Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4 (1729)

Informatie terzijde

Titelpagina van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4
Afbeelding van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4Toon afbeelding van titelpagina van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (15.09 MB)

XML (2.43 MB)

tekstbestand






Vertaler

Abraham Moubach



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/sociologie
vertaling: Frans / Nederlands


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4

(1729)–Bernard Picart–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

IV. Hoofdtstuk.
Van verscheiden Plechtigheden by eenige Koningen der Indien in gebruik.

Ga naar margenoot+ DE SamorynGa naar voetnoot(b) van Calicut is van de Stam der Braminen; tot de Kroon gekomen zynde, moet hy zich van Vleesch en Visch een tydt geduurende onthouden. Deeze onthouding is ongetwyffelt geestelyk. Zoo lang die duurt, mag hy niet dan een maaltydt 's daags doen, en 't is aan niemandt gedoogt hem te zien eeten; hy moet lange nagels en hair draagen, en dagelyks zyne gebeden opzeggen. Zodanig is den regel voor den nieuwen Koning. Geeft men hier door niet te kennen dat men de dooding van zich zelven den geenen onderwyzen moet, die tot den Troon verkooren zyn? Om de Boetoeffening te vermeerderen, indien dit 'er een van is; want over dit stuk kan 'er een groote onderscheiding van lust en keur zyn; deeze Vorst levert zyne nieuw getrouwde Bruidt aan zynen eersten Bramine over, op dat hy de eerstelingen geniete, 't welk geen nieuw gehuuwde Bruidegom in andere landen aan iemandt afstaan zou. Na eenige jaaren van Onthouding, vergadert de Koning den Volke, geeft hun een Gastmaal, en deelt Aalmoezen uit. Zyne Vrouwen, die veel zyn, bieden hun de gewyde Waschkaarssen aan, die voor de Afgoden gedient hebben. In deeze Plechtigheden is 't, dat het Volk den nieuwen Koning bevestigt.

De SamorynGa naar voetnoot(c) proeft niets of 't moet te vooren door de Braminen aan den Afgod aangeboden geweest zyn. Na deeze Plechtigheit, die heiligt 't geen de Vorst eeten moet, zet hy zich ter aarde en doet zyne Maaltyd. De Braminen zien hem eeten, en houden met veel achting, op eenige treeden afstant, de handt op den mondt. Na de Maaltyd, slaan de zelfde Braminen driewerf in de handen, en dragen het overschot voor de kraayen weg. 't Is noch den Koning, noch den Nairos niet gedoogt zonder verlof der Braminen van het vleesch te eeten.

Door den Wet in deezen Staat opgerecht, is de Koning verplicht afstant van 't Bestier zyns Koningryks te doen, wanneer de PriesterGa naar voetnoot(d) van den Afgod van Calicut sterft, en in dien dienst hem in zyne plaats op te volgen. 't Is een onschendbaare Wet dat deeze Vorst dus bestemt tot het Priesterschap 't zy gewillig of gedwongen besluiten moet, en van den Troon naar 't Autaar treeden.

De Begraavenis-plichten van KoningenGa naar margenoot+ verschillen van deeze lykgebruikelykheden niet, die wy in 't vervolg beschryven zullen. De rouw bestaat in zich de hairen af te scheeren, te vasten en zich geduurende dertien dagen van Betel t'onthouden, 't welk den tydt der tusschenregeering is. Onder doeze openstaande Ryksbestiering ontfangt men alle de berichten die het den Onderdaanen behaagt te geeven over de hoedanigheit, de gebreken en deugden van den opvolger tot de Kroon. Men kan wel vermoeden dat de Staatkunde, vrees, en omzichtigheit hier niet minder dan in andere Staaten regeeren. Men moet zich niet te zeer van de deftigheit van diergelyke Wetten inbeelden. Zekere dingen van zeer verre gezien, vertoonen zich schoon, en doen een strydige uitwerking in groote lichten van naby bezien. Zy verbysteren het gezicht, verblinden de oogen van 't verstant. Om van deeze vryheit van spreeken te oordeelen ten opzigte van een Vorst om te regeeren bestemt, men zoude zich

[pagina 17]
[p. 17]

verbeelden konnen, dat 'er niets vryer is dan de Malabaren zyn, en nochtans leevenGa naar margenoot+ ze onder de strengste dienstbaarheit. Op 't einde der dertien dagen Tusschen-Regeering, bezweert de nieuwe Koning de Wetten van 't Koningryk, verbind zich de schulden van zyn Voorzaat te betaalen, en op den vyandt te herwinnen 't geen hy in den Staat te beoorlogen overheert heeft. Hy bezweert deeze Voorwaardens, houdende den degen in de linker handt, en in de rechter een ontsteeken waschkaers, waar rondom een goude ring gehecht is. De nieuwe Koning legt twee vingers van de handt op deezen ring. Dit is de eedt van zyne Krooning: maar zie wat hier op volgt. Men werpt eenige rystkorlen op den Koning, en men doet eenige gebeden. Na de wying, zweeren de voornaamsten van 't Koningryk den Opperheer hulde en trouw, vattende de Waschkaers gelyk hy heeft gedaan.

margenoot+
Welke Plechtigheden men by den Samoryn van Calicut waar te neemen heeft.
voetnoot(b)
Dit is voor een gedeelte uit Herbert getrokken, die byna alles 't welk hy van de Indiën bericht uit eenige Spaansche Schryvers afgeschreeven heeft. Om 'er van verzeekert te zyn, heeft men niet dan deeze Schryver met de uittrekzels der Spanjaarden in Purchas te vergelyken.
voetnoot(c)
Getrokken uit de Reizen in Purchas.
voetnoot(d)
Wy vertaalen aldus in de onderstelling dat deezen Afgod Deumo is, die, volgens de aloude Spaansche berichten, door onze hedendaagsche nageschreven en verduistert, het groot voorwerp van den Godsdienst van Calicut is. Deumo is de Demon of Duivel. God heeft hem de waereldt overgegeeven, hy is 't die de zelve bestiert, en die een ieder volgens zyne werken vergeld. Dusdanig zyn de gedachten deezer Indianen.
margenoot+
Waar in de Begraavenis plichten der Koningen bestaan.
margenoot+
Én hoe men zich in een tusschen Regeering gedraagt.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken