Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren
DBNL - Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw

meer over deze tekst

Informatie terzijde

Schrijversprentenboek van de Nederlandse Antillen
Toon afbeeldingen van Schrijversprentenboek van de Nederlandse Antillenzoom

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5,39 MB)

XML (0,06 MB)

tekstbestand






Genre

sec - letterkunde

Subgenre

studie
plaatwerk / prentenboek


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Schrijversprentenboek van de Nederlandse Antillen

(1980)–Anton Korteweg, Kees Nieuwenhuijzen, Max Nord–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 2]
[p. 2]

Vooraf

De literatuur van de Nederlandse Antillen neemt pas een aanvang in de 19e eeuw. Cola Debrot noemt het de kunstliteratuur, een uiting van de geestelijke bewustwording. Daaraan vooraf gaan de mondeling overgeleverde volksverhalen, liederen en spreuken waarin de doorwerking van de oorspronkelijke, Indiaanse, bewoners en van de nakomelingen der slaven uit Afrika bespeurbaar is. De eerste, trouwens Nederlandstalige, poëziebundel van Frank Martinus Arion heet niet voor niets ‘Stemmen uit Afrika’.

 

Omdat een prentenboek als dit geen literatuurgeschiedenis kan zijn, moeten wij de onzichtbare auteurs, hun onuitgegeven werken en niet bestaande handschriften ontberen en ons boek beginnen bij de geschreven en gedrukte letterkunde van de zes eilanden die, hoe verscheiden ook, tesamen nu eenmaal de Nederlandse Antillen vormen. Zij hebben een groot deel van hun verleden gemeen. In deze geschreven literatuur vinden wij logischerwijze de Spaanse invloeden van de regio, die van het koloniserende Nederland en een weinig, op de Bovenwinden vooral, van de overal aanwezige Engelsen. Laatst, maar niet minst natuurlijk, de in de eigen taal, het Papiamentu, geschreven letterkunde. Het in 1940 door de op Curaçao gevestigde en uit Rotterdam afkomstige arts Chris Engels (schrijversnaam Luc Tournier) en de Nederlandse journalist Frits van de Molen opgerichte tijdschrift ‘De Stoep’, bedoeld als verzamelplaats voor Nederlandse auteurs in ballingschap, publiceerde behalve Nederlandstalige Antillianen als de debutanten Oda Blinder en haar broer Charles Corsen, (kleinkinderen van de eind 19e eeuwse pionier Joseph Sickman Corsen, die gedichten in het Spaans en enkele in het Papiamentu had geschreven) o.a. ook de Papiamentstalige dichters Pierre Lauffer en Elis Juliana.

[pagina 3]
[p. 3]

Het Papiamentu is de volkstaal op de Benedenwinden - Aruba, Bonaire, Curaçao - en wordt volgens de laatste gegevens gesproken door een 200.000 Antillianen daar. Van deze ‘mengtaal’ wordt aangenomen dat zij haar basis vindt in Portugese slavenkampen van West Afrika en is ontstaan in de 17e eeuw. Tot in de veertiger jaren van deze eeuw is zij naar de achtergrond gedrongen door de ‘officiële’ taal, die der Nederlandse overheersers. Spaanse, Nederlandse en Engelse invloeden hebben zich vanzelfsprekend steeds sterker doen gelden in het Papiamentu, dat in de 20ste eeuw de moedertaal van de Benedenwinden is geworden.

 

De kunstliteratuur in de Nederlandse Antillen, om de term van Debrot even aan te houden, begint eind vorige eeuw in het Spaans. Die in het Nederlands en in het Papiamentu komen pas in en na de tweede wereldoorlog tot ontwikkeling. Spaanse, Portugese, Engelse, Nederlandse en Franse, kortom Europese invloeden hebben uiteraard ingewerkt op de letteren van beide talen. Vooral ook natuurlijk sinds vertalingen in het Papiamentu van Europees toneel als dat van Shakespeare, Molière, Pinter, Ionesco, zelfs Sophocles, zijn gemaakt en opgevoerd. Een parallelle ontwikkeling als in Suriname kon worden waargenomen.

 

Mengvormen dus van verschillende talen en culturen, die een gemeenschappelijke, eigen, hoewel nog niet uitgekristalliseerde, aard aan deze meertalige literatuur geven. Dat de taal en de cultuur in een toekomst van groter zelfstandigheid, van geringer afhankelijkheid van Nederland, zich meer en meer tot de Zuidamerikaanse regio zullen richten lijkt voor de hand te liggen. Dat zal sterker dan de taal alleen de ontwikkeling van een Antilliaanse literatuur in wording bepalen. Wat zulke wezenlijke zaken betreft, moet dit prentenboek een open einde hebben.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Algemene gebruikersvoorwaarden
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

auteurs

  • over Cola Debrot

  • over Luc Tournier

  • over Oda Blinder

  • over Charles Corsen

  • over Pierre Lauffer

  • over Elis Juliana

  • over Boeli van Leeuwen

  • over Frank Martinus Arion


landen

  • over Caribisch deel van het Nederlandse Koninkrijk

  • over Aruba