Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
De psalmen Davids (1663)

Informatie terzijde

Titelpagina van De psalmen Davids
Afbeelding van De psalmen DavidsToon afbeelding van titelpagina van De psalmen Davids

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (43.96 MB)

ebook (51.48 MB)

XML (0.92 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes
bijbel / bijbeltekst(en)


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

De psalmen Davids

(1663)–Aernout van Overbeke–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Psalm LVIII. David verwijt Sauls Raetslieden hare onrechtvaerdige en verkeerde raetslagen, bidt dat Godt haer in haer aenslagen storten wil tot Godts eer ende der Vromen vreughde.

Oock op de wijsen van den 33 Psalm.



illustratie

 
ICk vraeg' u, ghy die in den Raedt
 
Als Rechters sit verheven,
 
Die elck sijn loon, na 't goed' of quaedt
 
Van hem gedaen, moet geven,
 
Of 't al na recht en reden gaet?
 
Vw' hert dat billickheyt versmaet,
 
Dat vonnist de geschillen
 
Naer uwen boosen wille.
[pagina 171]
[p. 171]
 
2.   Men siet, van haer geboorts'-uur af,
 
De Quaden sich verheugen
 
In lelijck vuyl, en stinckend' draf,
 
Van list en snoode leugen;
 
Sy zijn als slangen, vol venijn,
 
Vol van besmett'lijck vuur, sy zijn,
 
Als adders, die haer' ooren
 
Toestoppen voor het hooren.
 
 
 
3.   Op dat wanneer hy komt gegaen
 
Die haer wil 't oor belesen,
 
Hoe seer hy mach de konst verstaen,
 
Sy schaloos souden wesen.
 
O Godt verstoor dees' Leeuwen kuyl,
 
Breeckt haer de tanden uyt de muyl,
 
Laet haer vergaen ten lesten
 
Van honger in haer nesten.
 
 
 
4.   Laet haer als sneeuw' versmelten Heer,
 
Als water heenen vlieten,
 
Breeckt haerder pijlen punt, wanneer
 
Sy daer met willen schieten;
 
Laet haer als slacken in het slijck
 
Versmelten, laet haer zijn, gelijck
 
De misdracht eender Vrouwen,
 
Die 't licht niet komt t'aenschouwen.
 
 
 
5.   Gelijck een doornbos aen den heert,
 
Als 't vuur is aen het gloeyen,
 
Werdt schielijck door de vlam verteert,
 
Sal Godt de Quaen uytroeyen,
 
En brengen in sijn toorn ten val;
 
De Vrome daer-en tegen, sal,
 
Wanneer hy haer siet lijden,
 
Daer over sich verblijden.
[pagina 172]
[p. 172]
 
6.   De Vrome sal noch in het bloedt
 
Der Goddeloosen plassen,
 
Hy sal noch sijn oprechte voet
 
Met vreughde daer in wasschen:
 
Dan sal men seggen immers siet
 
Men dat de Vrome vreught geniet,
 
En dat de Heer moet leven,
 
Die loon na werck kan geven.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken