Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Nuttige besteedinge der afgebrookene uuren (1717)

Informatie terzijde

Titelpagina van Nuttige besteedinge der afgebrookene uuren
Afbeelding van Nuttige besteedinge der afgebrookene uurenToon afbeelding van titelpagina van Nuttige besteedinge der afgebrookene uuren

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (1.30 MB)

Scans (14.32 MB)

XML (0.69 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Nuttige besteedinge der afgebrookene uuren

(1717)–Johannes d' Outrein–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige
[pagina 358]
[p. 358]

Bladwyzer Der Liederen.

A.

Alleen hoog verheeven Heere.Pag. 30
Al geeft den Herfst geen Zoomer-vrugt.48
Ag Heer ‘t herdénken van myn wangedrag.62
Als ik bestaa tot ‘s Heeren disch te naad’ren.72
Als Christus had Gods regt voldaan.157
Als de Heiland opgesteegen.165
Als ‘t vleesch’lyk Israël den Heer der Heeren.171
Als Iesus liefste zoet en kragtig.182
Als het opperst welbehaagen.196
Als Iesus waare leeden.201
Ag hoe zálig zyn de schaaren.246
Als ik ‘t geschaapen licht de zonn’ aanmerk.334

B.

Barmhértig God en algenoegzaam Heer.63
Benaauwde ziele, die dus droevig klaagt.273
Bedroeft gemoed! welks oog van traanen leekt.280

D.

Daar vlugt de swarte nagt, de daageraadt.9
Dat’s weederom een dag.14
Daar is het oude Iaar verdweenen.32
Daar zyn de koude winter-vlaagen.36
[pagina 359]
[p. 359]
De Lente-tyd is reeds verscheenen.39
Daar vlugt de Zoomer weg, de warme zonne-straalen.46
De boomen die men korts met vrugten.51
Daar word my van de hooge plaats verméldt.55
Daar gaat den Hémel op, de aarde kraakt.218
Dronkenschap moet yder schouwen.245
De blyschap maakt Gods kind’ren vuurig.264
Des Satans diepe listen snood.310

E.

Eeuwig onverandert weezen.26
Eer dat ik tot Gods Taafel gaa.69
Eer dat Gods Zoon verkeerd’ op aard’.116

F.

Fontein des heils! die nooyt zyt uitgeleedigt.299

G.

God wiens alziende oogen.5
Gedugte God! die op uw eeren-stoel.96
Gods eigen Zoon, alleen, en algenoegzaam God.108
Gods Zoon verkeerd’ op aard in zeer geringen staat.128
God die hooge woont, maar ‘t ooge.186
Geen Eng’len-spraak nog Menschen-tong.211
Groot magtig zálig Heere.240
Gelukkig mensch! die in ‘t aandagtige beschouwen.325
Geliefde Gods! die van den Váder.326
[pagina 360]
[p. 360]
Gods volk draagt in zyn woord den naam van boomen.332

H.

Hoe wisselvallig is de tyd!53
Hoe regt, betaamelyk en goed.229
Heb dank geleerde Heer voor ‘t zien van uw gezangen.322
Hoe zálig is de man die nooyt door lust der oogen.324

I.

Ik zie het oude jaar geweeken.34
Iesus bron van licht en leeven!65
Iesus die nu leeft.79
Iehova God volmaakte weezens aader.87
In ‘t magtig Vrankryk word uw volk geplaagt.99
Iehova groot ontférmer.190
Iehova God! die booven elks gedagten.290

L.

Looft myn ziel den Heer.77
Looft myn ziel! der Heeren Heer.81
Laag neêrgezeegen doffig hert.118

M.

Majestueuse God! hedugte Kóning.15
Myn ziel belust de kragt der min te toonen.107
Myn ziel beschouw het zielen lyden.137
Melaatsheid was een plaag in Israël.345
[pagina 361]
[p. 361]

N.

Nooyt was het zoet der Lente aangenaamer.41
Na dat Gods Zoon zyn Kerk begon te gronden.170

O.

Onnaakbaar God! ô Heilig licht!1
O magtig Heer en goede Vader!22
O God! die door uw sterk vermoogen.37
Oneindig God! en albeschouwens licht.57
O God! wat heb ik zint den laatsten stond.59
Ontwaakt myn doffe geest! spoor op uw lusten.66
Op op myn ziel! werp weg uw traage sluimer.73
O God in wien het alles leeft.84
O swak gebouw, aardsch leemenhuis.86
O Heer! wat heil wilt gy een ziel verklaaren.92
O God! wat is uw Kerk nog in veel stryd.97
O God! uw Kerk in ‘t vrye Neederland.101
Onnoozel en onschuldig Lam!124
O Iesus lief! wat was het dat u drong.134
Om hoog myn ziel! en poog een schets te geeven.161
O God! van myn vertrouwen.193
O grond’loos diep, van Iesus wond’re min.206
O wêreld-ling! die raast en balkt.231
O glorieuze Majesteit!233
O God! ik heff’ myn hert om hoog.237
O wêreld! vuil en stinkend aas der dwaazen.250
Ontzachlyk! Heerlyk! rein en vlek’loos licht.252
O God! hoe meer ik ingespannen let.255
O lieveling! en hoog-geagte vriend.271
[pagina 362]
[p. 362]
O vriend! die quaal die my aan ‘t herte treft.277
O God! wat ‘s uw genaade groot.286
O God! die my uit min en magt bewaarde.298
O lustelooze ziel! aanschouwt.314
Oorspronk van alle licht en wysheid schatten!317
O driemaal zálig volk! die willig kont verzaaken.325
O Fontein van heil en leeven.338

T.

Terwyl ‘t vermoeyde lyf.20
Terwyl de duisternis dekt stad en akker.288

V.

Volzálig! algenoegzaam Váder!21

W.

Weldaadig Heer! Fontein der goede gaaven.24
Wat maakt de zoete Zoomer-tyd.43
Wel aan myn ziele wilt de liefde pryzen.126
Wel op Gods volk! wilt nu met lof-zang pryzen.152
Wat kan het vrugteloos beschouw.174
Wie leert my regt die vrye min verklaaren.178
Wie helpt myn ziel en tong! om nu te Psalmen.208
Wie meldde ooyt wat Iesus min.216
Wat lust u tog ô mensch! die nog zo draaft.258
Wie genoot ooyt grooter vreugden.260
Wel hoe kont gy wêrelds knaapen.267
Wie leert my peilen Satans list.307
Wat zyn myn zinnen dom en loom.320
[pagina 363]
[p. 363]
Wanneer de zee haar wilde woeste baaren.342
Wie ‘t Priesterdom melaats erként.348

Z.

Zing op en meld wat Iesus liefde lydt.143
Zálig volk zeer hoog geroemt.340

Einde.

Druk-feilen aldus te verbeeteren.

Pag.versreegelvoor - lees
18166tot dienst – tot uw dienst
3158geheilig – geheiligt
4761ik hoord - ‘k hoord
62111Priester – Priesteren
70311maar – was
70311En reeg. 12 voor, en werk meer sterk moest zyn – lees, maar sterk
8242onbreekb’re – onverbreekb’re
9484ik wil – (h) ik wil
114182als – al
11625wyze Ps. 110 – wyze Ps. 100.
164125het – hoe
214118Engelen – Eng’len
23445hoog – oog
23694den – der
29264nagt-lust – nagt lust
293162zyn – hun

De ooverige kleine Druk-feilen gelieve den bescheidene Leezer als die hem voorkoomen zelve te verbeeteren.


Vorige

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken