Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants (1971)

Informatie terzijde

Titelpagina van Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants
Afbeelding van Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des VerstantsToon afbeelding van titelpagina van Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (14.75 MB)

XML (2.78 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

vertaling
non-fictie/naslagwerken (alg.)
non-fictie/kunstgeschiedenis


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants

(1971)–Dirck Pietersz. Pers–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Inventione. Vindinge.



illustratie

Een jonge Vrouwe met prachtige kleedinge, in 't wit, waer op sal geschreven staen, non aliunde, dat is, niet elders van daen; hebbende 't hoofd rontom de sluyer, met verscheyden verwen geciert, alwaer, door aerdige krullen en drayen, de konst en de schoonheyt vertoont wert. Hebbende aen de slaepen van 't hoofd, twee vleugeltjes, en in de slincker hand salse houden het beeldeken van de Natuyre: de rechter arm wat hoogh en recht uytstekende, de hand open, en met bloote armen, doch beyde met gulde Braçeletten geciert, en op de Braçelet aen de rechter arm sal geschreven staen, ad operam, dat is, aen 't werck.

Iongh wort zy vertoont, om dat de geesten in de Ionckheyt, door de hette des bloets, sich verheffen, en tot het verstand opstijgen, waer door geschiet, dat het verhael der dingen een overweginge maeckt, en

[pagina 551]
[p. 551]

uyt dieselve overweginge, worden alle Vindingen toegestelt.

Haer kleedinge is wit, om dat de Vindinge behoort suyver te wesen, en sich niet te behelpen met eens anders arbeyt, en daerom worter geseyt, facile est inventis addere, dat is, men kan licht by eens anders Vindinge wat toe doen, gelijck de spreucke oock uytdruckt, non aliunde, dat is, niet elders van daen, maer men sal 't by sich selve soecken. De ciersels en sluyers van verscheydene verwen, bedieden dat de Vindinge niet in een dingh alleene bestaet, maer dat zy verscheyden is en oneyndlijck, want de verscheydentheyt der verstanden, brenght soo wel goede als quaede Vindingen voor den dagh. De vleugels aen 't hoofd, bedieden de opheffinge van alle de verstandelijcke deelen, diewelcke opgeweckt zijnde door de sinnen, om te verkrijgen, daer men nae verlanght, soo wecken zy te gelijck de sinnen op, om al het geene te soecken en te vinden, wat haer, daer door, wort voorgestelt.

Dat zy het beeld van de Natuyre in de slincker hand houd, is om te betoonen, dat de Natuyre de Vindster is van alle dingen. En daerom iets nieuws te vinden, en niet in 't licht te geven, is een saecke die niemant vorderlijck is, en dat nae de spreucke van de Wetgevers, die zijn voornemen of konst verberght, seggen zy, daer van kan geen nut komen, en hierom is 't geen wonder, want de Philosophen seggen, Virtus in actione consistit, dat is, de Deughd bestaet in de daed: Hier over behoortmen zijne Vindingen in 't licht te stellen en uyt te voeren, om by een yder lof te behaelen. En daerom is dese beeldnisse gemaelt datse de opene hand een weinigh verheven uytstrekt. Want by den Egyptenaers was een gemaelde of gesneden hand, een bewijs van een vlijtigh Man totte Bouwkonst, welcke hand ons veelmaels tot het werck heeft gedient, en door wiens weldaed, de konst van alle dingen, wort gevonden, om de beeldnissen, die in de gedachten ontworpen zijn, sichtbaerlijck voor de oogen te vertoonen, en daerom hebben wy het woord ad operam, aen de rechter arm geschreven. De twee bloote armen mette goude armringen, bedieden het loon, dat de Oude plachten te geven, aen die geene die iet loflijx en treflijx, tot vorderinge der konsten, hadden gevonden. En dit verhaelt Pierius Valerianus in 't XL boeck.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken