood,
 
Dreigt met vernieling en met dood.
 
De bliksem, kort en lang van lijn,
 
Gelijk een zenuwachtig sein,
 
Meldt ademloos: wie vloeke of kniel',
 
Gedenk uw zonden, red uw ziel!
 
Een windstoot, water, vlam, een knal,
 
Alsof de hemel barsten zal.
 
Wij voelen hoe de wereld kreunt
 
En onder onze voeten dreunt.
 
Vlak langs den grond ontvlucht de dag.
 
Al nader knapt de donderslag,
 
En rooder slingert 't bliksemvier
 
Het heet verderf naar mensch en dier.
 
't Gesprek stokt; hart en adem staakt,
 
Als 't weerlicht rakelings ons raakt.
 
Wij zien elkanders vaal gelaat,
 
Ontwijken 't raam, en ieder gaat
 
Verbijsterd uit zijn levenslot
 
Tot aller leven oorsprong: God!
 
 
 
O eindelijke vredesteê!
 
Hier is de ziel stil en gedwee,
 
En ziet, bevrijd van angst en waan,
 
Het breken van de wereld aan.
 
Hier is zij zoo gerust en stil,
 
Eenswillens met des Heeren wil,
[pagina 34]
[p. 34]
 
Dat zij niet bidt voor have en bloed,
 
Maar zegt: wat God wil, dat is goed!
 
Verslokt de vloed ons, zengt het vier,
 
Wij hebben Uwen hemel hier.
 
Ons hoog hart werd een effen dal,
 
Waar God intrad en wonen zal. -
 
Zoo ligt ze, een lichte vlakte, waar
 
God boven welft zijn hemel klaar;
 
En als ziels helder spiegelbeeld
 
Wordt aardes hemel plots doorspeeld
 
Van zonneschijn, de wolk bromt grof,
 
Het water bobbelt door den hof,
 
Maar 't grauwe zwerk zwenkt voor den wind
 
Schoon traag, de donderbui verzwindt.
 
 
 
De regen ruischt nu ongestoord,
 
Eentonig murmureerend, voort.
 
De koeien grazen weer gedwee,
 
Het volk komt buiten, één, getwee,
 
Staan menschen; allen ademen vrij.
 
Goddank! wij leven! 't is voorbij!
 
En hier en daar glimlacht men stil:
 
‘Doe met Uw knechten naar Uw wil!’

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken