Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Fladderende vlinders (1885)

Informatie terzijde

Titelpagina van Fladderende vlinders
Afbeelding van Fladderende vlindersToon afbeelding van titelpagina van Fladderende vlinders

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.40 MB)

ebook (8.74 MB)

XML (0.21 MB)

tekstbestand






Illustrators

Léon Abry

Piet Verhaert

Edgard Farazijn



Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Fladderende vlinders

(1885)–Pol de Mont–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 79]
[p. 79]

Intermezzo

[pagina 80]
[p. 80]

1881-1885

[pagina 81]
[p. 81]


illustratie

I
Lentefluit

 
Als de meidoorn in de hagen bloeit,
 
en de boomen, de boomen in knoppen staan,
 
als elk kruidje kiemt, als elk rijsje groeit,
 
is het tijd, is het tijd, om naar 't veld te gaan.
 
Met rei bij rei,
 
gearmd, geprest,
 
langs de beek, door de meersch, door de wouden gedwaald!
 
Reeds ligt een ei
 
in ieder nest,
 
wen de vogel, in lied'ren, zijn heil verhaalt.
 
 
 
o Meienlucht, wat waait gij zoet,
 
dat ik 't liefje, mijn liefjen, omhelzen moet!
 
 
 
In het beekkristal, in het vijvernat,
 
waar de zonne, de zonne haar beeld in schouwt,
 
waar het zwabbervischje, glimmend glad,
 
in het slib, in het slib zich een' woning bouwt;
 
in het klompje klei,
 
waar de maai zich vest;
[pagina 82]
[p. 82]
 
in de schors, door den vorst en de zon verstaald -
 
reeds ligt een ei
 
in ieder nest -
 
is geen plek, is geen stip, waar de liefde faalt!
 
 
 
o Meienlucht, wat waait gij zoet,
 
dat ik 't liefje, mijn liefjen, omhelzen moet!
 
 
 
Op mijn hert uw' hand, op uw' hert de mijn',
 
dat ik voel, dat gij voelt, hoe 't daar brandt en klopt! -
 
't Zij de kimme zich bade in den avondschijn,
 
't zij de dauw uit de kelken der bloemen dropt;
 
waar 't u gerei,
 
ga Oost of West,
 
ik verzel u, ik hecht me aan uw kleed als een kind! -
 
Reeds ligt een ei
 
in ieder nest!
 
o Bemin thans, bemin! Al wat is, bemint!
 
 
 
o Meienlucht, wat waait gij zoet,
 
dat ik 't liefje, mijn liefjen, omhelzen moet!


illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken