Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Vrede tractaet, gegeven van den hemel door vrouwen zaet (1695)

Informatie terzijde

Titelpagina van Vrede tractaet, gegeven van den hemel door vrouwen zaet
Afbeelding van Vrede tractaet, gegeven van den hemel door vrouwen zaetToon afbeelding van titelpagina van Vrede tractaet, gegeven van den hemel door vrouwen zaet

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.11 MB)

ebook (3.57 MB)

XML (1.41 MB)

tekstbestand






Genre

proza
non-fictie

Subgenre

non-fictie/autobiografie-memoires


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Vrede tractaet, gegeven van den hemel door vrouwen zaet

(1695)–Isabella de Moerloose–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 3]
[p. 3]

De Uoor-reeden en 't Register.

VRede wenschenden Leser, omdat ick meene, te weten, datter boose Geesten onder ons wonen in menschen lichaemen, die voor hun Heer en Rijck strijden, dienvolgens de menschen tot quaet versoeken; soo hebbe ick noodig geacht, proeven voor te stellen, om hun uyt de goede te kennen, want eer men goet wil saeyen, moet men het quaet onderspitten of uytroeyen met sijne wortelen. Dese Proef hebbe ick niet voorgestelt om confusie te baeren, maer op dat elck sich by haer suyver bewaere. En om dat ick oordeel, dat'er veele Siecke en Gebreckelijcke sijn, en worden, by gebreck van gesonde kennisse; soo hebbe ick my verplicht geacht een gesonde kennisse te openbaeren; en om dat ick denck dat dat gebreck meest by de Vrouwen is, soo hebbe ick goet gevonden die onder de Vrouwen-Pligt te stellen.

Hier toe is noodig dat ick over alle de deelen der Natuer in haere wercking schrijve, daerom moet sig niemant stooten soo hy hier of daer een aenstootelijck woort vint, noch sig ergeren om dat het van een Vrouw geschreven is, dinckende dat het een eerlijck Persoon geoorloft is Dreck te handelen, om een eerlijck Persoon daer van te verlossen als hy het niet anders doen kan, om dien eerlijckens eere te bewaeren, of hem van schant en schaede te verlossen: En om dat ick meyne ondervonden te hebben, datter veel Dispuiten of Questien ontstaen en bestaen door misverstant of naerlaeten van de distinctien of onderschydingen, soo hebbe ick noodig geacht die voor te draegen, niet-tegenstaende, ick weet, dat de distincte of bescheijde Persoonen, by veele, Mugge-sifters genaemt worden, het geene soo veel gesegt is als Tijt-verquisters; want die Muggen sift, die doet vruchteloosen arbeyt en verliest sijn tijt. Desen Naem is eygen aen Persoonen die saeken in questie trecken, die buiten alle questie sijn, soo te verstaen, van alle verstandige en eerlijcke Persoonagien, dienvolgen gesecludeert, het minste gedeelte dat in Dwers-dryvers of Geschil-maekers bestaet;

[pagina 4]
[p. 4]

maer oneygen aen Persoonen die op de bescheydenste wyse spreeken om geen questie te moeveeren en den tyt te menaegeeren, of om geen questie te maeken en geen tyt te verliesen, het geene de onbescheyde spreekers niet en doen, die hun meyning dubbelsinnig of verkeert uytdrucken, want die verpligten de goede te vraegen, hoe is u meynig, of hoe meynt ghy? om hun naer hun contentement te dienen, en de boose, om hun verkeert of qualijck te dienen; dienvolgens is het gevolg van dien voor haere rekening, want die ymant naer zyn Woort dient, die doet ten opsigt van dien Persoon, wel, die hy dient, al was 't qualijck volgens het gemeen Oordeel, welck Oordeel ick tot myn Rechter neme: Voor eerst, om dat ick voor de geheele Werelt schryve, soo te verstaen, de Inwoonders desselfs, waer onder Persoonen zyn, die geen andere Rechter en kennen: Ten tweeden, om dat ick geen ander Rechter kenne die buiten alle questie is; want is 't de Christen Schriftuur, die en erkennen de Joden, Heydenen, en Turcken voor hun Rechter niet: is 't de Turckse Schriftuur of Alcoran, die en erkennen de Heydenen, Joden en Christenen voor hun Rechter niet: is 't de Roomse Schriftuur of Overlevering, of Evangeliste Raeden, die en erkennen niemant voor hun Rechter, als de Schrift-geleerde Roomsgesinde: vraegt Ymant van wat Verstant is den Auteur van dit Boeck; tot antwoort, 't is hier in te sien. Verder, ghy moogt wel dencken, dat het geen Turck en mag wesen, die voor Turcken, geen geen Heyden, die voor Heyden, geen Jode of Jodin, die voor Joden, geen Christen, die voor Christenen, geen Roomsgesinde, die voor Roomse, geen Gereformeerde, die voor Gereformeerde, geen Sociniaen, die voor Sociniaenen, geen Arminiaen, die voor Arminiaenen, geen Mennonist, die voor Mennonisten, geen Labadist, die voor Labadisten, geen Athieist. die voor Athieisten, geen Edelman, die voor Adel, geen Armen, die voor Arme, geen Slaef, die voor Slaeven, geen Dronckaert en Hoererder, die voor Dronckaerts en Hoereerders, geen Non of Moninck, die voor de Kloosters, geen Oude en Gebrekelycke, die voor Oude en Gebrekelycke, geen Man, die voor Mannen schrijven wil; want men kan geen Partye en Rechter wesen

[pagina 5]
[p. 5]

ghelyck. Vraegt Ymant van wat Materie het Tracteert, tot antwoort, die tot den Vrede dient. Vraegt Ymant wat voor een Vrede, tot antwoort, Geestelyck en Lichamelyck, tydelyck en Eeuwigh, op aerde en in den Hemel, gemeen of generaal, en Particulier, voor alle, die sorten van Menschen, die daer genoteert zyn.

Dit Tractaet is verdeelt in dry Deelen, en in twee Boeken, dienvolgens, die zyn nut in het eerste niet en vint, moet het in 't tweede soeken. Ick weet dat my voor die alle nut gegeven is, en geschreven hebbe; dienvolgens mag ick seggen, soekt en ghy sult vinden.

De Ordre in welcke sy zyn beschreven is dese.

Eerst, myn Leven Verstant en Ervaerentheyt, waeruyt kan gesien worden, hoe en waer door ick tot die kennis gecomen ben.

Ten tweeden, de Vrouwen-pligt, die mede een gedeelte is van myn wedervaeren, in die order beschreven, om dat het voor geen Histories-verhael sou deur gaen.

En het Derde-Deel is een verder vervolg van myn Wedervaeren, waer in alles te binden is dat'er noch resteert of ontbreekt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken