Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Uilkema, een historisch boerderij-onderzoek. Boerderij-onderzoek in Nederland 1914-1934. Deel 2 (1991)

Informatie terzijde

Titelpagina van Uilkema, een historisch boerderij-onderzoek. Boerderij-onderzoek in Nederland 1914-1934. Deel 2
Afbeelding van Uilkema, een historisch boerderij-onderzoek. Boerderij-onderzoek in Nederland 1914-1934. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Uilkema, een historisch boerderij-onderzoek. Boerderij-onderzoek in Nederland 1914-1934. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (89.09 MB)

Scans (214.72 MB)

XML (1.27 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

studie
non-fictie/geschiedenis-archeologie


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Uilkema, een historisch boerderij-onderzoek. Boerderij-onderzoek in Nederland 1914-1934. Deel 2

(1991)–E.L. van Olst–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 366]
[p. 366]

[Houtigehage]



illustratie



illustratie

[pagina 367]
[p. 367]

KU-176 (21 juni 1923)
Houtigehage (Fr.)
plaggenhut van H. Bekkema



illustratie



illustratie



illustratie
1:100




illustratie
1:400


Het bijzondere van deze plaggenhut was dat het dak hier volledig op de wanden steunde. Iedere vorm van gebintconstructie ontbrak; Uilkema zelf duidde dit gebouw daarom aan als: ‘..huis zonder stijlen en balken..’. Zelfs de elders gebruikte muurpalen in de plaggenwanden ontbraken. Alleen ter plekke van de scheidingswand bevonden zich enkele dunne rondhouten stijltjes, die echter weinig zullen hebben bijgedragen aan de ondersteuning van het dak. Dat deze onorthodoxe constructie kon blijven staan zal vooral te maken hebben gehad met het feit dat de kapconstructie zelf een zeer stijf geheel vormde, waardoor de buitenwaartse druk op de weinig stabiele plaggenwanden beperkt bleef. Elk sporenpaar was op twee plaatsen verbonden door haanhouten; op de onderste dwarsverbinding rustte een zoldering van slieten en stro. Ook waren de lage plaggenwanden wellicht iets dikker en daardoor steviger dan gebruikelijk. Uilkema noteerde dat de wanden waren opgebouwd uit twee lagen heideplaggen naast elkaar. De plaggen werden met de heidekant naar onderen opgestapeld; tussen de verschillende lagen in was een dunne laag zand aangebracht. Zoals de doorsnede laat zien, was de gehele ruimte iets verdiept. De voorgevel was voorzien van een topgevel met verticaal beschot; daaronder bevond zich een horizontale plank om inwateren van de plaggenwanden te voorkomen. Aan de achterkant had het gebouw een laag aflopend dakschild; het gehele dak was gedekt met roggestro. Hoewel het gebruik van plaggen aangeeft dat de bewoners tot de armsten der armen behoorden, zag het geheel, hoewel zeer primitief, er redelijk onderhouden uit. De woonruimte had een zoldering, een lemen vloer en vier niet al te kleine ramen. Gestookt werd in een vuurkorf boven een askolk of stookgat; daarboven bevond zich een rookafvoer met houten schoorsteen. De enige buitendeur bevond zich in de zijgevel en kwam uit in het achterhuis. Daar was ook de vanuit de kamer bereikbare bedstede afgetimmerd, die als enige slaapplaats dienst moet hebben gedaan voor het gehele gezin. De rest van het achterhuis zal als berging zijn gebruikt.

In dit gedeelte van Friesland kwamen in het begin van deze eeuw nog veel plaggenhutten voor. Dat in het bijzonder in Houtigehage veel armoede bestond blijkt ook uit een uitspraak die Uilkema in één van de naburige dorpen over deze plaats noteerde (bij opmeting KU-170). Men vertelde hem daar dat met de uitdrukking ‘een Houtigehaagse kou’ (koe) in feite een geit werd bedoeld. Bewoners van plaggenhutten waren veel te arm om zich een koe te kunnen permitteren, en hadden alleen een geit.

[pagina 368]
[p. 368]


illustratie

[pagina 369]
[p. 369]

KU-177 (22 juni 1923)
Houtigehage (Fr.)
plaggenhut van H.v.d. Meer



illustratie



illustratie

(geen lijntekening aanwezig)

Een dag na de hiervoor besproken opmeting kwam Uilkema opnieuw in Houtigehage terug om nog een plaggenhut te documenteren. Deze was iets groter dan het vorige exemplaar maar had in opzet dezelfde constructie, zonder gebinten. De kap bestond net bij de vorige hut uit door haanhouten verbonden sporenparen met een extra verbindingsbalk waarop de zoldering lag. De plaggenwanden waren in dit geval echter wel versterkt door middel van muurpaaltjes, die tevens de muurplaten droegen waarop de kap rustte. Toch had ook de aanwezigheid van deze muurpaaltjes uiteindelijk niet kunnen voorkomen dat het gehele gebouw na enige jaren danig was gaan verzakken, waarbij het dak begon in te zakken en de muren steeds verder naar buiten gingen wijken. Om dit proces te stoppen had men de in de dwarsdoorsnede aangegeven tussenstijl toegevoegd, die, naar Uilkema benadrukte, dus niet tot de oorspronkelijke constructie behoorde. Toen het verzakken, zoals te verwachten was, desondanks verder doorging was de ondersteunde nokbalk steeds verder onder druk komen te staan en uiteindelijk in het midden gebroken. In een klein schetsje onder de dwarsdoorsnede gaf Uilkema de toestand weer zoals hij die had aangetroffen. Zoals bij één van de vorige documentaties stond genoteerd kon een dergelijke plaggenhut door een groep van tien mannen in een halve dag worden gebouwd.

De plattegrond laat zien dat de ruimte hier verder was onderverdeeld dan bij de vorige hut. Achter de entree in de zijgevel was een soort portaaltje afgescheiden, met aan de ene kant de voorkamer, die hier in verhouding vrij klein was, en aan de andere kant het ‘achterhuis’. In dit gedeelte waren drie bedsteden afgetimmerd, wat wijst op een groot gezin (drie of meer kinderen in één bedstede was heel gewoon). Onder één van de slaapplaatsen bevond zich een keldertje, zoals ook te zien is op het kleine doorsnedeschetsje onder de plattegrond. Uilkema noteerde dat deze ruimte ongeventileerd was; het zal hier vermoedelijk zijn gegaan om een bergplaats voor aardappelen. Naast de hut stond, zoals op de foto links van de achtergevel nog juist te zien is, een schuurtje met wanden van riet of stro. Om onbekende redenen werd deze opmeting nooit verder uitgewerkt.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken