Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Memoires 1982-1983 (2014)

Informatie terzijde

Titelpagina van Memoires 1982-1983
Afbeelding van Memoires 1982-1983Toon afbeelding van titelpagina van Memoires 1982-1983

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (19.14 MB)

Scans (9.23 MB)

ebook (22.31 MB)

XML (0.63 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/autobiografie-memoires


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Memoires 1982-1983

(2014)–Willem Oltmans–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende
[pagina 169]
[p. 169]

[Amsterdam (vervolg)]

betekent niets meer. Ik belde Lex Poslavsky. Ik wil met hem lunchen.

In een briefje in New York aan Eduard schreef ik eens dat ik het niet zou overleven als hij met me zou breken. I really think, I want to die. Bovendien vertelde hij dat zijn ouders tot tweemaal toe bijna naar New York waren gereisd, omdat zij het gevoel kregen dat hij in moeilijkheden was geraakt. De dood is inslapen. Hoeveel keren meer zou ik nog naar Chopin en Ravel, zoals op dit moment, moeten luisteren? Je kabbelt gewoon uit het leven weg als bij het naar bed gaan. Eens is de laatste keer. Om 01:15 uur ging de telefoon. Het moet Peter zijn geweest. Maar ik wilde met niemand spreken.



illustratie

Ik ben vanavond met Frans Kellendonk naar de receptie op de sovjetambassade gegaan, omdat ik nog steeds bezig ben hem naar Moskou te krijgen. Ambassadeur Beletski behandelde Volodja Molchanov als een vip

1 december 1982

Ik voel me koud, naar, triest en ontroostbaar. Ik schreef eerst een brief aan Eduard, wat me een stuk rustiger maakte. Ik luisterde naar Debussy in de bus naar Centraal Station en begin weer te bubbelen met meer positieve gedachten en gevoelens, ook ten aanzien van Ed. Zal dit zich in zijn ziel ook voltrekken?

Ik bracht samen met Pieter Baaij een bezoek aan de Cubaanse ambassadeur Díaz in Den Haag. Hij is aardig, alleen je moet hem steeds bijsturen om resultaten uit zo'n gesprek te halen. Ik

[pagina 170]
[p. 170]

stelde voor dat we een proefwindmolen in Cuba zouden plaatsen. De ambassadeur wilde echter eerst alle informatie ontvangen opdat er geen geld over de balk zouden worden gesmeten. Er wordt momenteel toch nog voor 100 miljoen dollar handel gedreven tussen Cuba en Nederland.

Pieter Baaij vertelde dat Dirk Keijer ‘financiële klappen’ in Brazilië had gehad. Baaij had zijn eigen bedrijven de afgelopen tien jaar gesaneerd en gestroomlijnd, wat hem twaalf miljoen gulden had gekost. Hij had onlangs een bod gedaan op hotel Babylon bij het Centraal Station in Den Haag. We moesten eerst even langs zijn kleermaker. ‘Die maakte ook de kostuums voor Claus,’ zei hij. We liepen ook binnen bij zijn zoon Dolf, die het kaaswinkeltje in de galerij van het station exploiteert.

Díaz grapte dat ik hem bombardeerde met brieven: ‘You are my mental torturer.’ Hij zei ook dat ik meer kon bereiken dan hij, gezien mijn uitstekende contact met vice-president Carlos Rafael Rodriguez.

Kellendonk was gisteren op chique, in een pak. Hij zag er oergezond en aantrekkelijk uit. Hij gaf Volodja Molchanov een boekje met een opdracht. Volodja gaf me cadeautjes en wodka om aan Jan Cremer te geven. We namen met een omhelzing afscheid in de hal van de ambassade. Hij had op verzoek van Ernst nog een half uurtje een bezoek op diens kantoor aan de Herengracht gebracht. Ernst had gevraagd om aan Popov over te brengen ‘vooral geen spionnen op sovjet handelsmissies neer te zetten, want het meeste werk wordt immers door spionagesatellieten uitgevoerd’.

Ernst van Eeghen zei later dat, als gevolg van zijn gesprek met Molchanov, hij er over dacht handelsbetrekkingen met Moskou aan te gaan. Hij nodigde me uit op kantoor te komen om kennis te maken met enkele leden van zijn staf. Ik vroeg me af of Volodja hem op die gedachte had gebracht. Ik stelde voor elkaar volgende week te spreken. ‘Nee, morgen om 10:00 uur,’ aldus de koopman. Dit vooruitzicht iets samen met Van Eeghen & Co te doen, windt me op.

Intussen meldt nrc Handelsblad dat er als gevolg van Israëlische oorlogshandelingen ‘bijna twintigduizend mensen in Libanon werden gedood’. Niet minder dan 84 procent van de slachtoffers waren burgers in Beiroet. Over oorlogsmisdaden gesproken.

2 december 1982

Ik heb professor Arbatov een telegram gezonden, dat naar mijn mening rekening moeten houden met nog eens vier jaar Rea-

[pagina 171]
[p. 171]

gan, nu Edward Kennedy zich heeft teruggetrokken als kandidaat voor het Witte Huis.

Om 10:15 uur begon de vergadering bij Van Eeghen. Het staat voor mij vast dat dit een resultaat is geweest van het gesprek dat de koopman met Volodja Molchanov heeft gevoerd. Het kantoor wil kopen en verkopen in Moskou. Enkele jaren geleden hadden ze al chemicaliën willen verkopen maar de economische recherche had dit verboden. Dat viel allemaal onder ‘strategische materialen.’. Er waren omwegen via de ddr en Bulgarije mogelijk geweest, maar Ernst had dat niet gewild. Hij zou in Moskou op kleine schaal willen beginnen om geleidelijk te leren hoe zakendoen met de Sovjet Unie verloopt. Ik ontmoette Maarten van Ancum Plas, de manager van de Chemical Division, die mij een memo zal schrijven. Ook Ronald Develing was aanwezig, directeur van Central Buyers bv, een ander bedrijf van Van Eeghen. Ik stelde voor dat we om te beginnen een letter of intent zouden tekenen om tot zakendoen te komen. Ik moest akkoord gaan exclusief consultant voor Van Eeghen en de Chemical Division in Moskou te zijn. Ook wanneer ik iets voor de acf in Maarssen zou gaan doen, moet ik eerst met Van Eeghen overleggen. Het lijkt warempel een serieuze zaak te worden. Eindelijk.

Ik zou een portefeuille willen opbouwen met het doel die op den duur aan Eduard over te dragen. Ik stuurde Eduard twee expresbrieven.

Ernst van Eeghen liet me eerst zijn correspondentie met het kantoor van senator Hatfield in Washington lezen en daarna een briefwisseling met premier Lubbers. Het ging over een uitspraak van minister Weinberger in Brussel, die had gereageerd op een verklaring van Arbatov dat mx-raketten ‘first strike weapons’ waren. Ik heb dit gemist omdat ik en in Moskou was en holderdebolder raakte van de situatie met Eduard. Ernst voegde eraan toe niet te denken dat Lubbers iets van het belang daarvan begreep, maar dat hij de brief in het gunstigste geval aan de minister van Defensie zou doorgeven.

Van Eeghen zou Van Meekren willen ontmoeten, wat ik zal proberen te regelen.

Om 16:25 uur volgde een gesprek met Carel Enkelaar, Dennis Livson en Henk Suèr in Hilversum. Opnieuw is uitvoerig van gedachten gewisseld over hoe we een film zouden kunnen samenstellen uit al het jarenlang gefilmde materiaal in de jfk-affaire. Ik denk dat we geen stap verder zijn gekomen.

Toen ik thuiskwam, ben ik eerst de polders ingegaan. Ik snakte naar beweging. Soms heb ik het gevoel dat er nieuwe jobstij-

[pagina 172]
[p. 172]

dingen boven mijn hoofd hangen. Ik had een lang telefoongesprek met Eduard. Hij vond dat ik hem een vreselijke brief had geschreven: ‘Je hebt me tot in mijn tenen geraakt. Ik heb bijna de hele dag lopen janken. Ik sta ook nu te trillen op mijn benen. Inderdaad, actie schept reactie, maar je hebt me vreselijk diep geraakt. Ik heb de hele dag een lijst lopen maken. Heb ik je ooit iets gevraagd?’ En zo ging het maar door.

 

Op dit moment, 27 oktober 1996, als ik deze passage aan het verwerken ben voor de uiteindelijke memoires, zoek ik de brief van 30 november 1982 op, waaraan hij refereert en waarvan ik deze derde versie hem heb gezonden:

Ed,
Tot gisteren kon ik niet geloven, dat je op een finale breuk aanstuurde. Voor mijn gevoel waren we nog steeds veel te close en was er teveel truth in onze relatie. Ik voelde, tot gisteren en we in elkaars armen tegen de garagedeur stonden, dat die closeness er nog steeds was.
Toen kwam je vertrek, zonder uitzwaaien waarbij je inderdaad, zoals je al zei, geen tranen meer had. Steeds was het warm-koud. We spraken af naar Brussel te gaan samen. De volgende dag zegde je af. We spreken af onze relatie bij te sturen. ‘That is a deal,’ waren je woorden, de volgende dag een totale breuk. Wat moet ik nu denken of doen?

(Sla een alinea over)

Na ons etentje vorige week in Le Musicien zei je bij het afscheid in de auto: ‘Voel je je nu genomen?’ Hoe denk je dat ik die avond naar huis ging? Na gisteren, met het weghalen van je spullen en achterlaten van de sleutels, voel ik me voor het eerst verraden - en na wat je allemaal zei - verraden in alles wat er tussen ons is geweest. Letterlijk heb ik je gesmeekt van onze relatie geen keukenmeidenroman te maken. Toch heb je coûte que coûte doorgedreven om een breuk tot stand te brengen ‘en misschien zie ik je wel nooit meer,’ zei je ook nog.

(Sla vier regels over)

Ik wil je het volgende zeggen.
Na wat er tussen ons is geweest, is mijn heilige opvatting dat samen en in overleg, in liefheid en in basic genegen-
[pagina 173]
[p. 173]
heid voor elkaar, die er tussen ons nog altijd is, elkaar helpt, elkaar bijstaat en in love een zodanige situatie schept, dat niet de vernietiging of de wreedheid jegens elkaar centraal staat, maar dat de innige relatie die er was en in enigerlei vorm zal blijven voortbestaan en moet voortbestaan - want een tweede situatie als de onze zal in ons leven niet meer voorkomen - zal kunnen voortleven. Dat we elkaars diepste vriendschap behouden. Wil je dit of wil je dit niet? Ben je bereid hiervoor te knokken of ben je dit niet? Weglopen, wegvluchten, verliefd op een ander worden, met een ander in bed duiken, rekening houden met wat ouders wel of niet zouden kunnen begrijpen of aanvaarden, staat hier allemaal buiten. It is a matter, exclusively and totally, between you and me.
Doe wat je hartje begeert. Het is gemakkelijk gezegd. Maar wie doet het? Wie volgt zijn innerlijke instincten en innerlijke stem wat waar is en onwaar? Ik weet, en jij weet, dat als we elkaars armen om elkaar heen sluiten, we waarheid en love voelen.

(Dan sla ik een halve pagina in mijn brief over en kom tot een beschamende passage, waarbij ik zelf van onze relatie een goedkope keukenmeidenroman maak.)

Zaterdagmiddag ben ik weg en zal ik de garagedeur open laten. Je zult daar een doos vinden met je truien, het potje wat ik in NYC van je cadeau kreeg en al het andere. Ik verwacht dat je alles wat ik je aan schoenen, kleren enzovoorts heb gegeven in de lege dozen zal flikkeren, die klaar zullen staan. En dan wil ik je naam ook nooit meer horen.
Ik wil dit niet en ik heb dit niet gewild maar jouw behandeling kan ik niet accepteren. Wanneer je op die manier onze relatie beëindigt, dan voel ik me inderdaad alleen nog maar ‘genomen’ en ‘belazerd’ en alsof ik met een hoerenjongen ben omgegaan.
Jouw idee van een breuk is blijkbaar alle voordelen die je aan de relatie hebt gehad behouden en de persoon zelf een trap na geven. Ondanks je eigen uitspraak dat je een relatie als de onze niet zomaar van tafel kan vegen, doe je uiteindelijk juist dat. Sorry: ik kan niet leven met de gedachte dat je me alleen maar hebt gebruikt. Heb je dat wel, dan zal me dit a.s. zaterdag voldoende duidelijk worden. Of je komt terug, en je begrijpt dat wat je me de laatste
[pagina 174]
[p. 174]
tijd hebt aangedaan, ik niet had verdiend, en je geeft me een hand om samen dit dieptepunt te boven te komen, of we maken een totale breuk, maar dan ook echt finaal.
Diep in mijn hart geloof ik ook nu nog in je en refereer aan wat je deed aan je in-de-war-zijn of aan adviezen van buitenstaanders, mensen die niets van onze werkelijke relatie weten of begrijpen. Nog steeds kan ik niet geloven dat dit alles jouw wil is. Nog steeds denk ik dat we vrienden zullen blijven, en niet omdat je naar Luik wilt of om een dozijn sweaters te kunnen behouden. Als je werkelijk die breuk wenst, zal je ook niets meer van me willen hebben of gebruiken wat je iedere dag opnieuw aan mij zou doen denken. Ik wil die zekerheid wel van je terugontvangen, die ik gisteren voor het eerst verloren heb. Ik stel de eis dat dit zaterdag 4 december 1982 gebeurt, omdat ik niet met deze warm-koud methode van afspraken maken verder kan leven. Alles heeft me verschrikkelijk aangegrepen. Ik weet niet waar ik het aan te danken heb om deze behandeling te krijgen. Als ik er doorheen moet, dan zal ik het doen. Maar is het niet fair onze relatie een laatste kans te gunnen? Geloof me het is niet nodig wat je doet en hebt gedaan.

Wanneer ik deze rampzalige brief uit 1982 nu in 1996 weergeef, terwijl ik er aanvankelijk reeds aan voorbij was gegaan (en deze ook niet had teruggelezen bij het samenstellen van dit Memoires-deel), geneer ik me behoorlijk voor wat ik toen aan een jongeman van 22 jaar schreef, terwijl ik zelf al 57 was. Pas toen ik verder werkte en zijn onbeschrijflijk emotionele en geschokte reactie las, heb ik de brief uit een vorig dagboekdeel opgediept. ‘Ik heb de hele dag in mijn hoofd een lijst lopen maken,’ zei hij door de telefoon. ‘Ik had je al gezegd dat ik je het doosje van je moeder wilde teruggeven.’ ‘Ach Ed,’ heb ik geantwoord, ‘als ik dood ga, heb ik het liefst dat wat van mij is, bij jou is.’ Waarom heb ik dan die zo diep kwetsende brief toch geschreven?

 

Ik voel me van alles wat er is gebeurd de laatste dagen op een vreemde manier verlamd. Wat kan ik nu nog doen om te redden wat te redden valt? Ik moet hem helemaal loslaten maar hoe? Hij ziet natuurlijk niet in dat mijn ‘wraak’ een reactie is op wat hij heeft geflikt.Ga naar voetnoot235

Ik belde 25 minuten met Peter in Londen. Hij denkt dat ik

[pagina 175]
[p. 175]

Eduard heb ‘verstikt’. Ik wil wel en ik wil niet dat hij ‘bloedt’ voor deze laatste acties. Ik vrees dat alles nu is verpest.

De vara stuurt me een brief waarin ze aangeven dat zij geen verplichtingen aan me zouden hebben.Ga naar voetnoot236 Ik zal contact met Hans Verploeg van de nvj opnemen.

Ik probeer wat te lezen. Yukio Mishima beroofde zich twaalf jaar geleden van het leven. Of liever, zijn vriend sloeg zijn hoofd af nadat hij al een dolk in zijn buik had gestoken. Ik herinner me hoe Dewi Sukarno van de daad walgde, want ik was in die tijd bij haar in Parijs.

Mijn voormalige leraar Nederlands op het Baarns Lyceum, Maarten Schneider, gaf een interview aan Hubert Smeets in nrc Handelsblad. Hij is de enige pershistoricus die we tot nu toe in dit land hebben gehad. In 1978 is persgeschiedenis een volwaardige studierichting aan de Gemeente Universiteit van Amsterdams geworden. Ik zou hem graag nog eens ontmoeten en spreken.

Niet minder dan 276 rooms-katholieke bisschoppen hebben in de vs een debat gevoerd over de moraliteit van een atoomoorlog.Ga naar voetnoot237 Ze hebben zich tegen ‘first use of nuclear weapons’ door de vs uitgesproken en zijn dus ook voor een ‘nuclear freeze’.

3 december 1982

Na een absoluut afschuwelijke nacht belde ik Eduard. We spraken af om 16:00 uur in het Hilton bij Schiphol.

Precies een minuut voor vier reed hij de parkeerplaats op. Hij droeg de boots die ik hem had gegeven en de lemon and soda sweater. We bestelden erwtensoep. Ik gaf hem een zilveren slak met een bronzen slakkenhuis, in een mooi doosje verpakt. Hij stelde gerichte vragen over mijn plannen met Van Eeghen & Co. Hij benadrukte dat ik alles wat Ernst me zou voorleggen in ieder geval met Voetelink diende te overleggen. Hij zag wat witjes, maar was mooi als altijd.

Ik biechtte op dat ik hem altijd in boots had willen zien en nu had hij ze en droeg ze ‘and now you are screwing others in them’. Ook bekende ik dat ik dikwijls bij Bloomingdale's heel zorgvuldig truien voor hem had uitgezocht en het niet kon hebben dat Robert of wie ook ze nu bij hem uittrokken. Eigenlijk was het al met al een betrekkelijk normale ontmoeting zonder teveel emotionele toestanden of nieuwe dramatische ontwikkelingen.

Toen ik thuiskwam, lag er een telegram van Jermen Gvishiani

[pagina 176]
[p. 176]

uit Moskou met een verontschuldiging. De boodschap was via Pieter Baaij verzonden. Ik was er blij mee.



illustratie

Er is een kleine rel rond het feit dat iemand bij een sollicitatie voor een functie in de hofhouding vanwege zijn homoseksuele geaardheid was afgewezen. Premier Van Agt heeft de gang van zaken bevestigd.Ga naar voetnoot238 Het ging om een maatschappelijk werker voor de 250 personeelsleden van het koninklijk huis. De Volkskrant noemt het besluit de man af te wijzen ‘in diverse opzichten verbazingwekkend en compleet ontoereikend’.

Ronald Reagan heeft tijdens een bezoek aan Brazilië een toast uitgebracht op het volk van Bolivia.

4 december 1982

Ik sliep onwaarschijnlijk lang. Wat een normaal gesprek met Eduard weer niet teweeg kan brengen.

Drie Westerse bedrijven, Mannesmann Anlagenbau, Partec Lavalin uit Canada en Technip uit Frankrijk hebben aangeboden mee te willen werken aan de ontwikkeling van nieuwe gasvelden in zuidelijke republieken van de ussr.

De producent John de Crane is overleden. Hij kreeg een hartaanval. Ik leerde hem kennen toen Peter in de musical Met man en muis van Annie M.G. Schmidt zat.

In Thermos heb ik, met in gedachten Ed in mijn armen, gemasturbeerd. Als het maar geen afwijking wordt. Een aantrekkelijk neger tippelde. Ik stond stil en dacht: nee. ‘Je hebt niets gedaan,’ zei Eduard in het Hilton ‘maar ik wil niet nog eens aan een onmogelijke relatie beginnen.’

Ik had een lang telefoongesprek met John van Haagen. In vergelijking met zijn verdriet, de ziekte van Greet en de noodzakelijk geworden euthanasie, zou ik me met mijn problemen voor hem moeten schamen. Hij gaf me meer bijzonderheden over de dood van zijn vrouw, op wie ik erg was gesteld.

[pagina 177]
[p. 177]

Zij nam de dodelijke pillen 's middags om 15:00 uur in en hield pas in de ochtend om 04:30 uur op met ademhalen. John heeft haar toen gewassen en in de kist gelegd. ‘Zij was zo licht geworden,’ zei hij, ‘je kon haar op een hand dragen. Hele delen van haar lichaam functioneerden niet meer.’

Hij herhaalde dat ze eerst hadden besloten samen te sterven. Maar later had Greet hem gevraagd vooral te blijven leven om voor de twee jongste zonen te blijven zorgen. ‘Ik had er niet meer zoveel plezier in en nog niet, maar ze heeft het me gevraagd. Weet je pal, Greet was eigenlijk als kind al volwassen. Zij heeft van mij een beter mens gemaakt.’ Ik protesteerde hier tegen, maar in zekere zin is dat waar. Ik begrijp hoe hij het bedoelt. Zij zag kans zijn positieve kanten, die er waren, wat ik wist de dag dat ik hem ontmoette, verder te stimuleren. Greet was een schat.

5 december 1982

Op de fiets in de ijzige zuidoosten wind vanmorgen was a blessing in disguise.

Broer Theo vond de brief die ik van Develing, directeur van Central Buyers, had ontvangen en Theo ter inzage heb gezonden ‘behoorlijk indrukwekkend’.Ga naar voetnoot239

Theo vertikt het om als Zuid-Afrikaans staatsburger nu om een visum voor Nederland te moeten vragen. Ze komen om die reden niet met Kerstmis naar Amerbos.

De Amerikaanse ambassadeur in Den Haag, Dyess, heeft namens zijn regering op het ministerie van Buitenlandse Zaken bij een officiële demarche aangedrongen, dat de Nederlandse regering bij debatten in de vn niet al te hard moet hameren op mensenrechten in bijvoorbeeld Midden-Amerikaanse landen. Eigenlijk zouden we helemaal geen bondgenoot behoren te zijn van de misdadigers op dit gebied in Washington. De onzin die Ronald Reagan op televisie over Latijns-Amerika uitkraamde was beschamend.

Amsterdam - Heemstede (trein)

Erica van Eeghen belde of ik kwam eten en logeren. Ik ben op weg, alhoewel totaal vervuld van Eduard. Hoe lang zal ik nog van hem houden, ook als hij uit mijn leven zal zijn verdwenen? ‘Ik moet niet meer het belangrijkste element in je leven zijn,’ zei hij het laatste nogal schuchter.

[pagina 178]
[p. 178]

Heemstede - Amsterdam

Het was een unieke avond bij Ernst en Erica en Louis van Eeghen, een oom van Ernst, ver in de negentig die aan de Apollolaan in Amsterdam woont. Ik raak steeds intiemer met Erica bevriend. Zij ging heel serieus op mijn problemen met Eduard in, die zij ook heeft ontmoet. Ernst was ingedommeld en snurkte. Ik heb het randgebeuren inderdaad aangeroerd maar ik zou wel eens echt met haar alleen willen spreken. ‘Zie je nu tenminste in dat je je met die jongen niet meer moet inlaten,’ zei ze. ‘Uit dat soort relaties kan toch geen geluk voortkomen.’

Ik ben dit niet met haar eens. We zullen losser van elkaar komen misschien, maar het leven zonder Eduard zou, zoals ik het nu zie, helemaal leeg en nutteloos zijn, haast waardeloos. Ik zou graag intens veel voor hem blijven betekenen. Misschien is hij inderdaad aanvankelijk wel met enige verborgen motieven naar Amerbos gekomen. Maar hij is een zuivere jongen en het betekent niet dat we niet heel veel voor elkaar zouden kunnen blijven betekenen voor de rest van ons leven. Daar richt ik me op. Hij wil dit misschien ook wel, maar dan zonder langer zijn ouders over mij om de tuin te moeten leiden. Wat ik hem nog het meest kwalijk neem, is dat hij deze breuk zeer lang voorbereidde, zonder enige indicatie en zonder er met mij over te spreken. Maar dat heeft te maken met zijn leeftijd.

In de auto zei Ernst dat de beide topmedewerkers van zijn bedrijf er hun beklag over hadden gedaan dat ik bij Van Eeghen op kantoor was verschenen in een colbert met daaronder een spijkerbroek. Er kwam een reprimande achteraan met als thema ‘do in Rome as the Romans do’ en ‘je bent nu in zaken, dus...’ Toen Ernst en Erica me naar station Heemstede terugbrachten, zei Ernst: ‘Je bent nu op de goede weg, als je het goed doet kun je een stevige boterham verdienen. Je moet niet denken dat je meteen vier en een half miljoen zult verdienen. Denk er maar aan dat de mensen die je in zaken miljoenen beloven, erop uit zijn je te beduvelen.’

Bij deze uitspraak dacht ik aan Pieter Baaij, die altijd weer herhaalt dat hij me rijk zal maken. Ernst zei dat een van zijn directeuren hem had meegedeeld dat Pieter Baaij een bonafide zakenman was.

6 december 1982

Terwijl Erica gisteravond oom Louis naar bed bracht, sprak Ernst van Eeghen uitvoerig over zijn moeder, de dochter van

[pagina 179]
[p. 179]

een Boreel, generaties lang generaals geweest. Hij sprak over de oorlog, over Joodse onderduikers, hoe de buitenplaats in Doorn afbrandde en hoe zijn moeder voor de armen had gewerkt in Amsterdam.

Op een gegeven moment werd gisteravond op de ramen van Berkenrode getikt. Een deur ging open. Er werd tot groot plezier van de honden Hans en Pepper met pepernoten gestrooid. Pepper is mijn favoriet. De tuinman bracht Sinterklaaspakjes, die Ernst eerder bij hem had bezorgd. Er was een levensgrote damesschoen met een sticker die aangaf dat deze voor mij was, plus een gedicht. Een tweede pakje was een muziekdoosje om op de telefoon aan te sluiten. Pakje drie voor mij was een pop uit Irkoetsk met andere souvenirs uit Rusland (voor de kinderen van interieurverzorgster mevrouw Hornkamp). Cadeautje nummer vier was het boekje van Malcolm Muggeridge, Christ and the Media. Voor cadeautje nummer vijf moest ik de kamer afzoeken waarop ik een langspeelplaat vond met kwartetten van Brahms en Haydn, gespeeld door het Tokyo String Quartet. Ik vond het allemaal heel bijzonder. Jammer dat ik hen nooit aan mejuffrouw Buringh Boekhoudt heb voorgesteld, zoals ik van plan was geweest.

Ik heb intussen de letter of intent met Van Eeghen en Co getekend en Ernst zei: ‘Je kunt nu kaartjes laten maken met Consultant Van Eeghen Group of Companies.’ Ernst zei ook dat mijn opstelling tijdens een gesprek met zijn medewerker de Bruin ‘prima’ was geweest, ‘beter dan met Van Ancum Plas en Develing’. En Van Eeghen zei: ‘Een paar jaar geleden zou ik dit niet met je hebben gedurfd.’ Begreep niet goed wat dat mocht betekenen. De eerste transactie schijnt een partij knoflook te worden van anderhalf miljoen gulden met een procent commissie. Het is een begin. Maar toen ik vroeg om een telex naar Gvishiani te zenden, antwoordde hij: ‘Ik heb vijf telexen maar ik vertel niet aan mijn hele kantoor dat je consultant voor ons bent. Doe het maar liever via Pieter Baaij.’ Zoiets begrijp ik dan weer niet.

Van Eeghen vertelde dat hij er eens bij was geweest dat prins Bernhard koningin Juliana de kamer uit had gestuurd met de opmerking: ‘Nu moet je maar eens weggaan.’ Het verbaasde me niet omdat mejuffrouw Buringh Boekhoudt me soortgelijke incidenten vertelde uit de dagen dat zij op Soestdijk over een kamer beschikte om Beatrix bij te staan.

Het cpn-congres moet een ramp zijn geweest, althans in de ogen van Moskou. Volodja Molchanov kwam er in ieder geval verontwaardigd vandaan.

[pagina 180]
[p. 180]

Robert Scheer behoort tot de unieke schrijvers in de vs die zich tot het uiterste inspannen de waanzin van deze tijd te documenteren en vast te leggen, zoals nu weer in een lang artikel voor Playboy met als titel: how the u.s. government has come under the control of men who believe that nuclear war can be waged and won. Misschien heb ik er hier al over geschreven maar het is nuttig wanneer het twee maal gebeurd. Jammer dat de hele tekst hier niet kan worden weergegeven. Het verhaal illustreert andermaal wat voor absolute idioten Reagan en Bush eigenlijk zijn.

7 december 1982

Het lezen van de International Herald Tribune vervult me iedere ochtend met walging over waar men in de vs mee bezig is. Soms vraag ik me af of ik de belangstelling voor het wereldgebeuren nog wel op peil moet houden. In Denemarken is door tienduizend mensen geprotesteerd tegen de ‘nucleaire waanzin’ om ‘intermediate-range missiles’ in Europa te stationeren, zoals de Yankees dit wensen.

Toch is Ernst van Eeghen in meer dan een opzicht onbetrouwbaar. Ik vroeg bijvoorbeeld voor hoe lang mijn contract met Van Eeghen & Co. geldig was. ‘We zetten er een opzegtermijn van drie maanden in. Maar als je voldoet, kan je wat mij betreft twintig jaar zaken met ons doen.’

‘We zouden ook meteen een contract kunnen tekenen voor drie jaar,’ antwoordde ik.

Van Eeghen antwoordde: ‘Vertrouw nu maar op ons, want al zouden we je een contract voor drie jaar geven, als we willen is er altijd wel een clausule te vinden om er onderuit te komen.’ Ik haat eigenlijk nu al dit gedoe met Van Eeghen.

De Tijd heeft een reportage gepubliceerd: wat doen we met janmaat? van Matt Dings en P. van der Eijk. Het antwoord is natuurlijk: niets. Opmerkelijk is dat zelfs professor Jan Tinbergen, bij wie Alfred Vierling college liep, nu zegt dat hij een man is ‘om serieus te nemen’. Alfred is aangetrokken als fractiemedewerker van de Centrumpartij. Ik ben het met dit serieus nemen van Vierling eens, sinds ik hem voor het eerst ontmoette op de milieuconferentie in Stockholm. Trouwens, ik voel me enigszins verantwoordelijk voor Vierlings toetreden tot de Centrumpartij. Hij deed dit nadat hij de oprichter Henry Brookman aan mijn dinertafel voor het eerst sprak. Janmaat is tenslotte een indringer van naderhand, die een coup tegen Brookman pleegde. Onbegrijpelijk dat Henry het zover heeft laten komen.

[pagina 181]
[p. 181]


illustratie
Alfred Vierling.


Ik sprak bij Van Eeghen over mijn zondag samen met Ernst geplande reis naar Moskou. Hij haalde Van Ancum Plas en De Bruin ook naar zijn kamer. Men was het erover eens dat Van Eeghen & Co het spenderen van drieduizend gulden voor een trip van mij naar Moskou ‘te duur’ vond.

Gunter Pauli belde, dat hij waarschijnlijk een baan voor Eduard had versierd in een Brusselse patisserie. Dan kan hij zijn Frans pas echt goed oefenen in plaats van op die peperdure school in Ceran. Een andere mogelijkheid zou een stage zijn bij een bank in Luik. Ik belde Eduard in België, die onmiddellijk reageerde met: ‘Prima.’ Later schreef ik een en ander in het speciale voor Ed bestemde carnet en betrapte me er op dat er een traan over mijn wang rolde.

Lichtpuntje. Het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden heeft met 245 tegen 176 stemmen de plannen van Reagan voor het mx-raketprogramma ter waarde van 26 miljard dollar verworpen.Ga naar voetnoot240

Leo Kool, chef Actuele Programma's van de nos, heeft aan Hans Verploeg in een brief geschetst waarom mijn claims op de nos geen hout zouden snijden.Ga naar voetnoot241 In een memo aan de nvj heb ik andermaal samengevat hoe ze me voor de zoveelste keer in Hilversum tekort willen doen.

[pagina 182]
[p. 182]

8 december 1982

Wat me raakt is dat mevrouw Hornkamp meeneuriet wanneer ik de fantaisie-impromptu van Chopin speel terwijl ze in het huis bezig is.

Gisteren heb ik met Van Eeghen en Pieter Baaij in Hotel de l'Europe geluncht. Terwijl ik probeerde te verzekeren dat ze me niet opnieuw buitenspel zouden zetten, zoals na de lunch met Van Eeghen en Jeelof gebeurde, zei Baaij met veel nadruk: ‘Als we jou er buiten zouden laten, zouden we ons een dief voelen, denkt u niet?’

‘Ja,’ aldus Ernst, ‘dat is zo.’ Intussen meende Van Eeghen dat er maar eens snel een tweede lunch moest komen met Van Eeghen, Baaij en de heren Develing en De Bruin. Intussen bleek dat de vmf met zwager Sickinghe voor honderden miljoenen zaken doet in de Sovjet Unie. Tevens wenste Baaij niet mee te betalen voor mijn komende reis naar Moskou, wat ook Van Eeghen verbaasde. ‘Hij denkt misschien toch dat je het niet klaarspeelt in Moskou,’ aldus Van Eeghen. Hij liet er een bemoedigende zin op volgen. ‘Willem, als je werkelijk zou begrijpen wat zakendoen is, dan zou je waarschijnlijk in de Herengracht springen.’

Ernst schijnt ook alles in het werk te stellen om de aide-mémoire van Siline uit Moskou,Ga naar voetnoot242 voorzien van diens handtekening, te bemachtigen. ‘Komt die niet meteen, dan ben ik uitgespeeld in Washington,’ aldus Van Eeghen. Ik stelde hem gerust dat het ding op tijd zou arriveren. ‘Ja, maar Siline zei me laatst dat hij deze keer niet meer om Andrei Gromyko heen kon en wat zal de minister zeggen?’

Kenmerk heeft mijn gesprek met kanselier Bruno Kreisky van Oostenrijk uitgezonden. Om te beginnen lieten ze het in de pers aankondigen met weglating van mijn naam, net als in nrc Handelsblad. Verder ben ik zelf niet in beeld geweest. Jan Pieter Visser van de ncrv belde ogenblikkelijk en zei het een schandaal te vinden dat Kenmerk het zo had uitgezonden. Ze hadden toch minstens een opname moeten laten zien van Kreisky en jou op de gang lopend. Ik dacht: dat doen ze alleen niet omdat Den Haag ervoor heeft gezorgd dat mijn naam in de goot ligt. Lejo Schenk zorgt er zelf voor als hij iemand inteviewt dat hij breeduit in beeld is.

Ik stuurde een artikel over Pritchett naar Frans Kellendonk. Hij is pessimistisch. ‘Life is tragic in a way. There is so much conflict. There is revival of conflict, perpetual conflict which seems

[pagina 183]
[p. 183]

to go on. One has to fortify oneself to live with that, in fact identify yourself with it, really. I believe in identifying myself with life as it is, life as it appears to be.’Ga naar voetnoot243 Wat zal ik schrijven, denken of zeggen als ik 82 jaar ben?

David Shaw komt in de Los Angeles Times tot de conclusie ‘that too many news stories give too little information on too many unidentified sources. And despite some improvements in some areas, the problem is getting worse, not better.’Ga naar voetnoot244 Het is een van de permanente problemen van journalisten, dat ze over informatie beschikken die hen door absoluut betrouwbare bronnen wordt verschaft, maar waarbij zegslieden anoniem wensen te blijven. Al in het derde jaar dat ik journalist was, in 1956, ondernam ik een oriëntatiereis naar Djakarta en ontdekte hoe de Nederlandse kaarten aldaar lagen, wat in flagrante strijd was met wat algemeen werd aangenomen. Niet alleen door Sukarno en de zijnen, maar ook door Duco Middelburg, toenmalig diplomatiek vertegenwoordiger van Nederland in Indonesië, beschikte ik over informatie waarvan ik de bronnen niet mocht noemen, maar die voor het beleid van Den Haag in Djakarta wel degelijk van levensbelang waren.

9 december 1982

De sovjets hebben meer dan 100.000 stalen buizen voor de energielijn naar Siberië bij Salzgitter in West-Duitsland besteld. Luns heeft in Brussel gezegd dat er geen verband bestaat tussen de mx en de kruisraket. Wanneer er door Joeri Andropov inderdaad stappen zouden worden ondernomen om de betrekkingen met het Westen te verbeteren, ‘dan zou het de plicht van de navo-bondgenoten zijn hier opbouwend op te reageren,’ wat voor deze mijnheer een opmerkelijk vriendelijk geluid is.

Tom Wicker schrijft dat 100.000 man Amerikaans militair personeel in enigerlei vorm toegang tot of verantwoordelijkheid voor atoomwapens heeft. In 1977 bijvoorbeeld, zijn 1.219 personen van hun plichten in dit verband ontheven omdat zij geestelijke stoornissen hadden, 256 vanwege alcoholisme en 1.365 vanwege drugsverslaving. In een periode van achttien maanden zijn er bij het North American Defense Command 151 maal valse computeralarmen geweest. Soms duurde het zes minuten voor werd ontdekt dat het om een vals atoomalarm ging.

[pagina 184]
[p. 184]

Peter belde uit Londen. Hij is erg druk en moet morgen alweer om 07:30 uur op een filmset zijn. Omdat ik volledig in beslag genomen ben door de situatie met Eduard en vond niet aardig genoeg tegen Peter te zijn geweest, belde ik hem terug. Het werd eigenlijk alleen maar erger. ‘Ik benijd je niet om waar je nu door moet Willem,’ zei hij. ‘Nu weet je nooit meer zeker hoe het tussen jullie is.’ Dat was waar maar dat was dezelfde ervaring die ik eind jaren zestig met Peter beleefde.

Gerard Schuijt heeft in De Journalist over de uitspraak in het Claus-proces geschreven.Ga naar voetnoot245

NOS/KNVB en Oltmans/Staat der Nederlanden

Tweemaal strijd om de vrije nieuwsgaring
OLTMANS
Door een gekunstelde constructie heeft de president van de rechtbank in Den Haag de Staat der Nederlanden in het gelijk kunnen stellen in het geding dat de journalist Willem Oltmans had aangespannen. De staat heeft niet onzorgvuldig gehandeld door Oltmans niet uit te nodigen voor een persgesprek van prins Claus, leider van een Nederlandse delegatie in India, met hoofdredacteuren van Indiase kranten. Als de overheid een geselecteerde groep journalisten uitnodigt dan kan niet elke andere journalist daaraan een aanspraak ontlenen om er bij tegenwoordig te zijn, aldus de president. Nog even de feiten in herinnering gebracht: de journalist Willem Oltmans - ten aanzien van wie de vorige minister van buitenlandse zaken Van der Klaauw onder dreiging van een gerechtelijke procedure een circulaire aan de Nederlandse diplomatieke vertegenwoordigingen heeft moeten sturen waarin eraan herinnerd werd dat Oltmans niet ten achter gesteld mag worden bij andere journalisten als het gaat om de normale faciliteiten die aan de pers verleend worden - ging als enige Nederlandse journalist in februari 1981 de GPD mee met een door prins Claus aangevoerde delegatie naar India. Hij beklaagde zich erover onvoldoende informatie te hebben gekregen over het programma, maar hij stootte zich er vooral aan dat een dag vóór de afsluitende persconferentie prins Claus een persgesprek bleek gehad te hebben met Indiase hoofdredacteuren. Daarover las hij in de plaatselijke kranten, zodat de afsluitende persconferentie weinig betekenis meer had.
Om dat persgesprek draaide het in het kort geding dat Oltmans nu tegen de Staat der Nederlanden had aangespannen en waarvoor in een voorlopige procedure eerder dit jaar prins Claus zelf als getuige was opgeroepen. In het vonnis van de president van de rechtbank heet het nu ‘een gesprek met een geselecteerde groep journalisten’. Dergelijke gesprekken zijn volgens de rechter niet ongebruikelijk en niet valt in te zien dat de overheid de vrijheid zou missen dergelijke bijeenkomsten te beleggen.
GEVAARLIJK
Bij deze uitspraak passen m.i. een tweetal kanttekeningen. Het gaat er niet om wat prins Claus bij dat gesprek ‘voor ogen stond’ zoals hij tijdens het getuigeverhoor verklaard blijkt te hebben. Prins Claus had gedacht aan een gesprek in de trant ‘zoals mijn echtgenote en ik van tijd tot tijd een gesprek voeren met Nederlandse hoofdredacteuren’. Van belang is wat het feitelijke karakter van het gesprek was en dat was een spel van vragen en antwoorden waaruit gepubliceerd kon worden, zoals ook bleek uit de kranten de volgende dag. De gesprekken met de Nederlandse hoofdredacteuren plegen op vertrouwelijke basis gevoerd te worden. Ook is m.i. niet van belang dat de prins nu verklaard blijkt te hebben dat wat er in de Indiase kranten heeft gestaan geen goede weergave was van wat
[pagina 185]
[p. 185]
er gezegd is. Het zouden niet zijn antwoorden zijn, maar de gestelde vragen, die als antwoord in de krant gezet waren. Het is altijd gemakkelijk om de journalisten de schuld te geven, vooral als zij ver weg wonen en geen weet ervan hebben dat hun werk hier bekritiseerd wordt. De vraag blijft juist daarom gerechtvaardigd waarom de enige ter plekke aanwezige Nederlandse journalist er niet bij mocht zijn om ons te vertellen of zijn Indiase collega's de woorden van de prins al dan niet goed hebben weergegeven.
Een teleurstellend vonnis dus. Een gevaarlijk vonnis ook, omdat het de overheid volgens deze president vrij blijkt te staan over te gaan tot het uitnodigen van een geselecteerde groep journalisten als men een bepaalde onwelgevallige journalist wil weren.

Jammer dat Schuijt weg is. Hij begreep en kende mijn zaak als jurist van haver tot gort. Van Verploeg ben ik allerminst zo zeker als van diens voorgangers, maar Wim Klinkenberg is er gelukkig om het nvj-roer recht te houden.

10 december 1982

Olof Palme heeft een nucleaire vrije zone voor Europa voorgesteld, een corridor van 300 kilometer breed teneinde West-Duitsland van de ddr te scheiden. Finland, Ierland, Joegoslavië, Zwitserland en Oostenrijk zijn hierover benaderd. Het is een begin but too little too late. Ze moeten gewoon van Zweden tot Malta een atoomvrije zone tussen de grootmachten scheppen, die steeds verder kan worden uitgebreid.

Ik pakte een sauna in Thermos en keek in een spiegel naar mijn lijf. Ik dacht: waarom in hemelsnaam een totale overgave en liefdesrelatie te verwachten van deze jongen? Mijn mind slingerde prompt weer naar het andere uiterste van nog alleen dat van Eduard te aanvaarden, wat hij bereid is met me te delen. Al weken schommel ik tussen deze uitersten. Het ene moment wil ik van hem eisen meteen met de piloot te breken, het andere vraag ik me af waarom ik juist hem tegen iedere prijs wil behouden. Misschien omdat hij in de totaliteit van een relatie de eerste en het hoogtepunt was door de combinatie lichaam en geest. Nooit had ik met enige persoon anderhalf jaar doorlopend seks.

Ik belde Peter om hem te vertellen dat ik Eduard had omgepraat elkaar in Brussel te ontmoeten en of het niet beter was dit niet te doen. ‘Mijn instinct zegt me Brussel beter niet door te zetten, maar jij besterft het,’ zei Peter.

‘Dat ben ik met je eens, maar als je zoveel van iemand houdt als ik van hem, dan kan je alles.’

‘Ik denk dat het hem erg zou verbazen,’ zei Peter

Ik antwoordde: ‘I hope that he would respect me more, because of it.’

[pagina 186]
[p. 186]

Peter zit in opnamen voor een film waar Shelley Winters een hoofdrol in speelt. Hij had met haar geluncht. Maandag zal ook Donald Reed op zijn set zijn, wat hem bij voorbaat opwond. Hij had trouwens boeiende gesprekken met Shelley gehad. Misschien moet ik Corrie Verkerk bellen voor een interview. Ik zegde toe met Willem Smitt van Privé contact te zullen opnemen.

11 december 1982

Na een onrustige nacht verbeeldde ik me bij het krieken van de ochtend in een intrige verwikkeld te zijn met Eduard in Brussel.

Ik kreeg een mooie kerstkaart van de Van Eeghens.

Hylke Tromp is, nadat ik dat geregeld had, nu ook een uurtje op kantoor bij Ernst van Eeghen geweest.

Kanunnik Goor belde uit Brussel. Dat is de nieuwe vertegenwoordiger van de Siline-club.

Zelfs Erik de Vries vindt de houding van de vara tegen mij schandelijk. Wim Klinkenberg, die er het meest van af weet, idem dito.

12 december 1982

Ik heb zalig gefietst. Ik bedacht me als titel voor een boek: The silence of the soul.Ga naar voetnoot246

Lord Chalfont is op verzoek van mevrouw Thatcher naar Rabat gevlogen om te proberen om op de topconferentie van de Arabische Liga te helpen zoeken een formule te vinden waarmee een delegatie naar Londen zou kunnen reizen.

Amsterdam - New York, Alia vlucht 261

‘A sense of inferiority affects the motivation of a child to learn,’ schreef psycholoog Kenneth Clark in The New York Times. Ik denk dat in het geval van mijn broers en ik, die van kinds af aan erop werden gewezen eigenlijk ‘lummeltjes’ te zijn - onze ouders hadden het immers zoveel beter gedaan - dit onze schoolresultaten negatief beïnvloedde. Tot ik mejuffrouw Buringh Boekhoudt ontmoette, die mijn gevoel van eigenwaarde herstelde.

‘I write because I don't know what I think until I read what I say.’ - Flannery O'Connor

Flaubert schijnt een woordenboek van algemeen aanvaarde ideeën te hebben geschreven. Wat is dat?

[pagina 187]
[p. 187]

Wim Klinkenberg vertelde ‘een genoeglijk gesprek’ met Raymond van den Boogaard te hebben gevoerd, die het als een overwinning schijnt te beschouwen als correspondent voor nrc Handelsblad naar Moskou te gaan.

‘I write out of a desire for revenge against reality. I write out of hate, out of a desire for revenge against all the men who have oppressed and humiliated me.’ - Francine du Plessix Gray.

voetnoot235
Dat is niet waar. Edward had gezegd dat actie een reactie uitlokte.
voetnoot236
Zie bijlage 35.
voetnoot237
Time, 29 november 1982, GOD AND THE BOMB.
voetnoot238
NRC Handelsblad, 2 december 1982.
voetnoot239
Zie bijlage 36.
voetnoot240
The New York Times, 7 december 1982, door Richard Halloran.
voetnoot241
Zie bijlage 37.
voetnoot242
Zie bijlage 38.
voetnoot243
International Herald Tribune, 3 december 1982, door Kathy Stephen.
voetnoot244
International Herald Tribune, 8 december 1982, overgenomen uit Los Angeles Times.
voetnoot245
Ik kan de datum van het nummer van De Journalist, niet vinden.
voetnoot246
In 1996 vraag ik me af: had het niet The chaos of the soul moeten zijn?

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken

Over het gehele werk

datums

  • 1982

  • 1983


Over dit hoofdstuk/artikel

datums

  • 30 november 1982

  • 1 december 1982

  • 2 december 1982

  • 3 december 1982

  • 4 december 1982

  • 5 december 1982

  • 6 december 1982

  • 7 december 1982

  • 8 december 1982

  • 9 december 1982

  • 10 december 1982

  • 11 december 1982

  • 12 december 1982