Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het masker van de wereldt afgetrocken (1935)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het masker van de wereldt afgetrocken
Afbeelding van Het masker van de wereldt afgetrockenToon afbeelding van titelpagina van Het masker van de wereldt afgetrocken

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (5.57 MB)

Scans (19.17 MB)

ebook (7.34 MB)

XML (0.89 MB)

tekstbestand






Editeurs

Edward Rombauts

J. Salsmans



Genre

proza
sec - letterkunde

Subgenre

emblematiek


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het masker van de wereldt afgetrocken

(1935)–Adriaen Poirters–rechtenstatus Auteursrecht onbekend

Vorige Volgende

Den ghierighen spaert daer een ander wel af vaert.



illustratie
 
Hoe vrecker
 
Hoe gecker.


[pagina 103]
[p. 103]
 
Als Tantalus heel dorstigh sat
 
Ten ooren toe in 't vluchtigh nat,
 
En dat hem terghden aen den mondt
 
De appels die hy voor hem vondt;
 
Doen is hy tot een Sinne-belt
 
Van eenen Vreckaert voor ghestelt,
 
En sooje vat den rechten sin,
 
Daer steeckt de louter waerheydt in.
 
Maer even wel wordt sijnen aert
 
Door desen Esel best verklaert,
 
Die draeght wat biers, en heel veel wijns,
 
Met wilt-braet, haesen, en conijns,
 
Kalkoenen jonck, en nochtans vet,
 
Cappoenen die zijn op-gheset,
 
En snepjens met een langhen beck,
 
Die lecker zijn om haeren dreck,
 
En steene-visjens versch, en groot,Ga naar voetnoot1.
 
Daer toe het witste witte-broot.
 
Die draeght den Esel wat hy kan,
 
En heefter niet met allen van,
 
Als datmen hem met stocken slaet,
 
Soo dat den ruggh vol wonden staet,
 
En sijnen dranck moet water zijn,
 
Als d'ander drincken Rijnschen wijn.
 
En distels eet het magher dier,
 
Als d'ander maecken lustigh cier.
 
En gaet den Vreck sijn leven langh
 
By-naer niet al den selfsten gangh:
 
Den ouden Focker heeft sijn geltGa naar voetnoot2.
 
Op alle bancken uyt ghestelt.
 
En heeft Facteurs aen alle kant,
 
En wissels oock in alle Landt,
 
En schepen die zijn inde Straet,Ga naar voetnoot3.
 
En een dat op Guinea gaet;
 
Behalven dat hy by sich houdt
[pagina 104]
[p. 104]
 
Noch heele koffers vol van goudt,
 
En is soo rijck naer ieders gis,
 
Ga naar voetnoot1. Ghelijck het diepste water is;
 
En evenwel den ouden Geck
 
Ga naar voetnoot2. Blijft even vroet, en even vreck,
 
De kleeders van sijn eyghen lijf
 
Die staen van dobbel lappen stijf.
 
Te merckt te gaen is verr' van daer;
 
Dat doet hy qualijck op een jaer;
 
En dan is 't noch om penserij,
 
Dat houdt den gast voor leckernij;
 
Ga naar voetnoot3. Sijn ammelaecken is een tijck,
 
Is desen Focker niet wel rijck?
 
Eylaes die soo maer gheldt vergaert,
 
En altijdt pot, en altijdt spaert,
 
En maer het sien daer af en heeft,
 
Ga naar voetnoot4. Dat is den armsten dier leeft.
 
Het sien en maeckt den rijckdom niet,
 
Want anders had den blinden niet;
 
Maer het ghebruyck op sijnen tijdt,
 
Soo heeftmen rijckdom met profijt.
 
Daerom soo deert my desen Bloet;
 
Want schoon hy windt noch goet op goet,
 
Ga naar voetnoot5. En kist en kast noch alle daegh,
 
'Tis nadeel van sijn eyghen maegh:
 
Want als hy af-ghereden is,
 
En moey en mat van leden is,
 
En nutten sou wat spijs en dranck,
 
Dan vast hy heele daghen lanck.
 
Of eet hy wat, 't is slecht en schaers,
 
Veel ergher als de Bedelaers:
 
Daerom is hy (dat sieje wel)
 
Een Esel in een menschen vel.

voetnoot1.
Visjens, volgens den 6en druk.
voetnoot2.
Rijkaard. Eig. verbastering van Fugger, naam der beroemde bankiersfamilie ten tijde van Keizer Karel. Zie Wbd. der Ned. Taal.
voetnoot3.
Waarschijnlijk de zeestraat van Gibraltar (zie Kil. i.v. Straete onder de geogr. namen). Misschien ook de zeestraat van Malakka, om Oost-Indiƫ te bedoelen, terwijl Guinea West-Indiƫ beduidt.
voetnoot1.
Vgl.: zoo rijk als de zee diep is.
voetnoot2.
Vroet, niet slechts sapiens, maar ook parcus (Kil.).
voetnoot3.
Zijn tafellaken is van grove stof.
voetnoot4.
Die er.
voetnoot5.
In kisten en kasten opstapelen (ironische woordspeling met kiskassen = lekker eten voorbereiden).

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken