Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De tooneelwerken (3 delen) (1921-1955)

Informatie terzijde

Titelpagina van De tooneelwerken (3 delen)
Afbeelding van De tooneelwerken (3 delen)Toon afbeelding van titelpagina van De tooneelwerken (3 delen)

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3.57 MB)

XML (0.55 MB)

tekstbestand






Editeur

Willem van Eeghem



Genre

drama

Subgenre

klucht


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De tooneelwerken (3 delen)

(1921-1955)–Willem Ogier–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende
[pagina 63]
[p. 63]


illustratie

Derde uyt-komst.

BEYKEN.
Beyken.
 
Och mijn onnoosel dier, och mijn Kindt, mijn arm Schaep
 
Wat Tyran hebde van eenen Vader, hy en wilt my niet trouwen
 
Noch hy en wilt geen gelt gevē waer me ick u sou houwē
 
En soo dwingt my den noot om te doen dat ick nooy doē
 
Och hoe can't dien stuck Schelms in syn Hert bevroen
 
Dat hy ons soo deirelyck verlaet? hoe can hy't beginnen
520[regelnummer]
Laes dat syn de vreughden van het dertel minnen,
 
O suere Vrucht? ick weet hoe datse smaeckt,
 
Die lyen, en verdriet, armoe, en een Hoer maeckt:
 
De dochters hebben te lyen de Knechts die draeyender t'gat ‘ uyt
 
Want plaeghdese te veel soo loopense ter Stadt ‘ uyt
 
Die Moesolven, die Blaeskaecken, die Feemers, die Lof ‘ tuyters
 
Die Liegers, die Bedriegers, die Valsaerts, die Ypokrieten, die grof ‘ fluyters
 
Die Eerdieven, die Maeght Verleyers, die Sweerders, die Verraders
 
Van d'onnooselheyt, en d'eerelycke Vaders
 
Die Sneurckers, die Poeffers, die Stoeffers, die Geckx, die alle ‘ claps
[pagina 64]
[p. 64]
530[regelnummer]
Die Lichtvoets, die Selde waeren, die sonder Zielen, die Galge ‘ laps
 
Die ist genoegh als s'hunnen tuyl getuylt ‘ hebben
 
En als s' een gansch geslacht soo schandelijck vervuylt ‘ hebben
 
Dan huysken, buysken comt al tot syn recht,
 
Het gaet met hun gelyck het spreeck woort seght
 
Men meynt een ander te brillen, en men brielt syn selvē:
 
Och ick sal mynen Fiel, noch de lappen van syn Cleeren sien schelven,
 
En de straten daer me besaeyen: jae ick sal noch sien
 
Dat hy om Gooy sal gaen aende Deuren vande Lien
 
Die hy nu als Beesten acht en leven op hun Brocken,
540[regelnummer]
En sterven dan op't lest ellendigh vande pocken.
 
Ja Kint, soo sal't met u Vader gaen, en had' ick de weet
 
Dat gy waert een aertjen, naer't Vaertjen, ick smeet
 
U met de Cop tegen de steenen, en als ick u wel gaen bekycken
 
Soo dunckt my dat gy en u Vader syt net twee gelycken
 
Al waerde uyt syn Backhuys gesneén: Ha gy jonge ‘ Boef
 
Ick treck myn Hert van u, light daer, gy jonge ‘ sloef
 
Op de cou Banck, en maut, en schreeuwt tot dat gy swart ‘ syt
 
Daer leget (seyd' de Man) en hy spoogh syn Hert ‘ quyt.
 
Daer hoor ick Volck best voegh ick m'aen d'een zy.
Binnen.


illustratie


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken