Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 2 (1727)

Informatie terzijde

Titelpagina van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 2
Afbeelding van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 2Toon afbeelding van titelpagina van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 2

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (10.42 MB)

XML (1.78 MB)

tekstbestand






Vertaler

Abraham Moubach



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/sociologie
vertaling: Frans / Nederlands


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 2

(1727)–Bernard Picart–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

IV. Hoofdtstuk.
Van de Omstandigheden hoedanig men de Gevangenen van de Inquisitie op de Pynbank brengt en ondervraagt.

Ga naar margenoot+ Nadat een beschuldigde zyne Getuigen gewraakt en beantwoordt heeft, indien die niet voldoen, en dat daarenboven de misdaadt niet genoegzaam beweezen zy, verwyst men hem echter tot het onderzoek van de plei of pynbank in de Inquisitie gebruikelyk. Hier van zyn 'er drie soorten alle even wreedt en smartelyk. De eerste is die van de koordt, de tweede het water, en de derde het vuur. De pynbank met de koordt is, dat men de misdadiger de armen achteroverbindende, vervolgens met een katrol omhoog haalt; dus eenigen tydt zonder steunzel gehangen hebbende, laat men hem tot op een half voet na op den grondt vallen, met zodanig een geschok, dat alle de gewrichten verzetten, en den Lyder een verschrikkelyk gekerm veroorzaakt. Deeze pyniging duurt een uur en somtyds langer, nadat het de Inquisiteurs die 'er tegenwoordig zyn, noodig oordeelen, en de krachten van den Lyder het verdragen konnen.

Indien deeze pyniging niet voldoet, beezigt men die van 't water. Men noodzaakt den Lyder een meenigte in te zwelgen; vervolgens legt men hem op een holle bank; die men, zoo men wil, openen en toesluiten kan. Deeze bank heeft een dwersch doorgaande stok, die het lichaam van den Lyder gelykzaam opschort, en hem met ongelooflyke smerten het ruggebeen breekt.

De pynbank van 't vuur is de wreedste van alle. Men legt een heet vuur aan; vervolgens strykt men de voetzolen van den Lyder met spek en andere doordringende of brandbaare stoffe. Men strekt hem daar na op den grondt met de voeten naar het vuur uit, en men roost ze dus, tot dat hy alles belyd 't geen men weeten wil. Beide deeze laatste pynigingen duuren omtrent een uur, en somtyds langer.

Wanneer dan een Misdadiger tot de pynbankGa naar margenoot+ verweezen is, geleid men hem in een daar toe geschikte plaats, die men de pynkamer noemt. Dit is een groot onderaardsch vertrekGa naar voetnoot†, waarna men door veele omwegen afgaat, op dat het schrikkelyk gejammer deezer rampzaligen niet mogte gehoort worden. In deeze plaats zyn geene stoelen dan voor de Inquisiteurs, die 'er altoos, wanneer men de pynbank bezigt, tegenwoordig zyn, zoo wel als de Bisschop van de plaats of zynen Stedehouder, of ten minsten iemandt zynentwegen. Geen licht is 'er dan dat van twee donker brandende toortsen, die niet dan een slaauw schynzel van zich geeven; maar

[pagina 226]
[p. 226]

nochtans den Lyder de pynwerktuigen doen zien, nevens een of zoo veel beulen als 'er noodig zyn. Deeze Beulen of Rakkers zyn omtrent als boetdoende zondaars gekleedt, met groote lange rokken van zwarte trielje, en zy hebben hun hoofdt en gezicht, als met zwarte Monnikskappen bedekt, voor de oogen, neus en den mondt gaten hebbende. Dit spookzel tast dan de beschuldigde aan, kleed hem naakt uit, behalven wat de schaamte gebied te dekken. Voor dat men hem ter pyniging brengt, vermaanen hem de Kettermeesters, getrouwelyk te belyden van 't geen waar mede hy zich schuldig vind. Indien deeze vermaning niets uitwerkt, en dat hy by 't ontkennen blyft, legt men hem op de pynbank, waar toe hy verweezen is, 't zy op een der drie manieren waarvan wy gewag hebben gemaakt. Somtyds is het pynigen zoo geweldig, dat het hart en de krachten van den Lyder bezwyken, en men genoodzaakt word den Arts van de Inquisitie te laaten komen, om te verneemen of het noch langer zonder te sterven verdraaglyk zy.

Ga naar margenoot+ Wanneer men uit den mondt en hals van den beschuldigden door kracht van pyniging alles gehaalt heeft, 't geen men weeten wil; te weeren, 't zy dat hy onschuldig, of waarvan hy schuldig is, word echter de rampzalige niet ontslagen; men doet hem noch een tweede pynbank uitstaan, om reden en voorwendzel, alzoo zyne belydenis volstandig moet zyn; by voorbeeldt, zoo iemandt twee vrouwen heeft getrouwt, of een vrouw twee mannen heeft gehad; of zoo een Geestelyke of een Geestelyke Dochter na hunne Gelofte getrouwt zyn; word dit door de Pynbank beleeden, vraagt men welke reden men daar toe heeft gehad, 't zy door begeerte van een hevige drift te voldoen, of dat eenig ander belang de beweegredenen zyn geweest, die hen tot deezen verboden handel heeft gebragt, waar na men wederom de beschuldigden pynigt, om hun te doen bekennen, of zy niet gelooft hebben, dat het Huwelyk geen Sakrament was; of dat de Gelofte volgens 't gewisse geene verplichting moest zyn; of dat het hun niet mogelyk was de onthouding in acht te neemen. Nadat dan deeze elendigen meer bekent hebben, dan zy zelf bewust zyn, moeten zy noch een derde pyniging uitstaan, om de medeplichtigen t'ontdekken, of die geene die hem of haar geholpen ofbegunstigt hebben, deezen handel uit te voeren.

Ga naar margenoot+ Wanneermen dus alles heeft te weeten gekomen, 't geen men begeerde te onderzoeken, is de verzachting die de beschuldigde geniet, dat men hem weder naar zyne verschrikkelyke Gevankenis brengen zal, alwaar deezen rampzaligen aan de wanhoop word overgelaaten, en aan alles 't welk de smerte der geleden pyniging hem het gevoeligste lyden doet: maar indien men als gezegt is door al dit pynigen niets kan winnen, word hy wederom naar den Kerker gebragt. Alsdan stelt men konststreeken in 't werk en spant strikken, die de gevolgen der strafoeffening zyn. Men laat omgekochte menschen by hem komen, die veinzen hem te zullen vertroosten, hulp aanbieden, of met hem gevangenen te zyn, en zich tegen de Inquisitie en haare tirannige handeling verstoort houden, als zynde de hevigste geessels waar mede Godt ooit den menschen heeft gedrukt, en hem in strikken zoo onvermydelyk doen vallen, dat het zeer bezwaarlyk is, zich door vriendschap en medelyden en diensten in de ongemeenste ongevallen beweezen, te laten overhaalen.

Insgelyks oeffenen de Kettermeesters met al hun vermogen deeze Konstenaryen: zy troosten de rampzaligen, en betuigen dat ze met hun ongeval bewoogen zyn; dat ze hun verderf niet zoeken: maar dat ze zich bekeeren mogen; en voor de minste bekentenis die zy voor hun in 't byzonder doen, daar voor belooven ze hun geheimelyke voldoening, om hen van de straf te bevryden en hunne vryheit weder te doen verwerven.

Het besluit van dit alles is, dat zoo deGa naar margenoot+ beschuldigde volgens 't oordeel der Kettermeesteren overtuigt blyft, 't zy door getuigen, of door eigen belydenis, word hy volgens de schrikkelykheit der misdaaden, tot de doodt, of een eeuwige gevankenis, of op de galley, of tot een geesseling, of andere diergelyke strafoeffening gedoemt. Wanneer een even wreede en schandelyke doodt onvermydelyk is, is de spoedige uitvoering een soort van verzachting die men den Lyder geeven kan, naardien alle oogenblikken die tusschen de verwyzingen de strafoeffening voorby gaan, is den gedoemde zoo veele dooden te doen sterven, en in diervoegen meer als verbeeldelyk zy. Hierom is't dat de strengelykste Rechters verplicht zyn de misdadigers niet eer te verwyzen dan, wanneer de uitvoering van 't strafvonnis aanstaande is.

Deeze verzachting, hoe krachteloos die is, heeft in de Inquisitie geen plaats, en men schort zelfs de uitvoering na de verwyzing een en meer jaaren op; overzulks men alsdan een veel grooter getal van schuldigen straffende, de strafuitvoering zoo veel te afschrikkelyker maakt, en teffens een grooter voorbeeldt word.

De Vertooning van verscheiden misdadigen dus ter uitterste doodtstraffe zonder aan-

[pagina t.o. 227]
[p. t.o. 227]


illustratie
No 60.
A. Le Roi, et la Reine. &c.
B. Le Grand Inquisiteur.
C. Les Conseillers de l'Inquisition.
D. Place de quelques Grands d'Espagne Familiers de l'Inquisition.
E. Place des Criminels, chacun avec deux Familiers de l'Inquisition, et plusieurs Moines de diferens Ordres.
F. Deux Cages, ou l'on met les Criminels pendant la lecture de leur Sentence.
G. Autel ou l'on dit la Messe.
H.H.L'Etendart de l'Inquisition, et la Croix Verte.
I. La Chaire du Predicateur.
K.K. Deux Chaires pour ceux qui lisent les Sentences.
L. Effigies de Carton representant ceux qui sont morts en prison, ou qui se sont sauves de prison.




illustratie
La PROCESSION de L'INQUISITION, a GOA.
A. L'Etendart de l'Inquisition.
B. Les Dominicains.
C. Les Criminels qui ont évité le feu par la confession.
D. Les Criminels qui ont évitè le feu par la confession apres leur condamnation.
E. Crusifix qui tourne le dos à ceux qui doivent être brulez.
F. Criminels qui doivent être brulez.
G. Effigies de ceux qui sont morts en prison.
H. Le Grand Inquisiteur.


[pagina 227]
[p. 227]

zien van Sexe noch Staat gedoemt, bevestigt voor zoo veel men gelooft, den Volke in het Katholyk Geloof; en men maakt zich in de Landen van de Inquisitie wys, dat ze alleen den aanwas der Ketteryen en zich te verspryden heeft belet, in den tydt toen 'er geheel Europe mede besmet was; en dit is een der redenen, die aan deezen Rechtbank den tytel van de Heilige Bediening heeft doen geeven, en het ongemeen gezag dat de zelve heeft, overal waar die ingevoert is.

margenoot+
Hoedanig de Inquisitie driederlei soorten van pyniging die alle ongemeen wreed zyn tegen de ontkennende Beschuldigden in 't werk stelt, bestaande in die van de koort, het water en 't vuur.
margenoot+
De Pynkamer beschreeven, en hoedanig men met de Lyders wreedelyk omgaat.
voetnoot†
Zie hier het nevens gevoegde Afbeeldzel, waar van het onderdeel verscheiden manieren van Pynigingen verbeeldt, en hoe zich de Heilige Bediening van de Pynbank bedient.

A. Is de Voorzittende Inquisiteur die de Pyniging gebied, en eindigen laat wanneer het hem behaagt.
B.B. Zyn twee Bygevoegden of Assistenten naast den Geheimschryver staande.
C. Is de Lyder die men met water opvult.
D. Is de Lyder by de armen achter over gebonden en met een katrol opgehaalt, en die men daar na tot byna op den grondt vallen laat, waar door hem de gewrichten verzetten.
E.E.E. De Beulen of Dienaars van de Pynbank.
F. De Pynbank waarop men den Lyder legt en met water opvult.
G. De Lyder in wiens mondt men het water door middel van een trechter giet.
H.H. De Dienaars van de Inquisitie die het water gereed houden om in den trechter te gieten.
I. De Pyniging door 't vuur, waar voor men den Lyder de voeten roostert, om hem zyne beschuldiging te doen bekennen.
K. Een Dienaar van de Pynbank die des Lyders voeten met spek wryft, om de pyn te smertelyker en doordringender te maaken.
L. Is de Arts van de Inquisitie die oordeelt of de Lyder zonder gevaar van te sterven langer de pyniging verduuren kan.

In het Bovendeel word de Zaal van de Inquisitie verbeeldt, waar van vervolgens in de vierde Afdeeling deezer Historische Gedenkschriften de Beschryving volgen zal.
margenoot+
Over welke misdaaden de Pynbank word gebruikt, en van welk een gevolg dit is, aangeweezen.
margenoot+
Konstenaryen in 't werk gestelt om de Gevangenen tot volkomen bekentenis te breugen,
margenoot+
en wanneer die onvoldoende zyn, hoe als dan de verwyzing volgt.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken