Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Is éénoog koning (2003)

Informatie terzijde

Titelpagina van Is éénoog koning
Afbeelding van Is éénoog koningToon afbeelding van titelpagina van Is éénoog koning

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.50 MB)

Scans (1.01 MB)

ebook (3.35 MB)

XML (0.53 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/politiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Is éénoog koning

(2003)–Willem Oltmans–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 62]
[p. 62]

48 K.L.M.

Op 2 oktober 1983 sprak ik met de Surinaamse ambassadeur in Den Haag, Henk Herrenberg. Hij vertelde dat S. Orlandini (president-directeur van de klm) hem juist om een onderhoud had gevraagd om de problemen tussen Suriname en de luchtvaartmaatschappij te bespreken. ‘Wat ze hier maar niet willen begrijpen,’ aldus Herrenberg, ‘is, dat we in Paramaribo met een dekolonisatieprobleem zitten. We gaan vanaf 15 oktober a.s. vliegrechten aan British Caledonian verlenen, want we hebben onze buik vol van de arrogantie van de klm. De vlucht naar Suriname zal via Londen lopen.’ Ik vertelde hem indertijd voor de klm 6 miljoen in Jakarta te hebben losgekregen, wat mij een bedankbrief van Ernst van der Beugel opleverde. Herrenberg stelde voor dat vanwege mijn gesprekken met Bouterse, ik met Orlandini moest gaan praten. ‘Maar denk er om,’ waarschuwde hij, ‘vraag de klm een behoorlijke consultancy fee.’

Op 5 oktober kwam Rinus, de chauffeur van Orlandini, mij in Amsterdam Noord ophalen voor de rit naar het klm-hoofdkantoor. De ontmoeting met Orlandini en zijn public relations-directeur, Ron Wunderink, duurde een uur. De klm-baas startte met de stop in Paramaribo even belangrijk te noemen als een punt achter een komma. Zo onderhandelen deze heren. Laatst zag ik hem nog eens op Nijenrode voorbij schuiven en dacht, ‘daar heb je de crook die me belazerd heeft.’ Ook hem leerde ik uitstekend, met de straal van een heel oog, zien voor wat hij waard was, als mens en als klm'er.

In 1983 was ik, ondanks de vele dure lessen met ‘hoge heren’, die de kluit belazerden, nog altijd hartstikke blind voor het feit dat vrijwel alle prominenten onder de captains of industry het niet nauw nemen met de meest elementaire regels van hoe je behoorlijk met elkaar om gaat. Eigenlijk vecht ik er in 2003 nog steeds tegen om bij een kennismaking er niet gewoon vanuit te gaan met een eerlijke tegenspeler te maken te hebben, en die recht heeft op een eerlijke kans dit te bewijzen. Ze die kans geven is eigenlijk niet van deze wereld. Het loopt in 99,9 procent van de gevallen in de politiek of het zakenleven verkeerd af. Bovendien kan ze het geen moer schelen hoe er over wordt gedacht.

Op Orlandini's openingszet dat Paramaribo er eigenlijk niet toe deed antwoordde ik: ‘Toch achtte u het blijkbaar de moeite waard om bij de heer Herrenberg op bezoek te gaan.’ Natuurlijk, want het was altijd beter wanneer de relatie met Suriname kon worden hersteld. Vervolgens vroeg ik hem welke druk hij op premier Lubbers of mevrouw Schoo van Ontwikkelingssamenwerking had uitgeoefend om handiger met Suriname om te springen. Verbazing alom. Men keek of men het in Keulen hoorde donderen. Orlandini antwoordde, ‘U kunt inderdaad Herrenberg op het hart drukken dat

[pagina 63]
[p. 63]

het niet de klm is, die de regeringspolitiek vaststelt.’ Ik dacht, man, je begrijpt het dus niet. Ik stelde voor dat ik meteen met Rinus naar ambassadeur Herrenberg zou gaan om nader te overleggen. Daar gingen ze mee akkoord. Aan de werktafel van Orlandini telefoneerde ik met Henk. ‘Kom maar,’ zei hij. Het was duidelijk dat als Bouterse overtuigd kon worden, Herrenberg de enige was die dat zou kunnen doen. Kennelijk zou de klm een gat in de lucht springen als mijn missie zou slagen. Ik overhandigde hen een brief dat indien het me zou lukken de klm-verbinding met Paramaribo ter herstellen, ik een honorarium van 100.000 gulden wenste te ontvangen. Ook vroeg ik om klm-faciliteiten, dus ook tickets, om de zaak met Bouterse te gaan bespreken.

Op 30 november 1983 had ik een lang en geanimeerd gesprek met Desi Bouterse in zijn werkkamer in Fort Zeelandia. Hij vroeg me de klm-kwestie ook met kapitein Etienne Boerenveen te gaan bespreken. Overal kaartte ik de kwestie aan. Ook bij Harvey Naarendorp. Of bij Winston Caldeira, minister van Financiën, die een schrandere en een beetje onaangenaam anti-Nederlandse indruk op me maakte. Er heerste op alle niveaus in Paramaribo een regelrecht recalcitrante houding tegenover Den Haag. Ook ambassadeur J.B. Hoekman juichte mijn pogingen toe, omdat vele Surinamers door het wegvallen van een directe verbinding ernstig werden gedupeerd.

Op 28 februari 1984 keerde ik na een stop in Havana in Suriname terug en deze keer leek er schot in de zaak te komen. Ik zond een telegram aan Orlandini met de mededeling dat nu ook vakbondsleider Fred Derby een bondgenoot was en in 24 uur bij drie ministers de klm-zaak had bepleit. Op 2 maart zond ik hem de boodschap dat Derby op 7 april in Nederland zou zijn voor gesprekken bij het fnv, en, naar ik hoopte, dat hij Orlandini zou kunnen bezoeken. Op 7 maart ontving ik in Hotel Torarica een antwoord, waar geen naam onder stond. ‘Refer your message to Mr. Orlandini regret to inform you that due to various commitments he is unable to accept your suggestion.’ Derby verklaarde tegenover de nrc dat hij wilde meehelpen de klm-lijn naar Amsterdam open te krijgen. Dus het ‘njet’ van Orlandini kwam uiterst ongelegen.

De hindernis die genomen diende te worden lag inderdaad bij Bouterse. In 1982 had de Surinaamse leiding het besluit genomen Nederland - dus ook niet de klm - niet langer tegemoet te komen zolang Den Haag de betalingen die Suriname rechtens toekwamen, want vastgelegd in het verdrag bij de soevereiniteitsoverdracht, niet werden hervat. In Den Haag heeft men er, net als in Washington, een handje van straffen uit te delen aan mensen in verre landen, die zich volgens ons niet behoorlijk gedragen. Bung Karno en de Indonesiërs konden daar ook over meepraten. Op 8 december 1982 vielen er vijftien doden in Paramaribo. Prachtige reden om hen het geld te onthouden dat we hadden toegezegd. Politiek Den Haag heeft inmiddels al twee decennia de hik over dat nation building-incident.

[pagina 64]
[p. 64]

Op 21 mei 1984 schreef ik Orlandini vertrouwelijk, zojuist teruggekeerd uit Paramaribo en Havana, dat ik hem kon melden, dat Bouterse met vereende krachten was omgeturnd ten aanzien van klm-landingsrechten in Suriname.

Op 26 mei 1984 was ambassadeur Herrenberg uit Suriname teruggekeerd en wilde mij meteen in het Hilton op Schiphol ontmoeten. ‘De afwerking van de klm-zaak komt jou nu toe,’ zei hij. ‘Jij hebt je er het meeste voor ingespannen. Neem direct contact op met Orlandini en vraag wat hun wensen zijn, want we kunnen niet op het laatste moment weer door dwarsliggers in de wielen worden gereden. Verzamel alle nodige informatie en kom dan direct naar Paramaribo.’ Herrenberg was teruggekomen voor zijn afscheidsbezoek dat hij zou gaan afleggen aan koningin Beatrix op 30 mei 1984. Dit zou overigens een bijzonder onderhoud zou worden. Misschien was het wel de invloed van Claus dat hare majesteit een oor over had voor de problemen met Suriname.

Herrenberg merkte terzijde op: ‘Orlandini en Wunderink behandelen jou even schofterig als ons.’ Nu de overwinning namelijk nabij was ontving Orlandini me niet meer. Hij liet door de heer Wunderink meedelen dat hij de zaak puur formeel wilde spelen. Als Herrenberg nadere informatie wilde hebben, dan waren daar (opeens dus) de geijkte kanalen voor en hoefde dit niet via mij te gebeuren. Herrenberg zou gemakkelijk via de klm-vertegenwoordiger, of via de ambassadeur in Paramaribo alle informatie kunnen krijgen, die hij wenste. Ik herinnerde Wunderink aan het feit dat na ieder bezoek van mij aan Bouterse, hij zelf namens Orlandini in het Hilton was komen opdraven om het laatste nieuws over de klm-lijn te vernemen.

Op 5 juli 1984 ontmoette ik Desi Bouterse opnieuw in zijn werkkamer, ditmaal in de Memre Boeko-kazerne. Het was duidelijk, de klm ging weer op Paramaribo vliegen. ‘We doen die stap om zuiver politieke redenen. Het zou een misrekening zijn, wanneer de klm zou denken dat we in een dermate “squeeze” zitten dat we niet met anderen onze problemen zouden kunnen hebben oplossen. We zullen nu zien hoe alles verloopt met de klm. U hebt uw zin. Blij?’ Nee, niet bepaald, en ik deed hem verslag hoe de proleten Orlandini en Wunderink me hadden behandeld. Hij trok een gezicht van ‘verbaast je dat?’ Ja dus. Toen in ieder geval nog altijd. In 2003 ben ik inderdaad veel van die blindheid verloren.

13 juli 1984. De nrc bericht dat zondag de eerste klm-vlucht op Paramaribo zal worden hervat. Het werd dus tijd om af te rekenen met de klm, ook de onkosten voor vliegbiljetten, en hotels, om over de aan deze zaak besteedde tijd maar niet te spreken. Op geen enkele boodschap, refererend aan mijn brief van 5 oktober 1983, werd ingegaan. Doodse stilte vanuit het klm-hoofdkantoor. Voor zover ik weet is Ron Wunderink ook in 2003 nog in functie bij de klm.

[pagina 65]
[p. 65]

Op 29 augustus 1984 bezocht ik Mr. H.M. Voetelink bij Nauta van Haersolte opnieuw, ditmaal om de nummer één van een andere multinational de heer S. Orlandini tot de orde te roepen. Na bestudering van het dossier, concludeerde de advocaat dat mijn claim op de klm een kans van slagen had. Intussen, na twee maanden, lukte het Wunderink toch aan de telefoon te krijgen. We maakten een afspraak om elkaar op 10 september 1984, als voorheen, in het Hilton aan de Apollolaan te ontmoeten. Dat zou de honderdste les worden, waarin ik voor eens en voor altijd zou leren dat ook een public relations manager van de klm een ordinaire oplichter kan zijn. Hij gaf toe dat ik Orlandini en hem op 5 oktober 1983 een brief had overhandigd, waarin ik om tickets en 100.000 gulden vroeg, maar noch Orlandini, noch hij hadden mij mondeling of schriftelijk meegedeeld dat zij akkoord gingen met een honorarium. ‘Wat hebben jullie dan gedacht,’ zei ik, ‘dat ik de lobby voor de klm-lijn maar van de mij nog resterende kinineaandelen moest financieren? Wat je nu zegt, Ron, komt wel erg dicht bij oplichterij.’ Een dergelijke door de wol geverfde p.r.-directeur vertrekt geen spier wanneer je hem in zijn gezicht voor oplichter uitmaakt, want hij zal zich realiseren dat hij dat ook is, ook al krijgt hij het niet alle dagen recht voor zijn raap te horen.

Op 16 oktober 1984 berichtte advocaat Voetelink dat hem uit een gesprek met de advocaat van de klm was gebleken dat mijn brief van 5 oktober 1983 geen houvast bood om de klm in rechten aan te spreken. Het had dus geen zin om Voetelink te vragen toch met Orlandini te gaan spreken.

Na toch meer druk te hebben uitgeoefend, liet Wunderink op 16 november 1984 weten dat hij bereid was, vanwege de goede diensten de klm bewezen, een openstaand ticket Amsterdam-Havana-Paramaribo af te schrijven en dus te betalen. Vervolgens wees hij er opnieuw op, dat de klm vanaf het begin dat men met mij in zee was gegaan, zich op het standpunt had gesteld dat de belangen van de klm in Suriname het beste via formele kanalen behandeld dienden te worden. Dit was dus een aperte leugen, waar ik - na in goed vertrouwen met de klm in zee te zijn gegaan - verder niets tegen kon ondernemen.

Carel Enkelaar van de nos-televisie suggereerde dat er met klm-directeur De Soet te praten viel. Hij had mijn probleem met Orlandini reeds met hem besproken. Ik moest hem bellen. Het telefoongesprek met deze mijnheer was spijkerhard. ‘Wat wilt u dat ik zeg, wanneer u openlijk de integriteit van een van onze beste mensen (Wunderink) in twijfel trekt?’ Ik dacht, vind je dat gek, na alles wat ik van klm-top heb ondervonden? Na het nodige heen en weer praten zegde hij toe, Wunderink rechtstreeks te zullen instrueren de zaak opnieuw met mij op te nemen.

Omdat er niets gebeurde bood Enkelaar zelf aan mijn belangen bij Wun-

[pagina 66]
[p. 66]

derink, die hij uitstekend kende, te gaan bepleiten. Dit gebeurde op 23 januari 1985. Ik stelde nog steeds als eis 100.000 gulden honorarium en 25.000 gulden kosten tegenover de vele miljoenen winst, die het weer openen van de lijn op Suriname de klm zou gaan opleveren. Wunderink bleef onvermurwbaar. Er viel slechts te gissen welke de krachten waren, die de onderdirecteur van de klm, Wunderink, dwongen te verhinderen dat een cent in mijn zak terecht zou komen. Intussen verschijnen Orlandini en Wunderink ook deze dagen nog steeds op de vip-pagina's van de media als behorend tot de vaderlandse upper ten.

Op 4 juli 1985 lunchte ik, zoals we regelmatig deden, met Hans Teengs Gerritsen in Le Bistroquet in Den Haag. Voor sommige lezers moet ik verduidelijken dat hij verzetsheld was en een zeer persoonlijke amice van prins Bernhard, maar ook van Beatrix en Willem-Alexander. Hij kon de meest saillante anekdotes over de Oranjes vertellen. Over mijn klm-ervaringen, zei hij: ‘Dat had ik nooit van Orlandini gedacht. Ik ontmoet hem binnenkort, ik geloof zaterdagavond. Ik zal uw zaak bij hem aansnijden. Het wil nog wel eens helpen als ze merken dat ook anderen zich er mee gaan bemoeien.’ Maar ook via Hans hoorde ik er nooit meer over.

Er gebeurde dus helemaal niets. Pas op 4 april 1986 schreef ik Orlandini ten slotte dat ik me door hem en de klm opgelicht voelde. Zelfs nu ik, na de regeling met de staat, in staat ben regelmatig naar andere continenten te vliegen, boek ik nooit meer een klm-vlucht.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken