Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Cryptogram (1968)

Informatie terzijde

Titelpagina van Cryptogram
Afbeelding van CryptogramToon afbeelding van titelpagina van Cryptogram

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (0.90 MB)

XML (0.35 MB)

tekstbestand






Genre

proza
poëzie

Subgenre

gedichten / dichtbundel
anekdotes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Cryptogram

(1968)–Adriaan Morriën–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Grijsblauw en groenbruin

Gelukstoestanden laten zich moeilijk vergelijken en tegen elkaar afwegen. Wanneer waren wij het gelukkigst met Alissa en Adrienne? Misschien toen zij begonnen ons te herkennen en voor het eerst glimlachten. Maar deze veronderstelling is een miskenning van de talloze andere ogenblikken waarin wij ons geluk niet op konden. Eerste herkenning en eerste glimlach waren voor mij een herhaling van de geboorte, op een stillere wijze, met een grotere zelfstandigheid en zonder de pathetiek van de kraamkamer. De eerste glimlach, de eerste blik waarin iets van begrip begint door te breken, de eerste tandjes die tegen een lepeltje of de rand van een beker stoten, het eerste wankele zitten met een zwaaiend hoofd, de eerste dronken passen, de eerste gestamelde woorden, het is een kinderlijke herhaling van het scheppingsverhaal, een repetitie van de geboorte der mensheid.

Het kind is nieuw als een boterbloem, onverbruikt als de oorsprong van een rivier, jong, vol toekomst, maar ook leeg, redeloos, driftig, overgeleverd aan chaotische impulsen. Het kan midden in de nacht huilend wakker worden, hongerig en dorstend maar zonder lust om te drinken, angstig, ontroostbaar, maar ook stil en verwonderd, klaarwakker als een nieuwe zilveren munt. Als een kleine engel ligt het op de arm van zijn moeder, in een blauwe deken gewikkeld als in een wiek, glimlachend, vol levenslust, geluiden makend die op de taal vooruitlopen en haar aankondigen, spelend met schaduwen, luisterend naar een gerucht dat door de ouders ontdekt moet worden in de

[pagina 74]
[p. 74]

stilte van de nacht, soms niet luider dan de ademhaling van de moeder, het kraken van vaderlijke gewrichten.

Om beurten spelen de ouders met het kind. De vader neemt het de moeder van de arm, maar weet er niet zo goed raad mee, omdat hij onbedreven is in de handgrepen van de verzorging. Er heerst een strenge regelmaat in de kinderkamer, een tucht als in een kazerne, een eenvoud in voeding, kleding en gewoonte als in een klooster. Het leven is onthoudzaam, verheven in zijn afzijdigheid. Het kind is het meest het bezit van de moeder. Zij verzamelt de kennis en vertelt ervan. De vader buigt zich ongeduldig over de wieg, op zoek naar verwantschap, hunkerend naar een antwoord op zijn liefdesverlangen. De eerste tanden onthullen de oorspronkelijke tandeloosheid, de kale plek achter op de schedel toont de dunheid van het nesthaar. De nageltjes zijn zacht. Op lippen en tong komen blaren van het drinken. De ogen verkleuren. Het donkere grijs wordt blauw.

Het kind verliest zijn nieuwheid. De ouders zien het smelten, verwikkeld raken in de allereerste beginselen van het levensspel. Het grijpt naar alles zonder onderscheid. Het oor van de vader is niet eerbiedwaardiger dan de kwast van een sprei. Het kind steekt zijn kleine vinger in de neusgaten en de mond van de moeder, die deze onderzoekingsdrift, dit verlangen naar destructie verzaligd over zich heen laat gaan. Het kind wordt een mededingster van de vader en wekt in de moeder gevoelens, die het besef van zijn liefde evenaren en soms overtreffen. Dankbaarheid wordt met een glimlach geuit en aanvaard. Het licht in de kamer wordt veranderd, krijgt een toegevoegde kwaliteit. Het huis wordt voor een hoge bestemming opgeruimd, de meubelen tot heil van de mensheid gewreven. De melkboer is een afgezant van de koe, de groenteman heeft een opdracht van de jaargetijden. Liefde is een dwang die wij als de hoogste vrijheid ondergaan. Wij mogen wat wij moeten.

De vader is naar de burgerlijke stand gegaan om zijn kind te laten registreren, het een naam te geven. De moeder gaat ermee naar de dokter. Het wordt onderzocht, betast, gewogen en gemeten, ingeënt. Een kleine administratie is op gang gebracht, een boekhoudkundig oog blijft zijn leven lang op de staatsburger gevestigd. Het kind wordt voortbewogen, aan- en uitgekleed, versierd en toegetakeld, opgetild en neergelegd, gesust, in slaap gewiegd, voorzichtig wakker gemaakt, toegesproken in de moedertaal waarnaar het verwonderd luistert. Het lacht om het blinken van een oog of van de lamp. Het rukt aan de neus

[pagina 75]
[p. 75]

van zijn moeder. Alle gebaren en bewegingen die door de ouders allang zijn versleten, worden door het kind vernieuwd. De kus, die tussen de ouders tot een gewoonte is geworden, een beleefdheid of een middel tot driftige toenadering, krijgt op de wang van het kind een nieuwe betekenis. Het is een lichtere kus dan die de vader en de moeder elkaar gegeven hebben, toen zij de eerste steen legden voor de bouw van hun kind, een kus die niet diep valt maar hoog zweeft, een oefening om in zichzelf te lezen. De ouders leren er een andere taal door spreken. Vreemde woorden ontstaan op de lippen van de moeder, wanneer zij haar mond drukt in het vlees van haar kind. Een zuidenwind wordt spraakzaam. De zon valt in een alfabet uiteen. De vader kan de hand van zijn kleine dochter niet loslaten. Hij vergelijkt het gewicht ervan met de druk van de hand van zijn vrouw.

Het gelukkigst zijn mijn vrouw en ik misschien door het verschil tussen Alissa en Adrienne, het verschil tussen een blond en een bruin meisje, tussen grijsblauwe en groenbruine ogen, tussen gratie en nadenkendheid, broze aanhankelijkheid en een dwaas gevoel voor grappigheid. Het is een verschil dat gezien moet worden, dat moet worden genoten in de lange gelukkige uren van het ouderschap.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken