Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Bellerophon of Lust tot wiisheit, Gesangh der zeeden, Urania of Hemel-sangh (1648)

Informatie terzijde

Titelpagina van Bellerophon of Lust tot wiisheit, Gesangh der zeeden, Urania of Hemel-sangh
Afbeelding van Bellerophon of Lust tot wiisheit, Gesangh der zeeden, Urania of Hemel-sanghToon afbeelding van titelpagina van Bellerophon of Lust tot wiisheit, Gesangh der zeeden, Urania of Hemel-sangh

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (13.79 MB)

XML (1.27 MB)

tekstbestand






Genre

poëzie

Subgenre

liederen/liedjes


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Bellerophon of Lust tot wiisheit, Gesangh der zeeden, Urania of Hemel-sangh

(1648)–Dirck Pietersz. Pers–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

Psalm 32.

Op de gewoone stemme: Wel hem, &c.

 
WEl saligh Mensch; wiens sonden zijn vergeven,
 
En overdeckt, al 't quaedt by hem bedreven:
 
Wel saligh Mensch, wiens geest bedriegens moet,
 
God rekent niet sijn ongerechtheyt toe.
 
Want doen ick sweegh mijn beenders my versleten,
 
Den gantschen dagh, door 't brullen van 't geweten;
 
Want uwe hand druckt dagh en nacht op my,
 
Mijn sap wordt droogh, als 't hooy by Somers-ty.    Sela.
 
2. Ick maeckt' u Heer! bekent al mijne sonden:
 
Mijn snoodigheyt bedeckt' ick t'geener stonden:
 
Ick sprack, ick wil belijden mijn misdaet.
 
Ghy Heer! vergaeft my al 't bedreven quaet.    Sela.
 
Elck Heyl'ge sal terwijl hy is te vinden,
 
Hem bidden, dien geen vloet dan sal verslinden:
 
Ghy zijt mijn wijck, die my voor anghst behoet,
 
Die my omringht en vrolijck singen doet.
 
3. Ick sal u van den wegh recht onderwijsen,
 
Die ghy sult gaen, dat ghy mijn raedt sult prijsen,
 
Mijn oogh sal steets op u wel gade slaen,
 
Volght dan mijn les en stichtelijck vermaen.
 
Weest niet gelijck een paerd dat onverstandigh,
 
Of als een muyl, die door 't gebit wordt handigh.
 
Op dat het u niet quetse noch vertree:
 
De goddeloos' heeft smert, verdriet en wee.
 
4. Maer wie op God vertrouwt die sal omringen,
 
Sijn goedigheyt en gonst in alle dingen:
 
Verblijdt u in den Heer met stille vreughd,
 
Rechtvaerdige singht vrolijck en verheughd.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken