Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Davids psalmen, nieuwlyx op rym-maat gestelt (1685)

Informatie terzijde

Titelpagina van Davids psalmen, nieuwlyx op rym-maat gestelt
Afbeelding van Davids psalmen, nieuwlyx op rym-maat gesteltToon afbeelding van titelpagina van Davids psalmen, nieuwlyx op rym-maat gestelt

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.16 MB)

ebook (2.98 MB)

XML (0.55 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Davids psalmen, nieuwlyx op rym-maat gestelt

(1685)–Dirk Rafaelsz. Camphuysen, Joachim Oudaen–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige
[fol T10v]
[fol T10v]

Register.

Register.

A.

Ach, Heer, hoe lang! hoe lang, ach Heer.13
Als David zijn gelaat.34
Ay zie hoe goed en lieff'lijk zich vertoonen.133

B.

Bathzebaas bad, en Davids oogenlust.51
Boetzang, om te doen gedenken.38

D.

Daar is geen God, zo spreekt de dwaas in 't hert.53
Daar Licht op 't pad, en welstand van bewaring.27
Daar my den angst beklemme.130
Dat nu de Hind', in 't vroege morgenty.22
Davids bede: neyg uw' ooren.86
De dag ter rust verkoren.92
De dwaas, hoewel zijn mond het anders zeyt.14
De God der Goden doet zich naad'ren.82
De glans van 's Vaders kroon.3
De Heer regeert, met heerlijkheyd bekleed.93
De Heer regeert, en heerscht.97
De Heere heeft tot mijnen Heer gesproken.110
De Heer is een verheeven Heer.48
De Heer zal opstaan! met dien slag.63
Der Heem'len schoon gebouw.19
De Heer, o Koning, neyg zijn ooren.20
De Heer is my mijn Herder, en Behoeder.23
Den Heere lof! nu, zing den Heere.149
Den Heere lof! o looft den Heer.148
Den Heere lof! Hem toe te langen.147
Den Heere lof! nu laat zijn lof.113
Den Heere lof! wat zaligheden.112
Den Heere lof! Ik zal den Heer.111
Den Heere lof! o loof den Heer.106
Der Goden God, der Heeren hoogste Heer.50
De stomme Duyf verheft haar treur-gezucht.56
Des wijzen Hemans onderwijs.88
Doet, Heere, doet my recht.26

E.

Een gebed des onderdrukte.102
Een juych-geluyd der ganscher Aarde.65
Een Koningklijk, en Goude Ziel-kleynood.16
Een leerzaam Gouden-pronk-kleynood.60
Een Lied, waar met, van smet bevrijd.30
Een onderwijs dat David heeft gegeven.32
Een onderwijs in Asaphs-Maatgezang.74
Een onderwijs in Asaphs-Maatgezangen.78
Een nieuw gezang den Heer te zingen.98
Een zang, een lied der liefd, om t'onderwijzen.45

G.

't Gebed des Mans by God in gunst en zegen.90
Gedenk aan David, en het Woord132
[fol 11r]
[fol 11r]
Geef vonnis God, aanvaard mijne zake.43
Gezegent zy de Heer my noyt bezweken.144
't Gesang van Davids Ziel-beweging.7
God de Heere heerscht.99
't Godloos bedrijf van die Gods Wet.36
God onze toevlucht, onze sterkte.46
Gy alle die op aarden leeft.100
Gy hebt uw' gunst den Lande toegekent.85
Gy Heer doorgrond en kent mijn hert.139
Gy immers zijt, o Heere, goed.73
Gy volk'ren, die, op Aarde voortgebracht.49

H.

't Hart, gejaagt en afgeronnen.42
't Heel aarde-rond, en alle ding.24
'k Hef, o Heer, tot U mijn ziele.25
'k Hef na de bergen vaak het oog.121
Het diene ter gedachtenis.70
Hoor, o God, mijn klacht en bede.61
Hoor, Heere, mijn Gerechtigheyd.17
Hy die verblijf, en schuylplaats, vind.91

I.

Ia immers is, het gaa zoo 't wil.62
Ik grondvest op den Heere mijn betrouwen.11
Ik heb het oog op U geslagen.31
Ik heb den Heer verwachtende verwacht.40
Ik hebbe lief, uyt hert, en ingewand.116
Ik zeyd, (en nam aldus mijn overleg.)39
In Iuda word de Heer gekent.76
In Iudaas dorre Woud-woestijn.63
In stilheyd word uw' lof gezongen.65

K.

Kom breng den Heere, met geluyd.95

L.

Laat 's aardrijks all' Inborelingen.96
Laat buld'ren, rasen, en rumoeren.125
Laat, Heer, mijn reden tot U komen.5
Laat my in alle noodgevaren.59
't Lied Davids, die, des Heeren Knecht, den Heere.18
Loof den Heer, want hy is goed.136
Loof den Heere! prijs zijn Naam.135
Loof den Heer gy Heydendom.117
Loof o den Heer! om welke reden.118
Loof den Heer, die heerlijk leeft.150

M.

Machtigen van 't aardsch geslacht.29
Mijn bede koom tot U gestegen.143
Mijn Goude-ziel-kleynood gedragen.58
Mijn hert, o Heer, verheft zich niet.131
Mijn lied en strek niet tot geringe dingen.101
Mijn stem, o Heer, is opgeheven.28
Mijn stem tot God geheven.77
[fol 11v]
[fol 11v]
Mijn vast-geveste grond-vertrouwen.71
Mijn ziele loof! mijn ziele loof den Heere.103

N.

Neem, Heer, geen straf voor handen.6
Neem mijn gebed, o God, ter ooren.55
Niet ons, niet ons, zy d'eere toegeleyt.115
Nu zeg den Heere lof, en zegen.105
Nu zijn, o God, de Heydenen gekomen.79

O.

O God der wraak, vertoon in 't wreken.94
O God, en zwijg niet langer tot.83
O God mijn God, mijn Koning en mijn Heer.145
O God, op wiens verhevenheden.109
O God, wy hebben 't met onz' ooren.44
O Heer, de Koning is verblijd.21
O Heere red my van den quaden.140
O onze God zijt ons genadig.67
O onze God, en heerscher in den Hoogen.8
Op 't lieflijk loof der Lelibladen.80
Op Ethans voorgeluyt en maatrijk onderwijs.89
O mijn ziele prijs den Heer.146
Ontsteek u niet, om die het booze werken.37
O welk een blijdschap, welk een vreugd.122
O welk een dauw van lieff'lijkheyd.84
O welk een lot van zaligheyd gebeurt.119
O zalig, die der Goddeloozen Raad.1
O zalig hy die zich verstandig draagt.41
O zalig, door des Heeren zegen.128

R.

Rechtvaardigen, van God verkoren.33

S.

Stort uyt mijn geest, mijn geest, die zwanger gaat.104

T.

Ten waar de Heer ons bygeweest en waar.124
Ten zy o Heer uw goedheyd ons behouwe.12
Toen David in de Bergspelonk.142
Toen Israël Egiptenland verliet.114
Treed met mijn Twisters in den twist.35
Toen Saüls wrok, op Doëgs woorden.52
Toen troosteloos en treurig en verlaaten.137
Tot U die in de Heem'len zit in top.123
Toen wy verlost van 't slaafse juk.126

V.

Van angst geperst in nood benepen.120
Van ganscher hert', met al mijn kracht.9
Verhoor my, die my t'Uwaarts wende.4
Volken, over al.47
Voor Salomon stijg, God, mijn bede.72
Voor Salomon een wijs bericht.127
U Heere lof, en zeegen.107
[fol 12r]
[fol 12r]
U, o Heere, loven wy.75
U roep ik aan, U in den Hoogen.141
Uyt heel mijn hert errijz' uw' lof.138

W.

Waarom, o Heer, nadien onz' angst en leed.10
Wat mag het zijn, dat 't Heydendom verbaast.2
Wie zal, o Heer in uwe Tent.15
Wilt, Heere God, mijn stem verhooren.64

Z.

Zie hier de kracht van 't Goude ziel-kleynood.57
Zie loof den Heere t'aller tijd.134
Zing met blijde toon.81
Zoo rust met recht zijn grondvest op de bergen.87
Zy hebben my niet eens maar menigmaal.129
Zy mijn gezang op 't lieflijk leliblad.69


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken