Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Af-beeldinghe van d'eerste eeuwe der Societeyt Iesu (1640)

Informatie terzijde

Titelpagina van Af-beeldinghe van d'eerste eeuwe der Societeyt Iesu
Afbeelding van Af-beeldinghe van d'eerste eeuwe der Societeyt IesuToon afbeelding van titelpagina van Af-beeldinghe van d'eerste eeuwe der Societeyt Iesu

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (17.95 MB)

ebook (20.85 MB)

XML (1.31 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

monografie


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Af-beeldinghe van d'eerste eeuwe der Societeyt Iesu

(1640)–Adriaen Poirters–rechtenstatus Auteursrechtvrij

Vorige Volgende
[pagina 272]
[p. 272]

In stilte vande gheestelijcke oeffeninghe leertmen syseluen kennen.



illustratie

Ga naar margenoot+-Nuper me in littore vidi, Cùm placidum ventis staret mare. { In stille klaerheyt
 { Sietmen de vvaerheyt.
 
LAetstmael ghingh ick langhs den stroom
 
Ouerpeysen mijnen droom,
 
Dien ick had by nacht ghehadt,
 
Dat ick aen den oeuer sat:
 
En den droom was, dat het Rijck
 
Niemandt hadd' aen my ghelijck,
 
Niemandt van soo grooten moedt,
 
Niemandt van soo edel bloedt,
[pagina 273]
[p. 273]
 
Niemandt van soo hooghen staet,
 
Niemandt van soo soet ghelaet,
 
Niemandt van soo witten grondt,
 
Niemandt van soo rooden mondt,
 
Niemandt van soo sachten handt,
 
Niemandt van soo blancken tandt,
 
Niemandt van soo blonten hayr,
 
Niemandt van ghesicht soo klaer:
 
Niemandt van ons heele stadt
 
Doch my dat iet schoonder hadt.
 
Maer als't droomen was ghedaen,
 
En den slaep nu heel vergaen
 
Ick terstondt mijn kleeren aen,
 
Ick moest nae den oever gaen.
 
Ick moest weten vanden stroom
 
VVatter was van mijnen droom,
 
Hoe mijn hayr in orden stondt,
 
Of het swert was, bruyn oft blondt,
 
Of mijn tanden waeren wit.
 
Dit sagh ick van lidt tot lidt,
 
Hier en daer hadd' ick een buyl,
 
Hier en daer wast vry wat vuyl,
 
'Kvond' een schrabbe twee oft dry,
 
Daer noch een lijck-teecken by,
 
Dat noyt heelde, noyt ghenas.
 
Noyt en wist ick, dat ick was
 
Soo gheteeckent, soo mismaeckt,
 
Voor dat ick was hier gheraeckt.
 
VVilt ghy kennen uwen staet?
 
Luystert nae gheen droomers praet,
 
Spieghelt v in't stil ghemoedt,
 
Dat toont beter als den vloedt.
margenoot+
Virgil. Eclog. 2.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken