Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Ideën VI (1878)

Informatie terzijde

Titelpagina van Ideën VI
Afbeelding van Ideën VIToon afbeelding van titelpagina van Ideën VI

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.70 MB)

ebook (3.10 MB)

XML (0.80 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

aforismen
verhalen


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Ideën VI

(1878)– Multatuli–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

1083.

Het verspreiden van geluk, en 't zoeken van genot in deze levensrichting, stond niet in den katechismus van Wouter's omgeving. Met den besten wil mogen wy dus 't verdriet dat hem voortdurend werd aangedaan, niet op rekening zetten van 't hooghumanistisch streven om hem afschuw inteboezemen van vermoeiende beroemdheid.

En toch, toch... Wouter wàs eerzuchtig! Maar hy was het in geheel andere maat, en op gansch ander terrein dan ooit iemand had kunnen gissen. Al de geneesmiddelen die men hem - al was 't dan doelloos - ingaf tegen hoogmoed, waren niet toereikend om afbreuk te doen aan 'n zelfgevoel dat waarlyk de perken van 't ooit da gewesene ver te-buiten ging.

 

‘Eerzuchtig? Hoogmoedig? Onbescheiden? Verwaand? Veeleischend van de toekomst, tot het brutale toe?’

 

Waarom vraagt ge dit, lezer? Omdat het kind zoo gaarne koning van Afrika wilde worden?

Hebt ge niet opgemerkt dat er naast stond: ‘of 'n bleekersjongetje?’

Was ook dat onbescheiden?

Neen, niet zulke nietigheden waren 't onderwerp van Wouter's ongeëvenaarde eerzucht. Z'n wenschen zweefden hooger dan dit alles, en wanneer-i droomde van koningschap, was 't by-wyze van spreken, en omdat hy zichzelf geen rekenschap

[pagina 9]
[p. 9]

wist te geven van de matelooze vlucht zyner begeerten, 'n vlucht zóó hoog dat-i alle verschil tusschen 'n bleekveld en 'n troon uit het oog verloor.

De Fancy-verschyning had hem aangestoken met onmetelykheid. Hy onderging onbewust den indruk van 't verhevene, en z'n onwetende ziel doolde rond in 'n oneindige reeks van middelen die hy te kiezen had, en van wegen die hy wilde inslaan. Hy was goed, innig goed. Op 't gebied van het goede wilde hy 't hoogste grypen, het moeilykste tot-stand brengen. Z'n weifelen in keus was 'n natuurlyk gevolg van onwetendheid. By elk voorkomend geval greep hy met z'n verbeelding terstond het uiterste, het hoogste, het beste, of wat z'n ongeoefend oordeel daarvoor hield. Dat ook by hem alzoo 'n rol werd gespeeld door de gewone fout van edele harten - 'n zeer ongewone fout dus! - om de zedelyke waarde eener handeling alleen naar de zwaarte van 't gebracht offer te schatten, spreekt vanzelf. En tevens, dat dit hem verleidde tot de zucht om offers te brengen waar ze òf niet noodig waren òf niet verlangd werden, en in beide gevallen niet gewaardeerd. Ach, hoe gaarne ware hy uitgetogen om hier-en-daar op kruiswegen by bekken- en schildslag te doen bekend maken dat er 'n ridder was aangekomen, die om de klandizie verzocht van wat martelary!

 

‘Later, later!’ dacht hy. Later, als-i bevryd zou zyn van schoolsche en huiselyke banden. Dan zoud-i 'n werelddeel gelukkig maken. En nog een. En nòg een...

Helaas, er stonden er maar vyf in 't boekje van z'n geografie!

 

Vyf werelddeelen slechts! 't Is niet de moeite waard om van te spreken.

 

Wat dàn? Wat daarna?

 

Hier begon zich z'n fantazie te verliezen in de ruimte, en 't firmament verwarrende met 'n gedroomden ontstoffelyken hemel, naderden z'n gedachten het Wezen dat men hem had opgedrongen als: God. Maar dit bevredigde hem niet.

Geen ‘Weg ter Zaligheid’ en geen katechismus was er in geslaagd het kind den anderen god te ontrooven, dien hy in 't gemoed droeg, en waarmee hy zich - ziehier z'n hoogmoed! - zonder de minste aanbidding vereenzelvigde. God, of 'n god, moest noodwendig het goede willen, het goede zyn. Dit wilde en was Wouter ook. Hy stond dus zoo'n Wezen zeer na, en beschouwde het in z'n trouwhartigen waan als

[pagina 10]
[p. 10]

z'n natuurlyken bondgenoot, als z'n gezel, als z'n kameraad. Zoo voelde hy zich prins van geestelyken bloede, al was hem dan de Fancy-vertelling ontgaan, die ik in den aanvang dezer geschiedenis meedeelde om den lezer inzage te geven in Wouter's stamboom.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken