Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants (1971)

Informatie terzijde

Titelpagina van Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants
Afbeelding van Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des VerstantsToon afbeelding van titelpagina van Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (14.75 MB)

XML (2.78 MB)

tekstbestand






Genre

proza

Subgenre

vertaling
non-fictie/naslagwerken (alg.)
non-fictie/kunstgeschiedenis


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Cesare Ripa's Iconologia of Uytbeeldinghen des Verstants

(1971)–Dirck Pietersz. Pers–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

Vorige Volgende

Mondo. VVerreld, gelijck die van Bocatius in de afkomst der Goden is afgemaelt, met haere vier deelen.

Voor de VVerreld maelt Bocatius af, gelijck oock Pierius Valerianus doet, Pan met een Geyten kop, van rosse of verbrande verwe, met twee hoorens aen 't hoofd, die om hoog staen, met eenen langen baerd, die hem op de borst hanght, en heeft in plaets van kleederen een vel van een Panther-dier, dat hem de borst en de schouderen besluyt, houdende in d'eene hand een stock, die boven gekrult is, als een Harderstaf, en met d'ander een Pijpken met seven rieten. Van 't midden af om leegh, is hy op de maniere als een hayrige en ruyge Geyte, daer van Silius Italicus aldus singht:

 
Pan vrolijck uyt zijn Feeste keert,
 
En quispelt met zijn quispelsteert,
 
Zijn slaepen zijn met pijn omkoort,
 
Zijn rosse kop brenght hoorens voort,
 
De ooren langh en uytgespreyt,
 
Zijn hart van hayr, gelijck een geyt,
 
Zijn ruyge baerd seer langh gestreckt,
 
Hem van de kin, de borst bedeckt,
 
Dees God, voert steets een Harder-staf,
 
En speelt op 't riet daer deuntjes af:
 
Een kakel-bonte Dassen huyd,
 
Zijn sijden, rugh en borst besluyt.


illustratie

Pan is een Griex woort, en bediet Al, of het Geheel: waer door de Oude de VVerreld wilden afbeelden, door de hoorens, als geseyt is, wierde de Sonne en Maene verstaen, en Bocatius wil dat de hoorens, ten Hemel gekeert, bedieden de Hemelsche lichaemen en haere werckingen, hier beneden. Het roode en verbrande aengesicht bediet, dat suyvre vier, 't welck boven alle Elementen sweeft, naest by de Hemelsche Sphaeren. De lange

[pagina 601]
[p. 601]

baerd, die over de borst hanght, betoont, dat de twee bovenste Elementen, te weeten de Locht en het Vier, van natuyre en kracht manbaer zijn, en stieren haere instortingen uyt, van de Vroulijcke natuyre.

Hy wort met een geplackt vel vertoont, dat hem de schouderen en borst bedeckt, zijnde de achtste Sphaera, die geheel met seer heldere sterren is bemaelt, diewelcke van gelijcken overdeckt, al het geene dat totte nature der dingen behoort. Eusebius in 't III boeck III cap. van zijne Euangelische voorbereidinge, uyt wien het alle andere hebben getrocken, neemt de geplackte Panthers huyd, voor de veranderinge van de Hemelsche dingen: en hy houd van gelijcken, dat het beeld van Pan, zijnde een afbeeldsel van de geheele Werrelt, een vindinge is van de Griecken, die zy hoorens hadden gegeven, uyt oorsaecke van de Sonne en Maene.

De Roede, bediet de bestieringe der Natuyre, waer door alle dingen, insonderheyt daer de reeden ontbreeckt, worden bestiert, en die in hare werckinge tot een seker einde zijn bepaelt. Door de gekrulde Roede wort het Iaer bediet, 't welck in sich selve altijd wederom keert. In de ander hand heeft hy zijn fluyt met seven rieten, overmits Pan de eerste is geweest die veele rieten met Wasch te saemen gehecht heeft, en daer op eerst heeft gespeelt, gelijck Virgilius seght in zijn 2 Ecloga.

Hy wort van 't midden af, nae beneden toe, als een ruyge en hayrige Geyte afgemaelt, waer door de Aerde verstaen wort, diewelcke is hart, steyl en gantsch oneffen, bedeckt met boomen en ontallijcke planten en kruyden.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken