Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4 (1729)

Informatie terzijde

Titelpagina van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4
Afbeelding van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4Toon afbeelding van titelpagina van Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (15.09 MB)

XML (2.43 MB)

tekstbestand






Vertaler

Abraham Moubach



Genre

non-fictie

Subgenre

non-fictie/sociologie
vertaling: Frans / Nederlands


In samenwerking met:

(opent in nieuw venster)

© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 4

(1729)–Bernard Picart–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende

XVIII. Hoofdtstuk.
Van hunne Eedzweeringen, en eenige Bygelovige Gevoelens.

Ga naar margenoot+ EErtyds, en nu noch, om een Eedtzweering te doen zegt onzen Histori-Schryver der Laplanderen, ontkleeden ze zich naakt tot aan den middel toe, en in deezen staat geeven ze zich aan alle de Duivelen nevens hunne Vrouwen, Kinderen en Reedieren over. De Histori-Schryver voegt 'er by, dat indien den Eedt niet met de waarheit overeenkomstig is, hen alsdan veel ongeval overkomt.

Hunne droefgeestigheit aangaande, die is ongetwyffelt aan 't Gewest, aan de eenzaamheit en hun voedzel verschuldigt; men moet dit de gewaande omgang toeëigenen die zy zeggen met de Luchtgeesten te hebben: Maar dit behoort onder de Toverkunde der Laplanderen, en wy hebben 'er reeds van gehandelt.

Ga naar margenoot+ Deeze Afgodendienaars gelooven de eeuwigheit der Waerelt. Zy beelden alle zich in dat de Maan-Eklipsen door de Demons veroorzaakt worden, en dat men haar moet behulpzaam zyn. Tot deezen onderstant gebruikenze vuurwapenen, die zy in de lucht afschieten. Wy hebben gezegt 't geen men over het zelve onderwerp heeft gedacht, en by de Aloude Heidenen word geoeffent, 't welk noch wezentlyk in de Indiën, China enz. in gebruik is. Wanneer het dondert, beelden zich de Laplanders in, dat Godt de Demons blixemt, en dat deeze, om den Blixem te ontgaan, zich onder de Honden verbergen: Overzulks zy geduurende het Donderen de Henden naar buiten jaagen. By alle deeze bygelovigheden laat ons deeze voegen, dat ze in de Revieren of in een Moeras de Beenderen van wilde Reedieren-Voeten werpen, door hen op de Jagt gevangen, en nooit hun Maaltyd doen dan nadat ze een Lapstof onder de Schotel, waarin hunne Spyze is, gelegt hebben. Zy zeggen indien zy dit verzuimden, hunne Reedieren lui en traag zouden worden. Moejelyk is 't de minste overeenkomst tusschen de Reedieren en dit gebruik te vinden: Maar de bygelovigheit vereenigt de aller verschillenste denkbeelden, en 't is een gebrek dat de verlichte Volkeren het niet aan de plompste zouden doen, zonder zich aan de wederbeschuldiging bloot te stellen.

Deeze Laplanders eigenen ook aan hunneGa naar margenoot+ Toveraarsters de koude te konnen vermeerderen toe: Maar deeze die met dit vermogen begaaft zyn, moeten in den Winter zyn gebooren. Men zegt ons dan, dat deeze Vrouwen van de Sneeuw een klein menschen Afbeeldzel maaken, waar van zy het Hoofdt met rood Speekzel wryven van 't Sop der Schorse van Elzenhout, 't welk zy

[pagina 322]
[p. 322]

kaauwen om deeze uitwerking te doen. Zy spuwen mede in 't aangezicht van dit Afbeeldzel en insgelyks op zyne handen en voeten. Scheffer voegt 'er by, ‘dat ze noch een ander gebruik hebben, deeze Elzenboomen Schorsen kaauwende, en die vervolgens op de wegen langs welke zy gaan, of wel op de zywegen ter rechter en slinker zyde spuwende.’ Deeze die de Oudheit hebben uitgepluist, hebben gewag gemaakt en geleerdelyk van de kracht der Speegzels van de Aloude Toveraars gesproken. Deeze Geleerden zyn 't ook die het toekomt de Laplanders met deeze Alouden te vergelyken.

Ga naar margenoot+ ‘Wanneer zy de strenge koude verzachten willen, neemen ze een Beerenhuidt en stellen die geduurende de nacht in de openlucht. De Laplander, zoodra als hy opstaat, neemt hy Roeden en geesselt deeze Huidt.... Zy beelden zich in, dat het koude weer door dit geesselen verzacht.... Waarby zy ongetwyffelt eenige Toverwoorden voegen.... Ten dien zelven einde snyden ze ook de Vacht van een jong Hert in kleine stukken en werpen deeze stukken in 't vuur, opzeggende een zeker Gebedt.

In het bezoek geeven, neemen de LaplandersGa naar margenoot+ waar, volgens den zelven Scheffer, dat niemandt in de Hut wandelt voor deeze die 'er uitgaat. Men moet niet dan tusschen 't Vuur van de Laplanders die gezeten zyn, heen en weer gaan. Een Vrouw, die voorbygaande over de Beenen van een Man stapte, zou eenig groot ongeval konnen veroorzaaken. Maar waarom houden wy ons met het verhaal van deeze beuzelaryen op? Men zoude deswegen stof vinden, om een groot Boek van alle de zotternyen van dit slag te maaken, die nu noch in de Waereldt in zwang gaan.



illustratie

margenoot+
Hungedrag in Eedzweeren aangemerkt.
margenoot+
Hun bygeloof wegens de Maan Eklipsen, en andere voorvallen, aangeweezen.
margenoot+
Hoe de Laplanders hunnen Toveraarsters de Winterkoude te vermeerderen toeeigenen,
margenoot+
En hoe zy die waanen te konnen verzachten.
margenoot+
Waarneeming om elkander te bezoeken by hen in gebruik, en hoe.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken