Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Europa (1945)

Informatie terzijde

Titelpagina van Europa
Afbeelding van EuropaToon afbeelding van titelpagina van Europa

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.17 MB)

Scans (29.11 MB)

XML (0.03 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Europa

(1945)–Maurits Mok–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 5]
[p. 5]

I

 
EUROPA, dat het vaandel van de geest
 
tot in de hoogste hemel had gestoten,
 
dat ziener en doorgronder was geweest
 
van verten die het wezen Gods ontsloten;
 
Europa, dat de blinde wereldnacht,
 
de stilte, onverbrekelijk gesponnen
 
rondom de tijd, met weergaloze macht
 
van beeld en klankenspel had overwonnen;
 
Europa - naam die alles houdt omvat
 
van heilig, bovenmenselijk ervaren;
 
Europa, dat de steile drift bezat,
 
zich te verliezen in een peilloos staren,
 
dat niets meer weten wil dan eeuwigheid
 
en poogt de hemeldiepte uit te drinken
 
met ogen, waar geen heugenis van tijd,
 
slechts ondoordringbaar licht in staat te blinken;
 
Europa, dat zich vastgreep aan het wiel
 
der jaren en het tegen wist te houden
 
seconden lang, opdat zijn grote ziel
 
zichzelf in stiltes spiegelvlak aanschouwde -
[pagina 6]
[p. 6]
 
hoe heeft het de vervloeking ook gekend,
 
de zwarte tegenkant van de genade:
 
angst die naar alle hemelstreken wendt
 
het smekend aangezicht en steeds beladen
 
met diepere vertwijfeling zich voelt,
 
tegen het duister breekt haar doffe klagen,
 
golf die zich aan een rots te pletter spoelt
 
en nooit een nieuwe morgen meer ziet dagen;
 
vergeefs heeft zij de hemelen betast,
 
geen lichtsein wil haar Gods nabijheid melden,
 
dan grijpt zij zich aan eigen wezen vast,
 
dat haar door alle stormen vergezelde,
 
het driftig paard dat, met de spitse kop
 
tegen het wereldruim omhooggestoken,
 
zich wierp in een ontembare galop
 
en heeft de grenzen van de tijd doorbroken.
 
Maar wat is hartstocht die niet wordt gevoed
 
uit de verborgen bronnen van het leven,
 
het eeuwig stromen dat een schepsel doet
 
in vrome huivering zich overgeven?
 
Zij wordt tot rechter in haar eigen zaak,
 
zij neemt het absolute in haar handen
 
en, overweldigd door een roes van wraak,
 
maakt zij haar goddelijke zelf te schande.
[pagina 7]
[p. 7]
 
Nooit kan de blinde koorts van het geweld
 
haar prooi tot in de diepste kern verteren,
 
maar zelve wordt zij voor het niets gesteld,
 
wanneer zij af moet laten van regeren;
 
en eenmaal woedt de felste hartstocht uit,
 
gehavend hunkeren de moede zinnen
 
naar stilten zonder schaduw van geluid,
 
die zij in eeuwigheid niet zullen winnen.
 
Verbittering, het giftige gewas,
 
had wortel in Europa's hart geschoten,
 
een kwaal waarvan het nimmermeer genas
 
en die van afgrond het in afgrond stootte.
 
Al wat dit hart aan schone droom bezat,
 
verborgen in het innerlijk beleven,
 
het werd gekneusd als het naar buiten trad,
 
om juichend zijn verrukking uit te geven.
 
De diepe drang naar bovenwerelds heil,
 
die ogen in een wonder licht doet gloeien,
 
de geest voortstormen, vaartuig onder zeil,
 
waarin al machtiger de winden groeien,
 
zij werd gegrepen door een woeste macht,
 
die de genade van inwendig schouwen,
 
het eeuwig licht, herschiep in barre nacht,
 
door haar op harde grondslagen te bouwen,
[pagina 8]
[p. 8]
 
onwrikbaar fundament van zekerheid,
 
waaraan te tornen was een snood misdrijven,
 
God werd tot regel en begrip herleid,
 
opdat men Hem gewillig in kon lijven
 
bij eigen kleine, uitgedorde groep;
 
en al wat tot de oerbron weer wou keren
 
en luisteren naar de volstrekte roep
 
der goddelijke stem, moest men verteren
 
met vuur en zwaard. Europa's lichaam hing
 
onder de hemel als een zwaargewonde,
 
waaraan het mensdom zich te buiten ging,
 
om het gelijk der zijnen te verkonden.
 
Angst had het diep vertrouwen overmand,
 
waarmee een vroeg geslacht de tijd trotseerde
 
en peinzend zeilde naar de overkant
 
en glimlachend in 's hemels haven meerde.
 
Angst en verbittering, zij waren het,
 
die duizendvoudig Golgotha herschiepen:
 
alom stierf Christus, met de haat besmet
 
van broedermoorders die Zijn naam aanriepen.
 
Dit is de misdaad, nimmer weggevaagd
 
uit het historisch schuldboek van Europe,
 
het bloed dat naar de hemel heeft geklaagd,
 
komt eeuwig op de aarde afgedropen,
[pagina 9]
[p. 9]
 
en nooit wordt een seconde van geluk
 
in dit verwoeste werelddeel genoten,
 
of zij vergaat onder de stomme druk
 
des bloeds dat door de eeuwen is vergoten.
 
Gemeenschap werd een woord dat in het hart
 
van hem die tot de zin wist door te dringen,
 
heimwee ontstak, een nameloze smart
 
om schone en voorgoed verloren dingen:
 
een samenleving die voor het gelaat
 
des Allerhoogsten haar bestaan ontplooide,
 
zoals een bruid de morgen tegengaat
 
van de geluksdag, waarvoor zij zich tooide;
 
zij hoort achter de velden van de tijd
 
de zee der eeuwigheid verwijderd ruisen,
 
het is of zij Gods stem reeds onderscheidt,
 
tot zulk een stilte wist Hij haar te kuisen.
 
Europa kende dit geluk niet meer,
 
dat uit de open hemel nederstroomde
 
en als een gouden kleed omgaf het heir
 
van hen die werkende het leven droomden.
 
Het gave bouwwerk van een maatschappij,
 
die aard en hemel in éen blik omvatte,
 
verviel tot puin, gemeenschap ging voorbij,
 
de mensen die haar droegen, zij verspatten
[pagina 10]
[p. 10]
 
tot enkelingen, een oneindig tal
 
van eenzamen die nooit de weg meer vonden
 
naar de geborgenheid, het stille dal
 
van godsvrucht dat hen eenmaal zag verbonden.
 
De grauwe massa zwoer bij geld en goed
 
of liet haar hartstocht door een leus bevrijden
 
die kitteling verwekte in haar bloed:
 
macht die niet verder reikte dan de tijden.
 
Slechts in de grote harten heeft het vuur
 
der eeuwigheid zijn felle gloed behouden,
 
zij tekenden hun dromen aan de muur
 
der hemelen en als een donkergouden
 
brand stonden daar visioenen afgebeeld
 
van heil dat immer verder scheen te wijken:
 
de wereldeenheid was voorgoed verspeeld,
 
het scheppende gebaar kon niet meer reiken
 
van aard naar hemel, en van daar weerom
 
naar wat zich in de dagen mocht bewegen,
 
het eeuwige geheim bleef voortaan stom
 
en heeft in zieners enkel stem gekregen.
 
Steeds feller gierden haat en honger door
 
de ziel van de ontwortelde getallen
 
der scharen, zij vernietigden de voor
 
van zuiverheid, waarin weleer gevallen
[pagina 11]
[p. 11]
 
het zaad van stille overgave was;
 
zij werden dieren zonder recht of zede,
 
een aan de slavernij vervallen ras,
 
dat men naar welbehagen kon vertreden.
 
Zelfs in hun kinderen ontstond niet meer
 
de wonderlijke bloei van pril beleven,
 
die maakt hen tot verkorenen, aleer
 
zij zich aan dode arbeid overgeven.
 
In schimmelige sloppen werd hun jeugd
 
verteerd, eer zij haar volheid kon ontplooien,
 
reeds greep hen de fabriek, om hun naar vreugd
 
en zon hakende lichamen te kooien.
 
Zij kenden niet het varen van de wind,
 
het schuchtere bewegen van de bladen,
 
het suizen dat het hart met droom omspint
 
en naar de zin van het bestaan doet raden.
 
De jaren werden hun een zwarte grot,
 
waardoor zij op hun knieën voorwaarts kropen,
 
er restte hun geen heugenis van God,
 
alleen in drankvisioenen ging soms open
 
een wereld van verbijsterend genot;
 
de blinde morgen deed hen weer ontwaken
 
tot de ondragelijkheid van hun lot,
 
de laatste vonken in hun ogen braken,
[pagina 12]
[p. 12]
 
als zieke honden gingen zij kapot.
 
En ook zij die de schatten dezer aard
 
grootmachtig in hun open handen hielden,
 
vergaten in de duizelende vaart
 
van hun succes de adem die bezielde
 
het gans heelal. Niet meer het groots verband
 
van een de eeuwigheid omspannend leven
 
zette de fakkel van hun ziel in brand,
 
alleen door honger werden zij gedreven,
 
wellustigheid die hun verstompt gezicht
 
nog dierlijker dan dat der armen maakte;
 
zij wierpen het gelaat des hemels dicht
 
met rook en roet, waar zij tot macht geraakten.
 
Hun hartstocht ranselde der aarde huid,
 
totdat zij korstig was van zwarte zweren;
 
waar eens gewas, doorvaren van geluid,
 
zich had verheven, stonden nu de speren
 
der schoorstenen geheven naar de lucht;
 
waar eens de stille ambachtsman, gebogen
 
over de arbeid, de gewijde vrucht
 
van zijn bestaan, de waarde had gewogen
 
van wat zijn handen schiepen, sjokten nu
 
de massa's der vergoorde slavenkudden
 
de poorten binnen, woordenloos en schuw,
[pagina 13]
[p. 13]
 
met harten die geen macht kon wakker schudden
 
tot vreugde, tot een vage lach, een woord,
 
waarin een glimp van blijheid zich kon uiten;
 
hun lichaam leefde, maar hun ziel, vermoord,
 
zou voor het licht zich nimmermeer ontsluiten.
 
Dit was Europa: volkeren, vergrauwd
 
tot horden, door de honger voortgeslagen,
 
door koortsvlagen van haat en moord benauwd,
 
die deden golven bloed hun lijf doorjagen.
 
Zij vormden het gewillig fundament,
 
waarop de tyrannie haar macht kon bouwen:
 
een mens, wiens kern men eeuwig hoont en schendt,
 
kan enkel nog op blind geweld vertrouwen.
 
Zij vormden de millioenenlegers van
 
de op elkander botsende recruten;
 
niet meer een open strijd van man tot man,
 
maar een natuurramp: massa's die in brute
 
verwildering zich storten op elkaar
 
en zelfs hun eigen doodsgeschrei niet horen;
 
in deze razernij ging elk gebaar,
 
de laatste menselijke klank verloren.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken