Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Zomervlammen (1922)

Informatie terzijde

Titelpagina van Zomervlammen
Afbeelding van ZomervlammenToon afbeelding van titelpagina van Zomervlammen

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.74 MB)

Scans (5.82 MB)

ebook (3.14 MB)

XML (0.23 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Zomervlammen

(1922)–Pol de Mont–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 102]
[p. 102]

LXXVI

 
Laat nu ons zwijgen, stille zwijgen, Kind!
 
Laat ons dees laatste stonde niet ontwijden,
 
zelfs met geen enkel woord: de woorden, Kind,
 
hoe lief en teer zij klinken, zijn al lang
 
banaal geworden door het staâg gebruik,
 
dat passieloze mensen er van maakten;
 
zij zijn als stukjes munt, eens fonkelnieuw
 
en blinkend toen met helle stempelglans;
 
doch eeuwen gingen zij, in stad bij stad,
 
op markt bij markt van de een in de ander hand,
 
totdat de beeld'naar en de letter uitsleet,
 
en niets meer bleef dan enkel blind metaal...
 
Daarom geen woorden, nu ik scheiden ga...,
 
maar stilte, Kind, gewijde stilte alleen...;
 
stilte, gevuld met niets dan 't ademhalen
 
van onze borsten; met het smachtend schouwen,
 
van mijn oog in het uw, van 't uw in 't mijn,
 
en met een zucht, misschien, een diepe zucht,
 
geladen met het innigste en het teerste,
 
dat mensen kunnen voelen, - 't zalig wee
 
van 't scheiden-moeten en het heet begeren
 
naar 't weerzien, 't heerlik weerzien, in het blauw
 
en rozig tijdverschiet...
 
Kom dichter, Kind,
 
veel dichter wil 'k je voelen in dit uur...
 
Vlij je zó dicht, hier, in mijn linken arm,
 
terwijl je lijk een wichtje klein je maakt,
 
dat daar slechts plaats blijft, tussen jou en mij,
 
voor 't op- en neergaan van uw boezem en
 
ook van de mijne...
[pagina 103]
[p. 103]
 
En zo wil ik dan,
 
maar niet met ijdle klank van woorden, niet
 
met ijdle wind, die in de lucht vervliegt,
 
maar zwijgend, stil, van ziel tot ziel alleen,
 
je zeggen al wat toch mijn lippen niet
 
vermonden kunnen; wat een kus alleen,
 
dees laatste en langste kus, die ik je geef
 
met zulke kracht als zou 't de leste zijn,
 
met zoveel innigheid, als was 't de kus,
 
waarin een stervende zijn laatste snik
 
loost op de mond van wie hem 't dierbaarst is;
 
zó wil mijn ziel, dat jouwe ziel het hoort,
 
je zeggen, nu, dat alles wat ik heb,
 
al wat ik ben het jouwe is, heel van jou,
 
dat ik het alles veil heb voor je heil,
 
en dat ik God zou danken, innig danken,
 
zo 'k met mijn beste en roodste druppel bloed
 
kon kopen en betalen 't mooiste en 't hoogste.
 
wat daar voor mij nog wezen kan op aard:
 
dat gij, in louter reinheid, straalt en schittert,
 
Prinses geboren, boven al 't gemeen.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken