Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
Logo DBNL Ga naar de homepage
Logo DBNL

Hoofdmenu

  • Literatuur & taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taalkunde
    • Collectie Limburg
    • Collectie Friesland
    • Collectie Suriname
    • Collectie Zuid-Afrika
  • Selecties
    • Collectie jeugdliteratuur
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • Collectie e-books
    • Collectie publiek domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Periode
    • Middeleeuwen
    • Periode 1550-1700
    • Achttiende eeuw
    • Negentiende eeuw
    • Twintigste eeuw
    • Eenentwintigste eeuw
Het fin-de-siècle in de Nederlandse schilderkunst (1955)

Informatie terzijde

Titelpagina van Het fin-de-siècle in de Nederlandse schilderkunst
Afbeelding van Het fin-de-siècle in de Nederlandse schilderkunstToon afbeelding van titelpagina van Het fin-de-siècle in de Nederlandse schilderkunst

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (9.88 MB)

XML (1.20 MB)

tekstbestand






Genre

non-fictie

Subgenre

proefschrift
non-fictie/kunstgeschiedenis


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

Het fin-de-siècle in de Nederlandse schilderkunst

(1955)–Bettina Polak–rechtenstatus Auteursrechtelijk beschermd

De symbolistische beweging 1890-1900


Vorige Volgende

Pan.

De mannelijke tegenspeler van de fatale, sensuele vrouw is Pan. Deze godheid met zijn horens en bokspoten, in de Griekse Oudheid verbonden met wouden en herdersbedrijf,Ga naar voetnoot6 en niet zelden symbool van de mannelijke bronst, wordt in de Middeleeuwse kunst gretig als duivelse figuur overge-

[pagina 48]
[p. 48]

nomen, doch herkrijgt sinds het einde van de 16e eeuw zijn mythologisch, dierlijk uiterlijk als boswezen, zo bijvoorbeeld in de Bacchanalen en Bacchus-triomfen van Rubens. Aldus neemt hem de symboliek van de 19e eeuw over.

Terwijl de ten kwade gedoemde zinnelijkheid, waarvan de vrouw de aanstichtster is, gehuld wordt in de depreciërende symbolen van de fatale Eva's, Cleopatra's en Salome's, mag de sensualiteit van de man onder het mom van de faun Pan, als dartele levenslust en liefdesdrift tot zijn recht komen. Het grijnzende, wellustige masker van de satyr verbergt echter meer: enerzijds de uitertst sensuele libertijn, is hij in veel ruimere zin de spotter geworden, die met kleinburgerlijkheid en femelachtigheid de draak steekt. Zo wordt Pan, die dan verjongd levensgevoel en nieuwe ideeën symboliseert, als zinnebeeld gebruikt voor het programma van het naar hem genoemde tijdschrift voor moderne kunst en literatuur, dat in 1895 te Berlijn is opgericht.

In de periode van het symbolisme komt Pan dikwijls voor. In geen gedicht ontbreekt zijn schalksheid; hij dartelt met de fluit tussen het riet, de nymphen beloerend, of draait zich loom om op een zoele zomernamiddag. Mallarmé's gedicht ‘L'après-midi d'un faune’, in 1876 ontstaan, inspireerde Debussy in 1892 tot een zijner belangrijkste orkestwerken. Jules Laforgue beschrijft in een geestig-ironische en lyrische vertelling ‘Pan et la Syrinx’,Ga naar voetnoot1 hoe de bosgod aan de syrinx, zijrr dwarsfluit, komt. Satyrs ontbreken niet in de gedichten van Ernest Raynaud (‘Les Cornes du Faune’)Ga naar voetnoot2 en evenmin in ‘Le Pèlerin passionné’ van de gevierde symbolist Moréas.Ga naar voetnoot3

In het grootse dichtwerk van Herman Gorter is Pan - als vertegenwoordiger van de onbewuste liefdeslust - welhaast tot symbool van een levensbeschouwing geworden.Ga naar voetnoot4

Pan - als zinnebeeld van de tomeloze levenslust - is ook in de schilderkunst afgebeeld. Bij Arnold Böcklin zit hij in het riet (Pan im Schilf, 1857), vermaakt zich met een nymph (Pan und Nymphe. 1874), of bekoort in een lente-avond de jonge meisjes met het spel op zijn syrinx (Frühlingsabend. 1879).Ga naar voetnoot5 De Prae-Rafaëliet Burne-Jones beeldt Pan in 1886 uit als de schone knaap, die op een rots gezeten aan de fluit weemoedige melodieën ontlokt,

[pagina 49]
[p. 49]

terwijl een jong paar toeluistert.Ga naar voetnoot1 Walter Crane maakte in 1889 een vrolijk aquarel Pan Pipes.

Vooral in het fin-de-siècle is Pan een geliefkoosd motief voor de versiering van boek en tijdschrift. Der Kinderen ontwerpt een tondo met een fluitspelende faun als sluitstuk voor de uitgave van Gijsbrecht van Aemstel, terwijl Beardsley voor een omslag voor de eerste jaargang van The Studio een snaakse Pan temidden van gestileerde bloemen tekent.Ga naar voetnoot2

De centaur.

De centaur, de mythologische dier-mens, wiens romp bij de heupen in een paardenlijf overgaat, is - waar het zinnebeeldige betekenis betreft - de broeder van Pan. Zij komen in deze tijden beiden voor als de symbolen van mannelijke levensdrift. Evenals Pan kan ook de centaur zinnebeeld zijn van jeugdig elan, vrijheidszin en vooruitstrevendheid. Nadat het Duitse tijdschrift ‘Pan’ in 1895 was verschenen, richtten in 1896 o.a. Gide, Herold, Louys en De Régnier een Parijse driemaandelijkse revue op, getiteld ‘Le Centaure’.Ga naar voetnoot3

Wanneer in 1895 een nieuw schilderij van Botticelli is ontdekt: Pallas en de Centaur, maakte T. Sturge Moore bij een reproductie van deze voorstelling een lyrisch vers in het Engelse maandschrift ‘The Pageant’, waarin hij Pallas Athene vergelijkt met een onschuldig meisje, pril als de lente, dat de stoere centaur smeekt om haar op zijn rug te nemen en te brengen naar het verre Egypte:

Centaur, sweet Centaur, let me ride on you!Ga naar voetnoot4

voetnoot6
Cf. R. Herbig, Pan. Der griechische Bocksgott. Versuch einer Monographie (Frankfurt a/M., 1949).
voetnoot1
Jules Laforgue, ‘Pan et la Syrinx’ (1887), uit de Moralités Légendaires. Oeuvres Complètes, tome III (Paris, 1924), p. 181-218.
voetnoot2
Mercure de France, tome II, 1891, p. 110.
voetnoot3
J. Moréas, Le Pèlerin passionné (Paris, 1893), p. 145-146.
voetnoot4
Herman Gorter, Pan (Van 1907-1916), cf. W.J.M.A. Asselbergs, Geschiedenis van de letterkunde der Nederlanden, deel IX (Den Bosch, 1951), p. 153.
voetnoot5
F.v. Ostini, Böcklin (Künstler-Monographien, Leipzig, 1913), afb. p. 11, 47 cn 64.
voetnoot1
O.v. Schleinitz, Burne-Jones (Künstler-Monographien, Leipzig, 1901), afb. p. 103.
voetnoot2
The Studio, vol. XIII, 1898, afb. p. 252.

voetnoot3
Cf. De Kroniek, 26 April 1896, p. 134.
voetnoot4
The Pageant, 1896, p. 229; afb. van het schilderij (Uffizi Florence) o.c., p. 227.
Men zie de symbolische betekenis, door R. Wittkower en E.H. Gombrich aan deze voorstelling gehecht, in verband met het wijze, politieke beleid van Lorenzo il Magnifico: de centaur, zinnebeeld van Lorenzo's lagere instincten geeft zich gewonnen aan Minerva, symbool van de goddelijke Wijsheid, cf. R. Wittkower, in Journal of the Warburg Institute, vol. II, 1938/1939, p. 200 en E.H. Gombrich, in Journal of the Warburg Institute, vol. III, 1945, p. 53.

Vorige Volgende

Footer navigatie

Logo DBNL Logo DBNL

Over DBNL

  • Wat is DBNL?
  • Over ons
  • Selectie- en editieverantwoording

Voor gebruikers

  • Gebruiksvoorwaarden/Terms of Use
  • Informatie voor rechthebbenden
  • Disclaimer
  • Privacy
  • Toegankelijkheid

Contact

  • Contactformulier
  • Veelgestelde vragen
  • Vacatures
Logo DBNL

Partners

Ga naar kb.nl logo KB
Ga naar taalunie.org logo TaalUnie
Ga naar vlaamse-erfgoedbibliotheken.be logo Vlaamse Erfgoedbibliotheken