Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Moeders oudste (1929)

Informatie terzijde

Titelpagina van Moeders oudste
Afbeelding van Moeders oudsteToon afbeelding van titelpagina van Moeders oudste

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (2.23 MB)

Scans (12.31 MB)

ebook (3.43 MB)

XML (0.42 MB)

tekstbestand






Illustrator

Freddie Langeler



Genre

proza
jeugdliteratuur

Subgenre

roman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Moeders oudste

(1929)–Willy Pétillon–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

XVII.

Den volgenden morgen op school wachtte haar een verrassing, zoo groot en heerlijk, dat ze er niet alleen de ellende van den vorigen dag door vergat, maar zich zelfs troostte over de herhaling, welke haar dien middag wachtte en die haar dagelijks wachten zou.

Om elf uur bij het wisselen der lessen kwam mijnheer Van Heuvell even de derde klasse binnenloopen en vroeg:

[pagina 127]
[p. 127]

- Frans kan je om twaalf uur even in de eerste klasse komen, ik moet je spreken.

Frans keek verrast op en zag in zijn oogen dien lachenden blik, dien ze de laatste weken al dikwijls had opgevangen en die scheen te zeggen:

- Ik weet iets prettigs, wat jij niet weet.

- Wat moet Van Heuvell van je? werd aan Frans van alle kanten gevraagd.

Deze haalde de schouders op met het gebaar dat haar eigen was.

- Weet ik 't? Zeker werk over te maken of zoo iets. O, ja, mijn taalles had ik niet af, dat zal 't zijn.

Maar ze was zelf niet overtuigd van haar woorden, want de leeraar had er in het geheel niet ontstemd uitgezien. Veeleer het tegendeel.

Frans wachtte tot de anderen uit de eerste klasse weg waren en ging toen naar binnen. Van Heuvell stond bij de eerste bank en bladerde in een aflevering van een tijdschrift.

- O, ben je daar? Ik zal je niet lang ophouden, maar ik moet je iets laten zien en ik wist niet of je 't prettig zou vinden, als ik dat deed, waar de anderen bij waren. Kijk eens.

Hij hield haar de aflevering voor, een klein, pas opgericht maandschrift in een geel kaft. Thuis kregen ze het ook in de portefeuille, maar eerst als het drie maanden oud was. Er waren zes nummers van verschenen, maar Frans had er pas drie van gezien. Dit was de laatste aflevering.

Nieuwsgierig begon ze te bladeren, niet wetend wat haar belangstelling moest wekken. Glimlachend stond de leeraar toe te zien.

- Oh!

Daar stond boven aan een bladzijde de titel, die haar oog trok ‘In de duisternis’. Ze las enkele zinnen. Ja, het waren wel de woorden die zij geschreven had, maar hoe anders staarden ze haar aan, nu zij ze in druk terug zag. Het bekende was haar nu volslagen vreemd. Had zij dat werkelijk geschreven? Was dat háár werk; daar in de aflevering van dat tijdschrift, dat ze in haar vingers hield?

Haar handen begonnen te beven, de regels dansten voor haar oogen, de omtrekken der letters verdubbelden en vertiendubbel-

[pagina 128]
[p. 128]

den zich; ze zag een oogenblik niets meer. Haar hart bonsde met hevige, zware slagen, ze voelde het kloppen overal, in haar maag, in haar hoofd, in haar keel, het was of ze overal een hart had.

Hulpeloos zag ze den leeraar aan, die met een glimlach, maar toch zelf ook ontroerd, haar emotie zag en dacht aan de eerste maal, toen hij zijn eigen drukproeven had gecorrigeerd en ze jubelend aan zijn moeder bracht. Hij was toen zelf ook nog maar een kwajongen van de H.B.S. en het blaadje, waarin zijn eerste werk verschenen was, bestond al sinds jaren niet meer. Zou zij straks ook naar huis vliegen, haar moeder vertellen hòè gelukkig ze was en hoe blij?

- Hoe komt dat? stamelde Frans eindelijk op het met groote letters gedrukte opschrift wijzend.

Nu veranderde zijn glimlach in een luiden lach en het trof Francis hoe vroolijk en jongensachtig die klonk.

- Het is eigenlijk een gruwelijke onbescheidenheid, die ik begaan heb, begon hij, half verontschuldigend. Maar ik typte het verhaaltje uit je opstellenschrift over en zond het naar de redactie van dit ding. Ik deed er een briefje bij met het verzoek het, als ze het niet namen, aan mijn adres terug te zenden; ik zou je die teleurstelling bespaard hebben, Frans. Maar ze namen het en nu zie je het geteekend met je voorletters; dat leek me verstandiger. Je bent er toch niet boos om?

- Boos, riep Frans opgewonden. Ik kan u niet zeggen hoe blij ik ben en hoe gelukkig! Mag ik het mee naar huis nemen en het moeder laten zien?

- Je zult zelf ook een nummer krijgen, maar neem het gerust mee. En wat de betaling betreft....

- Betaling?

Frans zette groote oogen op. Zoover had ze in het geheel nog niet gedacht.

- Ja natuurlijk. Een schrijver wordt toch voor zijn werk betaald, zou ik denken? Ik had je juist willen waarschuwen je daarvan geen al te groote illusies te maken, maar dat is niet noodig, merk ik. Nu, je zult dezer dagen wel een postwisseltje krijgen; je eerste verdiende geld, Frans.

- Ik ben zoo blij, zoo blij, herhaalde Frans nog eens. Mag ik nu gauw naar huis? Ik verlang zoo naar moeder.

[pagina 129]
[p. 129]

Hij knikte, maakte een gebaar alsof hij haar wilde tegenhouden, toen ze zich omwendde, maar liet haar gaan. Toch, toen ze bij de deur was, riep hij haar terug.

- Luister eens, Frans. Ik wou je zeggen, dat ik heel goed begrijp, wat een moeilijke dagen je hebt en ik wou je ook zeggen, dat je door alles heen op mij rekenen kunt als je vriend. Den moed niet opgeven hoor, doorzetten Frans, je komt er zeker, dit is het begin. En als het je zwaar wordt, bijt dan de tanden op elkaar en zeg: ik wil, dan lukt het zeker.

Wat verwonderd zag ze hem aan. Hoe wist hij dat ze..... Zijn gezicht had een heel ernstige uitdrukking, zooals hij op haar stond neer te zien. Wat een kind moest hij haar vinden!

- In ieder geval dank ik u wel, dat u me geholpen hebt om dit begin te maken, zei ze spontaan. Het is waar, ik heb het niet gemakkelijk voor me zelf de laatste dagen of liever sinds....

- Je in de derde zit, vulde hij lachend aan. 't Is het kweekeling zijn hè?

- Hoe hebt u dat zoo gauw gemerkt? Ik ben pas sinds gisteren op die school.

- Je hebt soms een heel scherpen blik voor sommige dingen, antwoordde hij ontwijkend. Laat het je genoeg zijn, dàt ik het heb gemerkt. En ga nu maar gauw naar huis, kind, met je eerste werk. Zou je moeder er blij mee zijn?

- Of ze blij zal zijn? Dat denk ik, riep Frans. Moeder zal het misschien nog prettiger vinden dan ik.

Ze vloog de trap af en schoot op haar fiets met zulk een vaart door de straten, dat meer dan één voorbijganger, die haastig op het trottoir gevlucht was voor zoo'n wildebras, haar met woedende blikken nastaarde.

- Moeder, moeder, kijk eens, lees eens!

Ze gooide de aflevering op de koffietafel zonder zich tijd te gunnen iemand goedendag te zeggen.

Niet alleen haar moeder, maar ook de tweelingen en Jettie toonden groote belangstelling voor het eerste gepubliceerde werk van Frans.

- Hoe heb je dat zoo klaar gespeeld? informeerde Jo, haar zusje met onverholen bewondering aanziende.

- Ik heb het niet gedaan, het was voor mij zelf een verrassing,

[pagina 130]
[p. 130]

bekende Frans. Mijnheer Van Heuvell heeft een opstel, dat eigenlijk meer een verhaaltje was, opgestuurd en het werd dadelijk geplaatst.

- Wat vreeselijk aardig, waardeerde Annie.

- En moeder, hij zegt, dat er voor betaald wordt ook.

- O, Frans, je eerste verdiende geld, dat moet je bewaren, riep Jettie.

- Ja, als het een bankbiljetje is moet je het vooral in een lijstje laten zetten en in je kamer ophangen, vond Jo.

- Nee, ik koop er iets voor, dat moeder heel graag zou willen hebben. Zeg eens moedertje waarnaar je het meest verlangt.

- Dat kan ik zoo gauw niet bedenken, ik geloof, dat ik op het oogenblik het allermeest naar een boterham verlang, lachte haar moeder. Laten we maar gauw aan tafel gaan. Gelukkig dat het Woensdag is, anders zou je bepaald te laat komen, Frans.

Maar aan tafel was het moeder niet mogelijk iets te eten, zij was te zeer vervuld van dezen eersten stap van Frans. Waar zou de weg leiden, dien ze zoo hartstochtelijk gekozen had?

- Zie je wel, je eet niets, verweet Frans. En dat wou nogal erg prozaïsch doen.

- Je hebt zelf ook geen halven boterham gegeten, merkte Annie op. En de kaas is zoo lekker vandaag.

- Ik kan niet eten, verklaarde Frans. Ik verlang veel te hard naar mijn postwissel. Kom, ik zal mijn boterham maar in het etensbakje van Piet doen; hij mag een extra hapje.

Piet aanvaardde dankbaar de tractatie en als hij geweten en begrepen had waaraan hij die te danken had, zou hij zeker gewenscht hebben, dat Frans nog lang naar haar postwissel zou moeten uitzien.

Maar haar geduld werd niet te lang op de proef gesteld. Nog dienzelfden avond kwam een aflevering van het tijdschrift en den volgenden dag met de middagpost, kwam de postwissel. Tien gulden. Frans voelde zich onmetelijk rijk en de gedachte aan de vier zilverbons in haar beursje deden haar met geduld de kwellingen van haar kweekelingschap verduren.

's Middags aan tafel werd er weer lang en breed beraadslaagd wat er met het geld moest gebeuren. Frans wilde met alle

[pagina 131]
[p. 131]

geweld haar moeder een cadeau geven, de tweelingen stelden voor, dat ze de heele familie tracteeren zou, Piet incluis, maar haar moeder raadde het geld voorloopig weg te leggen en er nog geen bestemming aan te geven.

- Wie weet hoe blij je op een gegeven oogenblik bent, dat je het hebt, zei ze.

Frans volgde dien raad en het duurde niet zoo heel lang, of Frans kon haar geld besteden voor iets, waarvoor ze nooit gedacht had het noodig te hebben.


Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken