Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Claribella (1893)

Informatie terzijde

Titelpagina van Claribella
Afbeelding van ClaribellaToon afbeelding van titelpagina van Claribella

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.75 MB)

ebook (3.21 MB)

XML (0.18 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Claribella

(1893)–Pol de Mont–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 179]
[p. 179]

XVIII.

 
't Is lang geleên. -
 
Ik bracht U, elken morgen,
 
vóor dag en dauw naar huis. -
 
Heel stille sloot zich,
 
bescheiden deelgenoot van 't zoetst geheim,
 
het enge torenpoortjen achter U,
 
terwijl ik stadwaart keerde....
 
Dán, - hoe vaak toch,
 
heeft mij dit schuldloos kinderspel verheugd -
 
dan zocht ik, wáar ik trad, in 't malsche wegje,
 
de sporen uwer voetjes: - duidlijk stonden
 
zij dáarin afgeprent, schier popperig klein,
 
mooi-eng toeloopend vóor, in 't mid onzichtbaar,
 
en 't zwierig hakje dieper ingehakt
 
als waar 't uit moedwil.
 
Vroolijk liepen zoo,
 
heel dicht, heel dicht, 't éen links wat, 't andre rechts,
[pagina 180]
[p. 180]
 
al uwe stapjes, en niet éen, niet éen
 
ontbrak er op 't appél, tot waar het voetpad
 
zich oplost in der voorstad stille straat,
 
doodloopend in de koude, harde steenen.
 
En somtijds was 't mij, wen ik tellend, tellend,
 
zoo huiswaart liep, terwijl uw stappen alle
 
in ándre richting mijwaart kwamen, of daar
 
ver, in den morgenmist, uw lieflijk beeld
 
plots uit die sporen opwies, mijwaart snellend
 
met open armen en een kus gereed.
 
 
 
Eéns echter was dat niet zoo! -
 
Weet gij 't nog,
 
dien laatsten keer...?
 
Het was de laatste keer.
 
Den dood in 't hart bracht ik U weer naar huis,
 
den dood in 't hart! - Het was het scheidensuur.
 
En Winter was 't. In 't Oosten grauwde, onzuiver,
 
de gore, zieke dag. Eén ster nog pinkte
 
hoog boven ons door wolken, dik van sneeuw,... -
 
En... 'k stond alleen... Toen, of een blank gordijn
 
van fijnste kant op mij was neergezonken,
 
viel, door den stillen dampkring, vlok bij vlok
 
loodrecht naar de aard, begravend, vóor mijn oogen,
[pagina 181]
[p. 181]
 
elk mijwaart loopend spoor van uwe voeten,
 
begravend, achter mij, mijn eigen stappen,
 
heenvliedend ver van U, verweg van U,
 
als wilde 't Noodlot zelf uitwisschen 't laatste,
 
wat daar nog bleef van een zoo heete Min:
 
een sjovel voetspoor op een slijkrig pad.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken