Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Zarco, de zeevaarder (1967)

Informatie terzijde

Titelpagina van Zarco, de zeevaarder
Afbeelding van Zarco, de zeevaarderToon afbeelding van titelpagina van Zarco, de zeevaarder

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.04 MB)

Scans (9.65 MB)

XML (0.40 MB)

tekstbestand






Illustrator

Dick de Wilde



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Zarco, de zeevaarder

(1967)–K. Norel–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 162]
[p. 162]

23 Dwars door de wonderwereld van het oosten

Na de terugkeer van Lorenço en Zarco uit Ceylon kookte het in Cochin van bedrijvigheid. Er was alweer een nieuwe, sterke vloot uit Portugal gekomen. Zij bracht Alphonso de Albequerque mee, een edelman van nog hogere adel dan Francisco de Almeida. Hij was door koning Manuel bestemd om deze als onderkoning te vervangen wanneer diens ambtstijd was verstreken.

Op Cochin stond nu reeds een meer Portugees dan Indisch stempel. In de haven overheersten de Portugese schepen, zo niet door aantal dan door grootte en kracht. De Indiërs hadden diep ontzag voor hun kanonnen. De handel concentreerde zich rondom de factorij, die flink was uitgebreid en ook versterkt zodat een overval - mocht iemand die proberen - kon worden afgeslagen. Blanke soldaten marcheerden overdag en flaneerden 's avonds door de straten. De hooggeplaatste Portugezen reden in karossen.

De radja van Cochin droeg zijn kroon vol trots en zat op de hoogste ereplaats bij alle plechtigheden. Maar terwijl hij met de mond hoog werd geprezen was hij als speelgoed in de handen van de Portugese heersers.

Zarco kon niet merken dat de radja daarover leed droeg. Waarschijnlijk merkte hij niet eens hoe onbetekenend zijn feitelijke positie was. De eer die hem betoond werd aanvaardde hij met zekere achteloze waardigheid, en de geschenken die hem kwistig werden toegeschoven nam hij gretig in ontvangst.

Zarco bleef niet lang in Cochin. De Albequerque wist van de wens van koning Manuel om de ervaren piloot uit te zenden op verkenning van het verre oosten en handelde daarnaar. Hij benoemde hem als opperstuurman van een expeditie die moest trachten de eilanden te ontdekken waar de specerijen groeiden, en naar China en Japan te zeilen. Waar er bij de Portugezen niets kon gebeuren zonder dat een edelman de leiding had werd een jeugdig ridder, Fernan Peres de Andrea, leider van de expeditie. Maar het nautische werk kwam op voor Zarco en de zaken zouden moeten worden gedaan door Gasparo da Gama, als opperkoopman.

[pagina 163]
[p. 163]

Zarco was zeer ingenomen met de opdracht. Dit was een kolfje naar zijn hand. Nu zou hij doordringen in de volle breedte en diepte van de Indische wonderwereld, waarvan hij tot dusver slechts de rand had gezien.

Zo onbekend als de zeeën waarop hij tevoren had gevaren, waren de wateren van het verre oosten niet. In Cochin had hij al ijverig geïnformeerd bij de Chinese en Makassaarse schippers die hij daar ontmoette. De Makassaren hadden hem bereidwillig inlichtingen verschaft over de vaart door hun eilandenrijk. De Chinezen waren minder scheutig met mededelingen. Ze glimlachten welwillend als ze werden aangesproken en antwoordden met zachte stem. Maar als Zarco scherpe vragen stelde waren hun antwoorden erg ontwijkend, of ze deden of ze hem niet begrepen. Aan hun listige scheve oogjes kon hij echter zien dat zij hem best begrepen en hem met een kluitje in het riet stuurden. Blijkbaar wensten zij geen pottekijkers in hun land. Wat de wereld buiten China van hen nodig had zouden zij er zelf wel brengen.

Zarco maakte zich over hun geslotenheid geen al te grote zorgen. Hij wist dat hij vóór China een hele archipel van eilanden zou vinden. Daar kwam hij wel meer aan de weet, verwachtte hij.

Na Ceylon zette de expeditie koers naar het oosten. Dit was het grootste open water dat zij moesten oversteken, hadden de Makassaarse schippers aan Zarco meegedeeld. Zij voeren er voorspoedig. Binnen veertien dagen kwam Sumatra's noordpunt in het zicht. Na die gerond te hebben vonden zij de weg vanzelf aan een menigte van schepen die door de straat naar de haven van Malakka zeilden.

Die drukke vaart en de grote haven, vol jonken, barken en prauwen, gaven een indruk van de belangrijkheid van Malakka als handelshaven, veel groter en drukker dan Cochin, Calicoet of Goa. Dom Fernan zag daar een reden in om breed uit te halen teneinde aan de Maleiërs te laten zien dat zij van andere allure waren dan de Chinese, Arabische en Makassaarse schippers die geregeld in Malakka kwamen. Voordat zij de haven binnenliepen gingen alle vlaggen en wimpels aan de masten, stonden de muzikanten op het voorkasteel en de busschieters met brandende lonten bij hun stukken. Bij het passeren van de havenmond gaven de kanonnen een bulderend saluut en daarna schetterden de trompetten en gingen alle vlaggen en wimpels aan de masten. De kanonnen mochten schrik aan jagen, de vlaggen en het trompetgeschal overtuigden de bevolking dat het bezoek vreedzaam bedoeld was. De ontmoeting tussen de radja en Fernan de Andrea verliep gunstig. De vorst had al vernomen

[pagina 164]
[p. 164]

van de witte vreemdelingen die van over grote oceanen kwamen. Malakka deed graag zaken met iedereen, of die nu uit het oosten of uit het verre westen kwam.

Malakka bleek dè stapelplaats te zijn van het gehele oosten, de scharnier tussen Zuid- en Oost-Azië. Hier waren onbeperkte hoeveelheden te koop van kruidnagels uit de Molukken, sandelhout van Timor, kamfer uit Borneo, goud uit Sumatra, zijde en porselein uit China, prenten en beelden uit Japan. De keuze in al deze voortbrengselen was overweldigend en de prijzen waren, naar Gasparo da Gama direct ontdekte, aanzienlijk lager dan zij in Calicoet en Cochin hadden betaald.

Dom Fernan was opgetogen over de ontdekking. Hij wilde onmiddellijk terug naar Cochin om aan zijn meesters mee te delen dat zij het hart van de oosterse handel gevonden hadden en hen aan te raden hier de macht van Portugal te vestigen. Zij konden dan hun matten in Cochin beter oprollen.

Zarco herinnerde zijn jonge kapitein er echter aan dat hun opdracht anders luidde en dat het ook buitendien niet raadzaam was voorlopig meer te doen dan rond te kijken.

Zij voeren verder. Het werd een boeiende vaart door een uitgestrekte archipel van grote en kleine eilanden. Telkens doken er kusten op. Aan sommige stranden groeiden bomen met luchtwortels tot in het water toe. Op andere eilanden zagen ze hoge bergen en rokende vulkanen. Op Java vonden ze grote steden en hoog beschaafde mensen. Zarco voelde zichzelf links en verlegen bij een ontmoeting met een aristocratische Javaan, die, hoogst bescheiden, tegelijk een verfijnde waardigheid tentoon spreidde. Op andere eilanden echter woonden wilden, naakt, vuil en stompzinnig.

Zij kwamen op de Molukken. Hier groeiden muskaatnoten, kruidnagels en foelie in het wild. De inheemsen hadden de vruchten voor het plukken. Voor zeer geringe prijzen boden zij ze aan. Gasparo zou de schepen er graag mee hebben afgeladen, maar hij beperkte zich. Ze moesten naar China, het hemelse rijk, waarover Marco Polo wonderen had verhaald. En het ging op deze reis voornamelijk om verkenning.

Op Banda trachtte Zarco een Chinese schipper uit te horen over de koers naar China, want hij begreep dat hij nu ongeveer aan het einde van de Indische archipel gekomen was. Al knikkend en glimlachend deed de man een wonderlijk verhaal, meer met zijn handen dan zijn mond, want hij was moeilijk te verstaan, maar kennelijk wilde hij Zarco beduiden dat die eerst naar het zuiden varen moest en dan naar het

[pagina 165]
[p. 165]

oosten. Dit maakte een vreemde indruk op de piloot; hij had gedacht dat China noord van de Molukken lag. De Chinees hield echter vol dat hij naar het zuidoosten moest. En eindelijk begreep Zarco dat de kleine man met de scheve oogjes hem op een allerbeminnelijkste manier trachtte om de tuin te leiden, zoals hij in Cochin ook al van Chinezen ondervonden had.

Een Bandanees verschafte hem betere inlichtingen en deze combinerend met de gegevens die hij in Cochin en Malakka had verzameld zeilde Zarco naar het noorden.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken